A.P.
NEXUS COMPUTER GEBRUIKSAANWIJZING I. II. III.
• • • E. Scroll functie bedienen Memory modus PLAN mode (duikplanning) SCROLL/MEM/PLAN bediening pagina 49 F. Personal Computer pagina 54 • VIII PC interface / downloaden data Nexus computer; functies onder water. Pagina 55 A. Visueel display B. Opstijgsnelheid C. Nitrox veiligheidsfunctie; CNS% en actueel PO2 D. Decompressieduiken E. Duiken met twee voorgeprogrammeerde nitrox-mengsels F. Duiken met twee voorgeprogrammeerde Setpoint in Closed-circuit-Mode IX.
1.Definities: Closed-circuit; elke verwijzing naar Closed-circuit impliceert dat de duiker een stikstofhoudend gas ademt met een constante PO 2 (partiele druk van zuurstof),i.e. gebruik te maken van een rebreather zoals de Buddy Inspiration. De Closed-circuit functie van de Nexus mag niet worden gebruikt voor het duiken met een SemiClosed-Circuit rebreather, omdat dit rebreathers zijn met een constante fractie FO2 en niet zoals de Inspiration met een constante PO 2 .
• • • • • • • • De NEXUS kan door een druk bediende schakelaar automatisch van het tweede geprogrammeerde setpoint naar het eerste geprogrammeerde setpoint omschakelen. Deze drukschakelaar is voorgeprogrammeerd om op een zekere diepte te schakelen.Diepte is instelbaar tussen 29 m en 1 mtr. De switch van Setpoint kan zowel automatisch als handmatig plaatsvinden.
III. Voor Uw veiligheid !WAARSCHUWING Alle duikers dienen te begrijpen dat er geen procedure of duikcomputer bestaat, ook indien deze wordt gebruikt conform de voorschriften van de fabrikant, die geheel het risico van decompressieziekte kan voorkomen.Iedere duik, en elke vlucht met een vliegtuig na het duiken impliceert enig risico m.b.t. de mogelijkheid een vorm van decompressieziekte op te lopen. U DIENT DIT RISICO TE AANVAARDEN ALS U DUIKT.
worden tot een lagere fractie door een combinatie van een PO 2 waarschuwingsniveau en “switching” diepte. Noot: bij een aantal organisaties is op grond van veiligheid gekozen voor het beperken van de zuurstofconcentratie. Zo hanteert de NOB voor het decompressiegas een veiligheids-fractie van 60 % (EAN60).
• • • • duiken, noch voor gas-switch nitroxduiken noch voor CCR Closed-circuitduiken. De Nexus computer voorziet niet in een vrijbrief geen planning te maken voor Uw “Bail-out” gas berekening. Noch voor open circuit (traditioneel duiken) noch voor Nitrox duiken, noch voor gas-switch nitroxduiken noch voor CCR Closed-circuit duiken. De Nexus computer kan niet voorkomen dat een gas wordt gebruikt op een diepte waarvoor dit gas niet geschikt is.
Voorzorgsmaatregelen bij het multilevel duiken. Het enige duikprofiel wat veilig wordt veronderstelt is een duik waarbij het eerste deel van duik het diepste deel van de duik is, waar na de duiker langzaam naar ondieper water zwemt. Het onderstaande diagram geeft een voorbeeld van zo’n correct duikprofiel. Omgekeerde duikprofielen, (hierbij wordt kort voor het bereiken van de oppervlakte het diepste punt van de duik gemaakt) yo-yo duikprofielen,(herhaalde opstijgingen en afdalingen, zoals bijv.
5. Als Uw computer defect raakt, duik dan niet meet de eerste 24 uur. 6. PLAN JE DUIK, DUIK JE PLAN. Voorafgaand aan iedere duik dient met je buddy en alle andere groepsdeelnemers van een duik het volgende doorgenomen te worden; Maximum duikdiepte, duikprofiel, duikduur,bail-out scenario en benodigdheden, veiligheidsstops, en handsignalen. 7. Stel een opstijgprocedure op voor in het geval de computer defect raakt of onbetrouwbare waarden presenteert. 8.
