Installation Instructions
10 Storingen
Logatherm – 6 720 806 593 (2013/05)
74
Schakelpatroon van de stuursignalen
Het schakelpatroon van de stuursignalen verandert als volgt, wanneer
het ventiel:
• moet openen: 1 2 3 4 5 6 7 8 1
• moet sluiten: 8 7 6 5 4 3 2 1 8
Wanneer de ventielstand behouden moet blijven, worden alle uitgangen
1 t/m 4 uitgeschakeld.
Bij een storing van de uitgangssignalen, wanneer bijv. een uitgang ont-
breekt of permanent signalen worden gezonden, kan de ventielaandrij-
ving niet gelijkmatig open of dicht bewegen. De beweging verloopt
schoksgewijs en trillingen zijn duidelijk waarneembaar.
Werking en bedrijf
Bij het inschakelen van de voedingsspanning wordt een openingssignaal
van 700 impulsen gezonden, om te waarborgen, dat het ventiel in posi-
tie [5] staat. Het signaal blijft gedurende ca. 20 seconden actief. De LEV
werkt in storingsvrij normaal bedrijf geruisloos en trillingsvrij. Wanneer
het ventiel is geblokkeerd of wanneer deze van [6] naar [5] beweegt,
zijn extra geluiden uit het ventiel te horen.
Er is geen geluid hoorbaar, wanneer de aandrijving defect is of op de
aandrijving een bedradingsfout aanwezig is.
Afb. 69 Werkingsschema LEV
[x] Volledig sluiten (200 impulsen)
[1] Openingsgraad van de LEV (boven open onder gesloten)
[2] LEV-impulsen (volledig open bij 500 impulsen)
[3] Ventiel sluit
[4] Ventiel opent
[5] Positie 1
[6] Positie 2
De opening van het lineaire expansieventiel is afhanke-
lijk van het aantal impulsen, dat door de aandrijfschake-
ling van de printplaat aan de LEV-aandrijving wordt
gestuurd.
Uitgang (fase)
Signaalpatroon
1 2 3 4 5 6 7 8
1 ON ON OFF OFF OFF OFF OFF ON
2 OFF ON ON ON OFF OFF OFF OFF
3 OFF OFF OFF ON ON ON OFF OFF
4 OFF OFF OFF OFF OFF ON ON ON
Tab. 37 Schakelpatroon van de stuursignalen
Om vast te stellen, of het ventiel geluid veroorzaakt, een
schroevendraaier met de top tegen het ventielhuis hou-
den en met het oor aan de greep luisteren.
1
5
6
2
x
3
4
6 720 646 970-117.1ITL