Installation Instructions

Storingen verhelpen
Logamatic RC300 – 6 720 807 325 (2013/06)44
8
A01 810 Warm water blijft koud Controleer of eventueel constant water door af-
tappen of een lekkage uit de boiler wordt ont-
trokken
Eventueel constante warmwaterafna-
me tegengaan
Controleer de positie van de boilertempera-
tuursensor. Deze kan verkeerd zijn aange-
bracht of hangt in de lucht
Positioneer de boilertemperatuursen-
sor correct
Wanneer de warmwatervoorrang is uitgescha-
keld en verwarming en warm water in parallel-
bedrijf actief zijn, kan eventueel het vermogen
van de ketel niet voldoende zijn
Stel de warmwaterbereiding op "voor-
rang" in
Controleer of de verwarmingsslang in de boiler
volledig is ontlucht
Ontlucht eventueel
Controleer de verbindingsleidingen tussen ke-
tel en boiler en controleer aan de hand van de
installatie-instructies of deze correct zijn aan-
gesloten
Los eventuele verkeerde leidingaan-
sluitingen op
Controleer aan de hand van de technische do-
cumentatie, of de ingebouwde boilerlaadpomp
de benodigde capaciteit heeft
Vervang de pomp bij bestaande afwij-
kingen
Te grote verliezen circulatieleiding Controleer de circulatieleiding
Controleer de boilertemperatuursensor con-
form de tabel
Vervang de sensor bij afwijkingen ten
opzichte van de tabelwaarden
A01
A41
A42
811
4051
4052
Warmwaterbereiding:
thermische desinfectie
mislukt
(A41/4051 = Warmwa-
tersysteem I;
A42/4052 = Warmwa-
tersysteem II)
Controleer of eventueel constant water door af-
tappen of een lekkage uit de boiler wordt ont-
trokken
Eventueel constante warmwaterafna-
me tegengaan
Controleer de positie van de boilertempera-
tuursensor. Deze kan verkeerd zijn aange-
bracht of hangt in de lucht
Positioneer de boilertemperatuursen-
sor correct
Wanneer de warmwatervoorrang is uitgescha-
keld en verwarming en warm water in parallel-
bedrijf actief zijn, kan eventueel het vermogen
van de ketel niet voldoende zijn
Stel de warmwaterbereiding op "voor-
rang" in
Controleer of de verwarmingsslang in de boiler
volledig is ontlucht
Ontlucht eventueel
Controleer de verbindingsleidingen tussen ke-
tel en boiler en controleer aan de hand van de
installatie-instructies of deze correct zijn aan-
gesloten
Los eventuele verkeerde leidingaan-
sluitingen op
Controleer aan de hand van de technische do-
cumentatie, of de ingebouwde boilerlaadpomp
de benodigde capaciteit heeft
Vervang de pomp bij bestaande afwij-
kingen
Te grote verliezen circulatieleiding Controleer de circulatieleiding
Controleer de boilertemperatuursensor con-
form de tabel
Vervang de sensor bij afwijkingen ten
opzichte van de tabelwaarden
Storings-
code
Sub-
code
Oorzaak of beschrij-
ving van de storing
Testprocedure/oorzaak Maatregel
Tabel 25 Storingsmeldingen