Operation Manual

59I-Modell - 13/14 - Ausgabe 08/13 - 2354637 - BUE-0051-07NL
Tijdens de rit
4
4.18 Motorkap
Openen: Aan de hendel (Afb. 41,1) links onder of aan de zijkant van het dashboard
trekken.
De motorkap in één beweging naar voren en naar boven brengen of open-
klappen (Viseo).
Vergrendelen (Viseo):
Steun (Afb. 42,1) uitklappen en in de houder (Afb. 42,2) vasthaken.
Sluiten:
Steun inklappen (Viseo).
De motorkap in één beweging omlaag en naar achteren brengen of
omlaagklappen (Viseo) tot de kliksluiting hoorbaar vastklikt.
Controleren of de motorkap veilig is vergrendeld. Daarvoor aan de
motorkap trekken.
4.19 Ruitensproeiers
Het voertuig beschikt over ruitensproeiers met instelbare sproeihoek.
Instellen:
Met een passende schroevendraaier aan de stelschroef (Afb. 43,1)
draaien tot de gewenste stand is bereikt.
X Bij geopende motorkap bestaat verwondingsgevaar in de motorruimte.
X Ook als de motor reeds langere tijd geleden werd uitgeschakeld, kan
deze nog heet zijn. Verbrandingsgevaar!
X Niet in de motorruimte werken terwijl de motor draait.
X De motorkap moet tijdens de rit vast gesloten en vergrendeld zijn. Na het
sluiten controleren, of de vergrendeling is vergrendeld. Daarvoor aan de
motorkap trekken.
Afb. 41 Ontgrendelingsgreep
motorkap (in het voertuig)
Afb. 42 Steun motorkap (Viseo)
Afb. 43 Ruitensproeier