1. Controleer of de computer is ingeschakeld voorafgaand aan de duik. Controleer de werking van de computer tijdens de duik.Indien blijkt dat de computer niet juist functioneert, breek dan de duik af en stijg op volgens de vooraf vastgestelde opstijgprocedure. 2. Indien U en Uw buddy samen met een gelijke computer duiken, vergelijk de displays van de computers onderwater. 3. Controleer regelmatig Uw nultijd. 4. Controleer frequent de U beschikbare hoeveelheid lucht en geef dit ook aan de buddy door. 5.
IV. Overzicht van de NEXUS computer.
De Nexus geeft de duiker keuzes: De duiker kan kiezen tussen open circuit en gesloten circuit modus, en kan bovendien deze keuze tussen duiken door veranderen, zonder te moeten wachten op de computer tot deze is gedesatureerd (Sommige andere computers op de markt hebben een “gauge” (callibratie) modus, een lucht modus en een nitrox modus, maar de duiker kan de computer niet van modus veranderen tussen de duiken door tenzij de computer is gedesatureerd).
Aanvullende mogelijkheden: Geheugen duikprofiel Duikplanning modus (dive simulator) Scroll Modus, biedt u de gelegenheid door de nul-tijden te scrollen. Personal computer ‘download’ faciliteit De batterij kan door de gebruiker worden gewisseld zonder dat duikprofielen uit het geheugen gewist worden.
LCD DISPLAYS Het display van de Nexus toont U de resultaten van de door de computer gegenereerde data. Om het scherm tegen krassen te behoeden, dient U een de beschermende folie die wordt meegeleverd op de LCD te plakken. Het zijn verwijderbare stickers die bij beschadiging kunnen worden vervangen. De voorbeelden van het scherm in deze manual zijn of afgebeeld met metrische waarden of met imperiale waarden. Uiteraard gebruikt U in de praktijk de instelling die U het meest comfortabel is.
Gedurende decompressie Gedurende de decompressie toont de computer; duiktijd (30 min), diepte (36m), watertemperatuur (17 gr. C), opstijgtijd tot aan de oppervlakte (24 min), stop diepte (plafond) op 5 meter, en het CNS percentage (9%). Gedurende de oppervlakteinterval Gedurende de oppervlakteinterval zal de Nexus tussen twee weergaven scrollen; nl; de oppervlakte weergave, en de desaturatietijd weergave.
DUIKTABELLEN: De Nexus maakt gebruik van een gemodificeerd Bühlmann-type calculatiemodel, rekenend met 8 weefsel groepen en berekening van de EAD (equivalente air depth) berekening van EAN / Nitrox.
V.
VI. Gebruik van de NEXUS computer. De beginselen. De computer aanzetten: De Nexus kan op 3 manieren worden ingeschakeld: 1. Handmatig, voor het water in te gaan, door met twee vochtige vingers de toetsen Next + Next te verbinden. 2. Door de unit nat te maken voorafgaand aan de duik 3. Automatische start als de duiker het water in springt met de computer uit. Het wordt aanbevolen de computer met de hand in te schakelen. De computer wordt zo in staat gesteld de exacte omgevingsdruk te meten.
Batterij test Na de zelftest procedure zal de computer een batterijtest uitvoeren. Gedurende deze test zal het display U de cijfers 9 t/m 0 tonen. Indien de batterij nog voldoende energie bevat worden alle LCD segmenten U nogmaals getoond en de computer zal inschakelen . Indien de batterij niet de juiste spanning aan de computer afgeeft, zal de computer een functie activeren om de batterij te reactiveren.
4. Tap switch; zie gedetailleerde informatie hieronder. Tap Switch De tip toets (tap switch) bedient de LCD verlichting en de geluidssignalen. Om deze functies aan en uit te zetten druk op de hieronder beschreven plaats met een hard object of met de vinger. Zorg ervoor bij het gebruik van een hard voorwerp de display niet te beschadigen. Tiptoets bediening onderwater: LCD verlichting: druk 1 x op de tip toets. Het licht zal 7 seconden branden en schakelt zichzelf hierna uit.
