Operation Manual

Table Of Contents
Hoofdstuk 2
6
Gebruikers met beperkte
rechten instellen
U kunt gebruikers met beperkte rechten en
een wachtwoord instellen. U kunt maximaal
10 gebruikers instellen.
U kunt deze instellingen met behulp van een
webbrowser configureren.
Zie Voordat u Beveiligd functieslot 2.0 kunt
gebruiken op pagina 4 om de webpagina te
configureren. Ga vervolgens als volgt te werk.
a Klik op Beheerder.
b Klik op Beveiligd functieslot.
c Voer een groeps- of gebruikersnaam
van maximaal 15 alfanumerieke tekens
in het veld Id-nummer/naam in. Voer
vervolgens een viercijferig wachtwoord
in het veld Pincode in.
d Schakel de functies die u wilt beperken
uit in het vak Afdrukken of Ander. Als u
de paginalimiet wilt configureren,
selecteert u Aan bij Paginalimiet en
voert u vervolgens het aantal in het vakje
Max. in. Klik vervolgens op Indienen.
Opmerking
U moet elke gebruiker een uniek
wachtwoord toewijzen.
U kunt één openbare gebruiker instellen.
Openbare gebruikers hoeven geen
wachtwoord in te voeren. Zie de
Netwerkhandleiding voor meer informatie.
Beveiligd functieslot in-/
uitschakelen
Opmerking
Als u het verkeerde wachtwoord invoert,
ziet u Fout wachtwoord op het LCD-
scherm. Voer het juiste wachtwoord in.
Beveiligd functieslot inschakelen
a Druk op MENU.
b Druk op Standaardinst.
c Druk op a of b om Functieslot weer
te geven.
d Druk op Functieslot.
e Druk op Slot UitiAan.
f Voer met de knoppen op het LCD-
scherm uw viercijferig
beheerderwachtwoord in.
Druk op OK.
Beveiligd functieslot uitschakelen
a Druk op
Openbaar
.
b Druk op Slot AaniUit.
c Voer met de knoppen op het LCD-
scherm uw viercijferig
beheerderwachtwoord in.
Druk op OK.