Operation Manual
254 I-Modell - 14/15 - Ausgabe 08/14 - 2476488 - BUE-0051-08NL
Onderhoud
12
12.8 Vervangen van gloeilampen, buiten
Gloeilamptypen In het voertuig worden verschillende gloeilamptypen gebruikt. Hierna wordt de
vervanging van het betreffende gloeilamptype beschreven.
X Gloeilampen en lamphouders kunnen erg warm worden. Daarom voor
het vervangen van gloeilampen de lamp laten afkoelen.
X Gloeilampen ontoegankelijk voor kinderen bewaren.
X Geen gloeilamp gebruiken die is gevallen of die krassen heeft in het
glas. De gloeilamp zou kunnen springen.
Z Een nieuwe gloeilamp niet vastpakken met de vingers. Om de nieuwe
gloeilamp in te zetten een stoffen doek gebruiken.
Z Gloeilampen alleen door lampen van hetzelfde type en het juiste vermogen
gebruiken (zie sectie 12.8.5 "Gloeilamptypen voor buitenverlichting").
Z Wanneer LED's in lampen defect zijn, een officiƫle dealer of een service-
punt opzoeken.
Afb. 271 Gloeilamptypen
Pos. in
Afb. 271
Sokkeltype/gloei-
lamptype
Vervangen
1 Steeksokkel Voor het uitnemen de gloeilamp eruit trek-
ken
Voor het inzetten de gloeilamp met lichte
druk in de fitting schuiven
2 Bajonetsokkel Voor het uitnemen de gloeilamp naar be-
neden drukken en tegen de klok in draaien
Voor het inzetten de gloeilamp in de fitting
zetten en met de klok mee draaien
3 Cilindrische gloeilam-
pen
Voor het uitnemen en voor het inzetten de
contacten van de lamphouder voorzichtig
naar buiten buigen
4 Halogeengloeilamp Voor het uitnemen de sluitveer losmaken
Na het inzetten de sluitveer weer inhangen