De Nexus uitschakelen: Na de duik blijft de Nexus gedurende 15 minuten ingeschakeld. Hierna zal hij overschakelen naar de energiezuinige rekenfunctie. Hiertoe wordt op het display een klok icoon getoond (twee tandwielen). De computer blijft in deze toestand ingeschakeld tot de desaturatietijd is verstreken. Verbind de toetsen next + next om de computer in de surface mode terug te krijgen. Nu kan de no-fly tijd en de oppervlakteinterval worden afgelezen.
VII. Functies van de Nexus computer& Pre-dive keuzes. De Nexus heeft een aantal functiemodi waarin informatie kan worden beoordeeld, en waar keuzes kunnen worden gemaakt over de getoonde informatie. 1. Surface Mode (oppervlakteinterval, CNS percentage, desaturatietijd) 2. MODE • Temperatuur units keuze functie • Metrisch/ Imperiaal units keuze functie • Audio signaal aan/uit keuze functie • Door de gebruiker in te stellen voorkeuren keuze functie • Gesloten circuit CCR aan/uit functie 3.
A. SURFACE (OPPERVLAKTE) MODUS. Zodra de Nexus wordt ingeschakeld wordt de zelftest en de batterijtest uitgevoerd, waarna de Nexus overschakelt naar oppervlakte modus (surface modus). In de oppervlakte modus scrollt de Nexus automatisch tussen oppervlakteinterval en CNS percentage en desaturatietijd. Bovendien zal de Nexus indien hij gedurende 15 minuten niet wordt aangeraakt omschakelen naar een energie zuinig programma, waarbij een klok icoon (tandwielen) worden getoond.
B. GEBRUIKERS OPTIES MODUS (USER OPTIONS MODUS) In de gebruikers optie modus selecteert U imperiale of metrische units voor zowel temperatuur als diepte, het in of uitschakelen van de geluidssignalen, de optionele tweede duikparameter in de rechter bovenhoek van het display, MAAR HET BELANGRIJKSTE IS DE KEUZE DIE U HIER KAN MAKEN TUSSEN OPEN CIRCUIT EN GESLOTEN CIRCUIT MODES. (De keuze die U hiervoor maakt veranderd de beschikbare opties in Cond.Alt.Mode).
Diepte weergave in imperiaal (feet) of metrisch (meters)? Om de gebruikers optie (user options mode) te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 3 x kontact tussen Next + Next om bij de instelling te komen. Om bij de “Imperiaal/metrisch ” functie te komen vanuit de “user option mode”; 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu wordt bereikt. 3. Maak 1x contact tussen Next + Next tot de imperiaal/metrieke functie wordt bereikt. 4.
Geluidswaarschuwingen; functie aan/uit. Deze functie stelt de duiker in staat de geluidswaarschuwingen aan en uit te schakelen. DE GELUIDSFUNCTIE KAN OOK AAN EN UITGESCHAKELD WORDEN MET DE TIPTOETS !! Om de gebruikers optie (user options mode) te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 3 x kontact tussen Next + Next om bij de instelling te komen. Om bij de “Audible Warnings on/off” functie te komen vanuit de “user option mode”; 2.
Display weergave van tweede parameter, keuze functie. Voor de weergave van de tweede duikparameter kunt U kiezen uit 4 parameters die worden weergegeven in de rechter bovenhoek. De parameters kunnen afzonderlijk worden getoond of achtereenvolgens.
GESLOTEN CIRCUIT AAN OF UIT. Deze functie maakt het mogelijk te kiezen tussen OC en CCR. (CCR=CC=gesloten circuit), (OC=open circuit=standaard scuba duiken). CC=On is Closed-circuit; CC=Off = Open circuit Om de gebruikers optie (user options mode) te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 3 x kontact tussen Next + Next om bij de instelling te komen. Om bij de “GESLOTEN CIRCUIT AAN OF UIT” functie te komen vanuit de “user option mode”; 2.
worden gekozen om het functiegebied voor de parameters van CCR duiken te benaderen. Als de functie CC=on wordt gekozen kunnen nu in Cond.Alt Mode de parameters voor het ademgas worden ingevoerd. Het is belangrijk te begrijpen en te onthouden dat in opencircuit (CC=off) de computer gedurende de desaturatietijd ervan uitgaat dat er met een fractie van 21% is gedoken.
