Operation Manual
Table Of Contents
- UITGEBREIDE GEBRUIKERSHANDLEIDING MFC‑J6910DW
- Gebruikershandleiding en waar kan ik die vinden?
- Inhoudsopgave
- 1 Algemene instellingen
- 2 Veiligheidsfuncties
- 3 Een fax verzenden
- Extra opties bij het verzenden
- Extra handelingen bij het verzenden
- Een dubbelzijdige fax vanuit de ADF verzenden
- Een fax handmatig verzenden
- Een fax verzenden aan het einde van een gesprek
- Tweevoudige werking (alleen zwart-wit)
- Groepsverzenden (alleen zwart-wit)
- Direct verzenden
- Internationale modus
- Uitgesteld verzenden (alleen zwart-wit)
- Uitgestelde groepsverzending (alleen zwart-wit)
- Taken in wachtrij controleren en annuleren
- Pollen
- 4 Faxberichten ontvangen
- 5 Nummers kiezen en opslaan
- Opties voor normale telefoongesprekken
- Extra handelingen bij het kiezen
- Extra manieren om nummers op te slaan
- 6 Rapporten afdrukken
- 7 Kopiëren
- Kopieerinstellingen
- Kopiëren stoppen
- Kopieersnelheid en -kwaliteit wijzigen
- Gekopieerde afbeelding vergroten of verkleinen
- N op 1 kopieën of een poster maken (Pagina layout)
- 2 op 1 (id) kopiëren
- Kopieën sorteren met de ADF
- Dichtheid aanpassen
- Inktspaarmodus
- Dun papier kopiëren
- Scheefstandcorrectie
- Boek kopie
- Watermerk kopie
- Dubbelzijdig kopiëren
- Voorkeursinstellingen opgeven
- Kopieerinstellingen
- 8 Foto's afdrukken vanaf een geheugenkaart of USB-flashstation
- PhotoCapture Center™-functies
- Foto's afdrukken
- PhotoCapture Center™-afdrukinstellingen
- Naar een geheugenkaart of een USB-flashstation scannen
- 9 Foto's vanaf een camera afdrukken
- A Routineonderhoud
- B Verklarende woordenlijst
- Index
- brother DUT

Foto's afdrukken vanaf een geheugenkaart of USB-flashstation
55
8
e Druk op het afdrukformaat.
Voorbeeld: Afdrukpositie voor A4-papier
1
8x10cm
2
9x13cm
3
10x15cm
4
13x18cm
5
15x20cm
6
Max. afm.
f Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op
.
Druk op Kleur Start om te beginnen met
afdrukken.
Helderheid, contrast en kleur
instellen
Helderheid
a Druk op Printinstelling.
b Druk op a of b om Helderheid weer te
geven.
c Druk op Helderheid.
d Druk op d of c om een afdruk donkerder
of lichter te maken.
Druk op OK.
e Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op
.
Druk op Kleur Start om te beginnen met
afdrukken.
Contrast
U kunt de contrastinstelling kiezen. Hoe hoger
het contrast, des te scherper en levendiger
een beeld eruitziet.
a Druk op Printinstelling.
b Druk op a of b om Contrast weer te
geven.
c Druk op Contrast.
d Druk op d of c om het contrast te
wijzigen.
Druk op OK.
e Als u geen instellingen meer wilt
wijzigen, drukt u op
.
Druk op Kleur Start om te beginnen met
afdrukken.
Kleurverbetering
U kunt de functie voor kleurverbetering
inschakelen om afdrukken levendiger te
maken. Het afdrukken duurt langer.
a Druk op Printinstelling.
b Druk op a of b om Kleur aanp. weer
te geven.
c Druk op Kleur aanp.
d Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als u de Wit Balans, Scherpte of
Kleurdensiteit wilt aanpassen,
drukt u op Aan en gaat u vervolgens
naar stap e.
Als u niets wilt aanpassen, drukt u op
Uit.
Ga naar stap h.
e Druk op Wit Balans, Scherpte of
Kleurdensiteit.
f Druk op d of c om de mate van de
instelling aan te passen.
Druk op OK.










