BEKNOPTE GEBRUIKERSHANDLEIDING MFC-J625DW Versie 0 DUT
Als u de klantenservice wilt bellen Vul de volgende gegevens in voor toekomstige referentie: Modelnummer: MFC-J625DW Serienummer: 1 Aankoopdatum: Plaats van aankoop: 1 Het serienummer staat op de achterkant van het apparaat. Bewaar deze Gebruikershandleiding samen met uw kassabon als aankoopbewijs in geval van diefstal of brand of voor service die onder de garantie valt. Registreer uw product online op http://www.brother.com/registration/ © 2011 Brother Industries, Ltd.
Gebruikershandleidingen en waar ze te vinden zijn Welke handleiding? 1 Wat staat erin? Waar is de handleiding? Handleiding product veiligheid Lees deze handleiding eerst. Lees de Veiligheidsinstructies voordat u de machine instelt. Raadpleeg deze handleiding voor handelsmerken en wettelijke beperkingen.
Inhoudsopgave (BEKNOPTE GEBRUIKERSHANDLEIDING) 1 Algemene informatie 1 Gebruik van de documentatie................................................................................1 Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden..................1 Toegang krijgen tot de Uitgebreide gebruikershandleiding, de Softwarehandleiding, de Netwerkhandleiding en de Verklarende woordenlijst Netwerk...........................................................................................
4 Een fax verzenden 30 Faxen verzenden .................................................................................................30 Faxen onderbreken ....................................................................................... 32 Het formaat van de glasplaat instellen om te faxen.......................................32 Een fax in kleur verzenden ............................................................................32 Een actieve fax annuleren .....................................
7 Nummers kiezen en opslaan 45 Nummers kiezen..................................................................................................45 Handmatig kiezen..........................................................................................45 Snelkiezen .....................................................................................................45 Faxnummer opnieuw kiezen..........................................................................45 Meer manieren om nummers te kiezen ...
B Problemen oplossen 66 Foutmeldingen ..................................................................................................... 66 Foutanimatie.................................................................................................. 74 Faxberichten of Faxjournaal overzetten ........................................................ 74 Document vastgelopen.................................................................................. 75 Printer of papier vastgelopen..................
Inhoudsopgave (UITGEBREIDE GEBRUIKERSHANDLEIDING) In de Uitgebreide gebruikershandleiding worden de volgende functies en handelingen toegelicht. U kunt de Uitgebreide gebruikershandleiding doornemen op de cd-rom.
1 Algemene informatie Gebruik van de documentatie 1 WAARSCHUWING 1 WAARSCHUWING geeft een mogelijk gevaarlijke situatie aan die, als deze niet wordt voorkomen, kan resulteren in ernstig of fataal letsel. Dank u voor de aanschaf van een Brothermachine! Het lezen van de documentatie helpt u bij het optimaal benutten van uw machine. Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden De volgende symbolen en conventies worden in de documentatie gebruikt.
Hoofdstuk 1 Toegang krijgen tot de Uitgebreide gebruikershandleiding, de Softwarehandleiding, de Netwerkhandleiding en de Verklarende woordenlijst Netwerk 1 Opmerking Als het scherm niet automatisch verschijnt, gaat u naar Deze computer (Computer), dubbelklikt u op het pictogram van de cd-rom en vervolgens op start.exe. b Klik op de naam van uw model als het scherm met modelnamen wordt weergegeven. c Klik op uw taal als het talenscherm wordt weergegeven. U ziet het hoofdmenu van de cd-rom.
Algemene informatie Documentatie bekijken (Macintosh) a Zet de Macintosh aan. Plaats de Brother-cd-rom in uw cd-romstation. Het volgende venster wordt weergegeven. 1 Instructies voor het scannen opzoeken 1 1 Er zijn verscheidene manieren waarop u documenten kunt scannen. U kunt de instructies als volgt vinden: Softwarehandleiding Scannen ControlCenter Netwerkscannen Procedurehandleidingen voor ScanSoft™ PaperPort™12SE met OCR (Windows®-gebruikers) b Dubbelklik op het symbool Documentatie.
Hoofdstuk 1 Instructies voor netwerkinstellingen opzoeken Uw machine kan worden aangesloten op een draadloos netwerk. Algemene configuratie-instructies uuInstallatiehandleiding Als uw draadloze toegangspunt of router ondersteuning biedt voor Wi-Fi Protected Setup of AOSS™ uuInstallatiehandleiding 1 Brother-support openen (Windows®) Alle benodigde hulpbronnen, zoals websupport (Brother Solutions Center), zijn beschikbaar op de cd-rom. Klik op Brother-support in het Hoofdmenu.