Zuurstof Setpoint (CC1) selectie functie. In de Zuurstof Setpoint (CC1) selectie functie kan U de gewenste zuurstofdruk van het ademgas instellen voor de komende duik. Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Zuurstof Setpoint (CC1) selectie functie te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Zuurstof Setpoint (CC1) selectie wordt bereikt. 3.
HERINNERING: CONTROLEER VOOR ELKE DUIK DE WAARDE DOOR U INGEGEVEN M.B.T. DE PARTIELE ZUURSTOFDRUK. Switch Depth Selection Function.(SD1) Switching Depth is de diepte waarop U wenst te wisselen van setpoint 1 naar setpoint 2. Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Switch Depth Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt.
Telkens dat U de OK+OK contacten indrukt zal de pO 2 met 0.1 bar toenemen. Het instelbereik ligt tussen 0.5 en 1.5 bar. De Nexus zal de laatst gekozen pO 2 onthouden, en deze waarde voor de volgende duik gebruiken, tenzij de gebruiker een andere waarde invoert. Na een parameter te hebben veranderd in een menu zal de Nexus deze waarde niet gebruiken in de berekeningen voor de oppervlakte modus is bereikt. (Surface Mode) Om te bevestigen drukt U op Next + Next om Uw keuze te bevestigen.
Switch Depth Selection Function.(SD2) Switching Depth is de diepte waarop U wenst te wisselen van setpoint 2 naar setpoint 1. Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Switch Depth Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 3x contact tussen Next + Next tot de (SD2) Switch Depth Selection wordt bereikt 4.
5. Maak contact tussen Next + Next om het gekozen waarde te bevestigen en door te gaan met de volgende parameter.Als U in deze instelling iets wijzigt wordt het Cond. Alt instelmenu verlaten. Wijzigt U niets, zal de volgende instelmogelijkheid zichtbaar worden. De standaard waarde voor de functie is automatisch. Na een wijziging van de setpointwaarde zal de computer altijd omschakelen naar een manuele switch (autoswitch=off).
Dive Conditions Selection Function (duik condities) Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Dive Conditions Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 5x contact tussen Next + Next tot de Dive Conditions Selection Function wordt bereikt 4. Maak contact tussen OK+OK om normal of short te kiezen. 5.
Altitude Group Selection Function (hoogte aanpassing). Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Altitude Group Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 6x contact tussen Next + Next tot de Altitude Group Selection Function wordt bereikt 4. Maak herhaald contact tussen OK+OK om door de hoogte functies te lopen 5.
!WAARSCHUWING HET NIET OP DE JUISTE DIEPTE ZETTEN VAN DE HOOGTEINSTELLING VERHOOGT DE KANS OP DECOMPRESSIEZIEKTE, HETGEEN KAN LEIDEN TOT ERNSTIGE VERWONDINGEN OF DE DOOD. DE NEXUS HEEFT GEEN AUTOMATISCHE HOOGTE INSTELLING, DIT DIENT DOOR DE GEBRUIKER MET DE HAND TE WORDEN INGESTELD. !LET OP: Als de duiker korter dan 24 uur zich op de hoogte bevind, dient alleen het “short” menu gekozen te worden v.w.b. de duikcondities. Dit om de extra stikstof in de weefsels te compenseren.
D. COND-ALT MODE (OPEN CIRCUIT). Cond-Alt Mode stelt U in staat de zuurstof fractie FO2 in te stellen; pO 2 waarschuwingsniveau;de tweede zuurstof fractie FO2 ;switch diepte voor tweede zuurstof fractie FO2 ;automatisch omschakelen naar tweede mix aan of uit; keuze voor duikprofiel short of normal ; hoogte groep; en zoutwater correctiefactor. Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. In de Cond.
