Operation Manual

148 Premio/Averso - 14/15 - Ausgabe 09/14 - 2476465 - BUE-0012-12NL
Sanitaire inrichting
10
Water laten weglopen.
Op de watertank de draaigreep (Afb. 179,1) met de klok mee tot de aan-
slag draaien. In de tankbodem sluit de afsluitstop (Afb. 180,1) de aftapope-
ning af.
10.2.3 Waterinstallatie vullen
Voertuig horizontaal zetten.
230-V-voorziening aansluiten en aan de 230-V-beveiligingsautomaat
inschakelen. Als het voertuig met een eigen accu is uitgerust, is de aanslui-
ting op een 230-V-voorziening niet noodzakelijk.
Waterinstallatie reinigen resp. ontsmetten.
Alle waterkranen sluiten.
De boiler uitschakelen.
Alle aftapkranen sluiten. Daartoe de kiphendel van de aftapkraan
(Afb. 181,1) horizontaal zetten of de kap van de aftapkraan (Afb. 182,1)
met de klok mee dichtdraaien.
Aftapopening van de watertank sluiten.
Watertank met drinkwater vullen. Voor het vullen een waterslang, waterjer-
rycan met trechter o.d. gebruiken.
Alle waterkranen op "Warm" zetten en openen. De waterpomp wordt inge-
schakeld. De warmwaterleidingen worden gevuld met water.
Waterkranen zolang geopend laten tot het water zonder luchtbellen uit de
waterkranen stroomt. Alleen zo is gegarandeerd dat de boiler met water is
gevuld.
Alle waterkranen op "Koud" zetten en geopend laten. De koudwaterlei-
dingen worden gevuld met water.
Waterkranen zolang geopend laten tot het water zonder luchtbellen uit de
waterkranen stroomt.
Alle waterkranen sluiten.
Controleren of de afsluitdeksel van de watertank dicht is.
X Bij het vullen van de watertank de technisch toegelaten totale massa van
het voertuig in acht nemen. Als de watertank vol is, moet de bagage
overeenkomstig worden gereduceerd.
Z De waterpomp loopt zonder water warm en kan beschadigd worden.
Waterpomp nooit gebruiken als de watertank leeg is.
Afb. 181 Aftapkraan (met kiphendel) Afb. 182 Aftapkraan (met draaikap)