Operation Manual
alvorens de
verwarmingsketel
te installeren. Hij bestaat
uit een montageplaat,
een bevestigingsstrip
en een plaatsingssjabloon.
Het geheel moet volgens
de aanduidingen op de
sjabloon worden geplaatst.
Als de verwarmingsketel
niet onmiddellijk wordt
geïnstalleerd, moeten
de verschillende
aansluitingen beschermd
worden, zodat pleisterkalk
en verf de latere aansluiting
niet hinderen.
• Plaats de
verwarmingsketel niet boven
een toestel
waarvan het gebruik
schadelijk kan zijn voor
de ketel (fornuis dat vette
dampen produceert,
wasmachine enz ...) of in
een ruimte waarvan de lucht
corrosief of erg stoffig is
(voor ketels van het type C).
• Vermijd om in hetzelfde
lokaal als de ketel (modellen
C) elk toestel te plaatsen
dat de luchttoevoer kan
wijzigen, zoals een
afzuigkap (dampkap) of
droogkast.
• In geen geval mogen
de hoge en lage
verluchtingen boven- en
onderaan worden afgedicht.
De muurplaat dient als
montagemal en maakt
het mogelijk alle
aansluitingen te doen en
de dichtheid te testen,
Plaatsing
van de verwarmingsketel
Houd met het volgende
rekening bij het bepalen
van de plaats van
de verwarmingsketel:
• Laat een minimumafstand
van ongeveer 50 mm langs
beide kanten van het toestel
vrij om de toegang tot
de verwarmingsketel
mogelijk te maken.
• Voorzie een
minimumhoogte van 1,80 m
voor
de onderkant van de
trekonderbreker, indien deze
voor de ventilatie bovenaan
zorgt ( Modellen C).
Om aan deze voorwaarde
te voldoen, wordt de
bevestigingsstrip op 2,05 m
van de vloer vastgemaakt.
• Zorg ervoor
de verwarmingsketel
aan een stevige
wand te bevestigen.
INSTALLATEURS
50
SGI