Telkens dat U de OK+OK contacten indrukt zal de FO2 met 1% toenemen. Het instelbereik ligt tussen 21% tot 50%. De Nexus zal de laatst gekozen FO2 onthouden, en deze waarde voor de volgende duik gebruiken, tenzij de gebruiker een andere waarde invoert. De FO2 zal worden gereset als de computer wordt uitgezet. (als de Desaturatie volledig is). Zodar de computer weer wordt ingeschakeld zal de Nexus met de standaard waarde van 21% starten.
Maximale Zuurstofdruk pO 2 selectie functie. In de maximale Zuurstofdruk pO 2 selectie functie kan U de gewenste maximale zuurstofdruk van het ademgas instellen voor de komende duik. Indien deze waarde wordt overschreden gedurende de duik, worden visuele en audio signalen als waarschuwing afgegeven. De pO 2 limit kan worden ingesteld tussen 1,2 bar en 1,6 bar pO 2 . Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.
Tweede Zuurstof fractie FO2 selectie functie. In de tweede Zuurstof fractie FO2 functie kan U de gewenste zuurstoffractie van het ademgas instellen voor de komende duik.Dit ademgas is bedoeld als decompressiegas gedurende de decompressie. Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de tweede Zuurstof fractie FO2 selectie functie te komen: 2.
Switch Depth Selection Function Switching Depth is de diepte waarop U wenst te wisselen van Mengsel 1 met fractie 1 naar mengsel 2 met fractie 2. Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Switch Depth Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 3x contact tussen Next + Next tot de “diving conditions mode te komen”.
Functie automatisch switchen tussen setpoints aan of uit. (Auto Switch On/Off Selection Function) Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Auto Switch On/Off Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 4x contact tussen Next + Next om tot de Diving Conditions Mode te komen. 4.
Dive Conditions Selection Function (duik condities) Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Dive Conditions Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 5x contact tussen Next + Next tot de Dive Conditions Selection Function wordt bereikt 4. Maak contact tussen OK+OK om normal of short te kiezen. 5.
Altitude Group Selection Function (hoogte aanpassing). Om de Cond.Alt.Mode te starten vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 2 x kontact tussen Next + Next om bij de Cond.Alt instelling te komen. Om bij de Altitude Group Selection Function te komen: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK tot het instelmenu voor Cond.Alt Mode wordt bereikt. 3. Maak 6x contact tussen Next + Next tot de Altitude Group Selection Function wordt bereikt 4. Maak herhaald contact tussen OK+OK om door de hoogte functies te lopen 5.
!WAARSCHUWING HET NIET OP DE JUISTE DIEPTE ZETTEN VAN DE HOOGTEINSTELLING VERHOOGT DE KANS OP DECOMPRESSIEZIEKTE, HETGEEN KAN LEIDEN TOT ERNSTIGE VERWONDINGEN OF DE DOOD. DE NEXUS HEEFT GEEN AUTOMATISCHE HOOGTE INSTELLING, DIT DIENT DOOR DE GEBRUIKER MET DE HAND TE WORDEN INGESTELD. !LET OP: Als de duiker korter dan 24 uur zich op de hoogte bevind, dient alleen het “short” menu gekozen te worden v.w.b. de duikcondities. Dit om de extra stikstof in de weefsels te compenseren.
E. SCROLL / MEM / PLAN MODE. De Scroll/Mem/Plan modus stelt U in staat de nultijd scroll functie- de dive-log functie- en het duikprofiel geheugen functie-, en de duikplanner functie- te benaderen. Om in het Scroll/Mem/Plan modus menu te komen: 1. Maak 1 x kontact tussen Next + Next om bij de Scroll/Mem/Plan modus te komen. Scroll Functie: Om tot de scroll functie te komen vanuit de Scroll/Mem/Plan modus: 1. Maak contact tussen OK+OK om in de scroll functie te komen. 2.
