Installation Instructions
9 Inspectie en onderhoud
Logatherm – 6 720 806 593 (2013/05)
50
9.5 Buiteneenheid onderhouden
9.5.1 Algemene aanwijzingen
In het koudemiddelcircuit wordt uitsluitend het koudemiddel R410A ge-
bruikt.
▶ Alleen gekwalificeerde en gecertificeerde koudemiddeltechnici mo-
gen werkzaamheden aan de koudemiddelinstallatie uitvoeren.
▶ Gebruik bij de installatiewerkzaamheden de speciaal voor het koude-
middel R410A bedoelde gereedschappen en componenten.
▶ Waarborg de dichtheid van de koudemiddelinstallatie. Ontsnappend
koudemiddel veroorzaakt bij contact met open vuur giftige gassen.
▶ Koudemiddel niet in de atmosfeer laten ontsnappen.
9.5.2 Visuele inspectie van de buiteneenheid
▶ Let tijdens bedrijf van de buiteneenheid op ongewone geluiden.
▶ Controleer op corrosiesporen, versleten of beschadigde delen. Daar-
bij vooral op de koudemiddelleidingen, isolatie en aansluitingen let-
ten.
▶ Controleren op losse bevestigingsdelen.
▶ Controleer op verstopte condensafvoer of beschadigde kabel voor de
secundaire verwarming van de condensafvoerbak.
▶ Controleren op vervuiling en eventueel reinigen of repareren.
▶ Storingen van de buiteneenheid worden via LED1 (groen) en LED2
(rood) op de printplaat in de buiteneenheid gesignaleerd.
▶ Verwijder alle hindernissen, bijv. bladeren.
9.5.3 Reinig de luchtinlaat van de buiteneenheid
▶ Controleer de verdamperlamellen en de luchtinlaat op de achterzijde
en de linkerzijde van de buiteneenheid en reinig deze eventueel. Ver-
wijder alle zichtbare hindernissen (bijv. bladeren).
▶ Schakel de buiteneenheid uit via de bedrijfskeuzeschakelaar.
▶ Gebruik eventueel warm zeepwater en een vochtige doek.
▶ De verdamperlamellen kunnen eventueel met een gietkan, die van een
sproeikop is voorzien, worden gespoeld.
▶ Planten en dergelijk tot de aangegeven afstand rondom de buiteneen-
heid verwijderen of afknippen. (afb. 23, tab. 6, pagina 26).
▶ De buiteneenheid, zo snel mogelijk en wanneer dit veilig mogelijk is,
weer inschakelen.
▶ Controleer de isolatie van de koudemiddelleidingen op beschadiging
en repareer deze eventueel.
9.5.4 Sluit de inspectie en het onderhoud af
▶ Manteldelen monteren.
▶ Het inspectie- en onderhoudsprotocol in dit document invullen en on-
dertekenen ( hoofdstuk 9.6).
GEVAAR: Levensgevaar door ontsnappend koudemid-
del!
Ontsnappend koudemiddel kan verstikking en bij aanra-
ken van de lekkageplaats bevriezing tot gevolg hebben.
▶ Wanneer koudemiddel ontsnapt, geen onderdelen
van de lucht-waterwarmtepomp aanraken en voor
toevoer van schone lucht zorgen.
▶ Voorkom huid- of oogcontact met het koudemiddel.
▶ Schakel bij huid- of oogcontact met het koudemiddel
een arts in.
OPMERKING: Materiële schade door vocht!
Bij binnendringen van regen, vocht of stof kan de elek-
tronica van de buiteneenheid beschadigd raken.
▶ Voer werkzaamheden aan de buiteneenheid nooit uit
in de regen.
▶ Waarborg na werkzaamheden aan de aansluitstrook
dat de service-afdekking weer goed vast zit.
Hoofdstuk 10 bevat het overzicht van de storingsmeldin-
gen.
OPMERKING: Reinigen van de luchtinlaat van de buiten-
eenheid.
Schade door een gebrek aan of een onvakkundige reini-
ging.
▶ Borstel vuil voorzichtig af met een zachte borstel of
verwijder dit met de hand.
▶ Gebruik nooit een hogedrukreiniger of waterslangen
voor het reinigen van de buiteneenheid.
▶ Draag bij het reinigen met de hand ter bescherming
van uw handen geschikte handschoenen.
▶ Gebruik geen reinigings- en onderhoudsmiddelen, die
schuren of zuur of chloor bevatten.
OPMERKING:
▶ Wanneer de voedingsspanning langer dan 5 minuten
onderbroken is geweest, moet net zoals bij de eerste
keer inschakelen 12 uur worden gewacht
(hoofdstuk 6.1.1, pagina 35), voordat een warmte-
vraag wordt gegenereerd. Daarmee wordt gewaar-
borgd, dat de compressor voldoende is opgewarmd
en geen vloeibaar koudemiddel in de compressor te-
rechtkomt. Dit is vooral in koudere perioden van be-
lang. Wanneer deze tijdsperiode van 12 uur niet kan
worden aangehouden, is schade aan de buiteneen-
heid mogelijk.