Operation Manual
128 T-Modell - 10/11 - Ausgabe 07/10 - 1976775 - BUE-0006-11NL
Elektrische installatie
8
De brandstofcel bestaat uit meerdere componenten die in de opbergruimte
achter zijn ingebouwd (Afb. 153), evenals uit een bedieningspaneel (Afb. 155)
in de woonruimte.
Aan de brandstofcel bevinden zich:
de aansluiting voor de uitlaatslang resp. de invoeropening voor de onder-
houdsvloeistof (Afb. 154,1)
de gegevensinterface (Afb. 154,2)
de apparaataansluiting (Afb. 154,3)
de zekering (Afb. 154,4)
de aansluiting voor het bedieningspaneel (Afb. 154,5)
Bij de brandstofcel hoort een tankpatroon (Afb. 153,1) die via de tankaanslui-
ting (Afb. 153,2) met de brandstofcel (Afb. 153,3) is verbonden.
De brandstofcel laadt automatisch de woonruimteaccu's, als de spanning van
de woonruimteaccu's onder 12,5 V daalt en de brandstofcel met de toets Aan/
Uit (Afb. 155,7) is ingeschakeld.
Als de brandstofcel ondanks alle voorzichtigheid is bevroren, het apparaat
meer dan 24 uur in uitgeschakelde toestand bij ruimtetemperatuur lang-
zaam laten ontdooien. Pas daarna weer in gebruik nemen.
De ventilatieopeningen van de brandstofcel niet afdekken. Gevaar voor
oververhitting!
De minimale looptijd van de brandstofcel bedraagt 30 minuten. Als tijdens
deze tijd de toets "ON-OFF" ingedrukt wordt, schakelt de brandstofcel pas
na afloop van de minimale looptijd uit. De LEDs branden tijdens deze tijd
verder.
Verdere informatie ontlenen aan de aparte gebruiksaanwijzing van de
brandstofcel.
Afb. 153 Brandstofcel met tankpatroon Afb. 154 Aansluitveld brandstofcel
Afb. 155 Bedieningspaneel brandstofcel
1 Display
2 Info-toets
3 Reset-toets
4 Waarschuwingslicht (geel): Tankpa-
troon vervangen
5 Waarschuwingslicht (rood): Fout
6 Toets automatisch gebruik
7 Toets Aan/Uit
8 Regel voor informatie en meldingen
9 Regel indicatie bedrijfsmodus