Memory Function (MEM) of duiklogboek. De Memory functie slaat de details op van de laatste 10 duiken of de laatste 10 duikuren. Duikuren of duiken, wat als eerste wordt bereikt bepaald de limiet. De functie scrollt door de duiken met de laatste duik als hoogste nummer. Om de Scroll/Mem/Plan Modus te benaderen vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 1 x kontact tussen Next + Next om bij de Scroll/Mem/Plan Modus vanuit het hoofdmenu te komen.
Overschrijdingen Het duiklogboek zal ook eventuele overschrijdingen met betrekking tot stijgsnelheid, en stop diepte tonen, indien deze werden genegeerd. Dit zal worden getoond doordat het betreffende icoon continue aan blijft. FO2 /pO 2 instellingen voor elke duik. Instellingen voor deze duik in open circuit zijn: FO2 = 21% pO 2 max (limit) = 1.4 bar FO2 (2) = 21% Duikprofiel Op het scherm van het duikprofiel, het derde scherm van de drie “memory” schermen toont de details van de duik.
PLANNINGS FUNCTIE In de planningsfunctie kunt U een enkele of een herhalingsduik simuleren. Het simulatie programma kan altijd gebruikt worden, zelfs direct na een duik als de computer nog aan het rekenen is met de Desaturatie. De Planningsfunctie zal rekening houden met het CNS%, en dit weergeven, alsmede met de gekozen pO 2 bij opencircuit, voor de gekozen fractie FO2 . Uw duikhistorie van de laatste duik wordt als uitgangspunt gebruikt voor de berekening van de simulatie.
Om een duik te plannen: 1. Vanuit de planningsfunctie, maak contact tussen OK+OK en start de duiktijd teller. 2. Om de diepte in te geven druk op Next + Next om dieper te gaan en op OK+OK om weer te stijgen. Gedurende wijzigingen van diepte zal de duiktijdteller stoppen. 3. Om een oppervlakteinterval te simuleren brengt U de diepte terug naar 0. De teller werkt met een 180-minuten cyclus, dus let nu op wanneer de interval start en eindigt. 4. Om nog een duik te plannen herhaal stap 2.
F. PC INTERFACE MODE. De PC interface modus biedt de mogelijkheid de informatie uit de Nexus naar de personal computer over te brengen. Om de Scroll/Mem/Plan Modus te benaderen vanuit de situatie aan de oppervlakte: 1. Maak 4 x kontact tussen Next + Next om bij de PC Modus te komen Om bij de PC interface modus te komen en deze te activeren: 2. Maak 1x kontact tussen OK+OK om bij de PC interface modus te komen. 3. Maak nogmaals contact tussen OK+OK om de DATA TRANSFER functie te starten.
VIII. De NEXUS COMPUTER EN DE ONDERWATER FUNKTIES.
Na een handmatige omschakeling ziet het display er identiek uit als na een automatische switch. pO 2 overschrijding (alleen in open circuit). Bij het overschrijden van de pO 2 limiet gaat de diepte display knipperen. Overschrijding CNS% Bij het overschrijden van de CNS% waarde zal ook de diepte display gaan knipperen. Diepte limiet overschrijding: Maximum diepte overschreden: De maximale diepte voor de NEXUS is 64.8 meter (213 ft).
Waarschuwing stijgsnelheid overschrijding: Links op de display bevind zich de “graphic bar display” die bestaat uit 5 segmenten. Bij toenemende stijgsnelheid zullen meer segmenten oplichten. Zodra 3 segmenten oplichten zal tevens het woord “SLOW” oplichten, gezamenlijk met het flashen (knipperen) van het display. Dit zal aanhouden tot de stijgsnelheid van de duiker is gedaald tot de voorgeprogrammeerde stijgsnelheid. (zie ook hoofdstuk stijgsnelheid).
STIJGSNELHEID: De voorgeprogrammeerde stijgsnelheid is als volgt: 64.8m(213 ft) tot 20 m(66 ft) 20 m(66ft) – oppervlakte : 20 meter per minuut : 10 meter per minuut (66ft/min) (33ft/min) Zodra de stijgsnelheid wordt overschreden zal de computer de volgende waarschuwingen geven: Visueel:De “graphic bar” zal langzaam worden gevuld met stijgende snelheid. Vanaf 3 segmenten wordt het woord SLOW getoond en bij het bereiken van de maximale snelheid zullen twee pijliconen worden getoond.
