Installation Instructions

12 Vullen koudemiddelcircuit
Logatherm – 6 720 806 593 (2013/05)
80
12.1 Koudemiddelcircuit aftappen en drogen
Verwijder de lucht uit het koudemiddelcircuit door een correct uitge-
voerde vacuümdroging. Bij onvoldoende vacuümdroging blijven lucht en
waterdamp achter in het koudemiddelcircuit. Dit kan vanwege de voch-
tigheid een ongewone toename van de overdruk of afname van de onder-
druk tot gevolg hebben en kwaliteitsverlies van de koudemiddelolie. Dit
kan een negatief effect op de levensduur van de compressor hebben.
12.2 Vacuümdrogen
Sluit op het Schraderventiel ( afb. 80, [1]) een hoogvermogenva-
cuempomp aan.
Met de vacuümpomp een druk van 101 kPa(g) (5 Torr) opbouwen.
De druk minimaal 1 uur in stand houden.
Daarbij het vacuüm constant op de manometerverdeler bewaken.
Bij kortstondig gebruik van de vacuümpomp kan een volledig va-
cuëm mogelijk niet worden bereikt. Bovendien kan dan vocht in de
leidingen achterblijven.
Schakel de vacuümpomp uit en sluit het verdelerventiel.
Bewaak de druk 15 minuten lang.
Indien de druk binnen deze tijd toeneemt (vacuüm neemt af), het va-
cuüm trekken en de aansluitende test herhalen.
Maak de vacuümpomp los van het koudemiddelcircuit.
12.3 Open de afsluiters van de buiteneenheid
Waarborg, dat de afsluiters op de leiding voor vloeibaar en gasvormig
koudemiddel zijn geopend:
Ventielkap [2] verwijderen.
Draai met een steeksleutel (4 mm) de ventielkop [3] linksom tot de
aanslag (ca. 10 slagen).
Niet meer verder draaien, wanneer de aanslag is bereikt.
Draai de ventielkop [3] ½ een slag terug (rechtsom).
Ventielkap [2] plaatsen. Let er daarbij op, dat de binnenkant niet
wordt beschadigd, omdat deze als afdichting dient.
Ventielkap [2] met aandraaimoment van 20 tot 25 Nm aantrekken.
Wanneer de kappen niet weer worden geplaatst en aangetrokken, kan
koudemiddel ontsnappen.
Afb. 80 Afsluiter in de leiding voor vloeibaar koudemiddel
[1] Schraderventiel
[2] Ventielkap
[3] Ventielkop
[4] Leiding naar gebouw
[5] Leiding naar buiteneenheid
WAARSCHUWING: Persoonlijk letsel door barstende
koudemiddelleidingen!
In de leidingen ingesloten lucht kan drukpieken veroor-
zaken, die leidingbreuk tot gevolg kunnen hebben.
Waarborg, dat er geen lucht in de leidingen achter-
blijft.
De buiteneenheid is met 2,5 kg koudemiddel R410A
voorgevuld. Bij de inbedrijfstelling hoeft geen koudemid-
del te worden bijgevuld.
Het koudemiddel uit de buiteneenheid mag niet worden
gebruikt voor het uitspoelen van de lucht uit de koude-
middelleidingen.
OPMERKING: Schade door gesloten afsluiters!
Wanneer de afsluiters tijdens bedrijf van de buiteneen-
heid gesloten blijven, worden compressor en regelven-
tielen beschadigd.
Afsluiters voor vloeibaar en gasvormig koudemiddel
openen.
6 720 646 970-28.2ITL
1
2
3
4
5