Operation Manual
Installatievoorschriften voorbehouden voor installateurs
21
Deze vuldruk kan bij de inbedrijfstelling
aangepast worden voor het geval de
statische belasting hoger is. Het is aan
te bevelen in het onderste punt van de
installatie een aftapkraan aan te brengen.
Als er thermostatische kranen worden
gebruikt, dan mogen niet alle radiatoren
ermee worden uitgerust. Ze mogen alleen
in lokalen geplaatst worden waaraan veel
warmte wordt toegevoerd en nooit in het
lokaal waar de kamerthermostaat zich
bevindt.
Bij een oude installatie moeten de
radiatorkringen in elk geval gespoeld
worden vooraleer de nieuwe ketel te
installeren.
Als de verwarmingsketel niet
onmiddellijk geplaatst wordt, bescherm
dan de verschillende aansluitingen
om te vermijden dat gips en verf de
dichtheid van de latere aansluiting in
het gedrang brengen.
5.2
Afmetingen model C
890
600
499
492
360
225
Ø130
•
•
5.3
Afmetingen model F
890
600
499
492
225
364
5.4 Lijst van het geleverde materiaal
De ketel wordt geleverd in twee
afzonderlijke colli:
De ketel met het bijbehorende zakje
met:
- de doorzichtige aaatbuis
- de verlengbuis voor aansluiting op de
vulkraan
- het zakje met de dichtingen
+ de koudwaterdebietbegrenzer
- het zakje met de afvoerventielen
- zakje met aansluitstukken voor water
en gas
- Reductiering Ø125/Ø130 voor het
model C25
Het plaatje voor de gas- en
wateraansluiting + de boorsjabloon
+ het bevestigingsproel
De verschillende colli luchtpijpen worden
besteld volgens de conguratie van de
installatie.
-
-