Beperking van de NEXUS: Indien dieper gedoken wordt dan 64.8 m, zal de LCD de tekst UP tonen, en alle verdere calculaties zullen gedurende deze fase worden gebaseerd op een duikdiepte van 64.8 meter. (zolang UP wordt getoond). Waarschuwing Decompressieduiken: Visueel: Zodra de Nultijd wordt overschreden dienen stops te worden gemaakt. De LCD verlichting knippert 3 x.
DUIKEN MET TWEE VOOR GEPROGRAMMEERDE MENGSELS IN OPENCIRCUIT MODUS. Belangrijke veiligheids maatregelen: Alleen gecertificeerde – gebrevetteerde- technische duikers mogen de NEXUS computer gebruiken voor dual mengsel duiken, zelfs als een mengsel met een hogere pO 2 alleen voor de opstijging wordt gebruikt om extra veiligheid te verkrijgen. Voor de planning dient U te refereren naar de manual van Uw opleiding.
DUIKEN MET TWEE VOOR GEPROGRAMMEERDE SETPOINTS IN CLOSED-CIRCUIT MODUS. Belangrijke veiligheids maatregelen: Alleen gecertificeerde – gebrevetteerde- Closed-circuit duikers mogen de NEXUS computer gebruiken in de Closed-circuit modus. Voor de planning dient U te refereren naar de manual van Uw Closed-circuit opleiding en naar de manual/operating instructions geleverd bij Uw Rebreather.
IX. Gebruik en Onderhoud. NEXUS ALGEMEEN, GEBRUIK EN ONDERHOUD. 1. Spoel na gebruik de Nexus met zoet water en laat hem op een koele plaats drogen 2. Voor moeilijk verwijderbaar vuil, mag uitsluitend een mild reinigingsmiddel en een zachte borstel worden gebruikt. 3. Gebruik nooit oplosmiddelen of perslucht om de Nexus schoon te maken. 4. Stel de Nexus niet bloot aan direct zonlicht of extreme hitte. 5.
INFORMATIE OVER DE BATTERIJ , EN HET VERVANGEN VAN DE BATTERIJ. De Nexus computer bewaakt continue de batterij om de capaciteit van de batterij optimaal te benutten. Zelf test procedure van de batterij: Na de zelftest procedure zal de computer een batterijtest uitvoeren. Gedurende deze test zal het display U de cijfers 9 t/m 0 tonen. Indien de batterij nog voldoende energie bevat worden alle LCD segmenten U nogmaals getoond en de computer zal inschakelen .
Vervangen van de Batterij: De batterij van de Nexus kan door de duiker zelf worden vervangen. Wij adviseren echter de batterijwissel door een erkende duikzaak uit te laten voeren. Vervang de batterij als volgt: Het openen van de achterdeksel: 1. Verwijder de computer uit de console, of verwijder de polsband. 2. Draai de 4 schroeven los om de bodemplaat af te nemen. 3. Neem de bodemplaat van de hoofdbehuizing. 4. Stel vast waar de batterijkamer zich bevind en neem de deksel af.
Open de computer met een goed Neem de cover voorzichtig af. Vervang de batterij en vet de O-ring Heel licht in met vaseline Druk voorzichtig het batterij compartiment dicht. passende schroevendraaier no philips 1. oefen druk uit op het batterij compartiment tijdens Het terugplaatsen van de achterdeksel.
X. Technische Specificaties. Elektronica Microprocessor Productie methode Dieptemeting resolutie Diepte bereik Temperatuur range Hoogte range Opstijgsnelheid :printed circuit board :8 bit CMOS processor :SMD COB :0.3 meter (1ft) :64.8 meter (213ft) :-14gr C tot 50 gr C (4F tot 112F) :0-3.500m (0-11.480ft) :64.