Algemene informatie Brother-support openen (Macintosh) 1 1 Alle benodigde hulpbronnen, zoals websupport (Brother Solutions Center), zijn beschikbaar op de cd-rom. Dubbelklik op het symbool Brother-support. Het volgende scherm wordt weergegeven: Klik op Presto! PageManager om Presto! PageManager te downloaden en installeren. Klik op Onlineregistratie om uw machine te registreren via de pagina voor Brotherproductregistratie (http://www.brother.com/registration/).
Hoofdstuk 1 Overzicht van het bedieningspaneel 7 6 1 1 Modustoetsen: Telefoon/Intern Deze toets wordt gebruikt voor een telefoongesprek nadat de hoorn van het externe telefoontoestel tijdens het dubbele belsignaal is opgepakt. Bij aansluiting op een PBX kunt u met deze toets ook toegang krijgen tot een buitenlijn of een gesprek overzetten naar een ander toestel. FAX Hiermee opent u de faxmodus. SCAN Hiermee opent u de scanmodus. KOPIE Hiermee opent u de kopieermodus.
Algemene informatie 1 4 5 6 Stop/Eindigen 5 4 2 3 7 Met een druk op deze toets wordt een bewerking gestopt of het menu gesloten. Hiermee zet u de machine aan en uit. Kiestoetsen Deze toetsen gebruikt u om telefoon- en faxnummers te kiezen en om informatie in de machine in te voeren. Druk op LCD (Liquid Crystal Display) Dit is een touchscreen-LCD. U kunt de menu's en de opties openen door op de toetsen op het scherm te drukken.
Hoofdstuk 1 Aanduidingen op het LCD-scherm 1 2 3 4 5 Menu Hiermee opent u het hoofdmenu. 2 Inkt Hieraan kunt u zien hoeveel inkt beschikbaar is. Bovendien kunt u hiermee het menu Inkt openen. s of t Druk hierop om de vorige of volgende pagina weer te geven. Als er slechts één pagina is, branden deze pijltoetsen niet. 4 Als de informatietoets brandt, kunt u hiermee informatie over machinefuncties of foutmeldingen weergeven. 5 Hiermee kunt u de instellingen voor de huidige favoriet oproepen.
Algemene informatie Statuslampje 1 b Druk op s of t om Stand.instel. weer te geven. 1 Wanneer u de machine inschakelt, gaat het statuslampje branden. Tijdens lees- en schrijfbewerkingen op de geheugenkaart of het USB-flashstation knippert het statuslampje. Wanneer de machine in de slaapstand staat, is het statuslampje uit. c d Standaardhandelingen Om het touchscreen te gebruiken, drukt u met uw vinger op Menu of de optietoets op het touchscreen.
Hoofdstuk 1 Instellingen voor favorieten U kunt de fax-, kopieer- en scaninstellingen die u het meest gebruikt, registreren door deze als uw favorieten in te stellen. U kunt deze instellingen dan op een later tijdstip vlot oproepen en toepassen. U kunt drie favorieten registreren.
Algemene informatie k l Druk op OK ter bevestiging. k Druk op Stop/Eindigen. Instellingen voor favorieten verwijderen Instellingen voor favorieten wijzigen 1 Druk op Stop/Eindigen. 1 1 U kunt een favoriet verwijderen. U kunt wijzigingen aanbrengen in de instellingen die voor een favoriet zijn geregistreerd. a b Druk op Menu. a b c Druk op de favoriet (1, 2 of 3) die u wilt verwijderen. d Druk op Verwijder om de in stap c gekozen favoriet te verwijderen. Druk op Ja ter bevestiging.
Hoofdstuk 1 Volume-instellingen Belvolume 1 1 U kunt uit een aantal belvolume-niveaus kiezen, van Hoog tot Uit. De machine behoudt uw nieuwe standaardinstelling totdat u deze wijzigt. Het belvolume instellen via het menu a b c d Druk op Menu. Druk op s of t om Standaardinst. weer te geven. Druk op Standaardinst. Druk op s of t om Volume weer te geven. e f Druk op Volume. g h i Druk op Belvolume. 12 Druk op s of t om Belvolume weer te geven. Druk op Laag, Half, Hoog of Uit.
Algemene informatie Luidsprekervolume U kunt uit een aantal luidsprekervolumeniveaus kiezen, van Hoog tot Uit. a b Druk op Menu. Druk op s of t om Standaardinst. weer te geven. c d Druk op Standaardinst. e f Druk op Volume. g h i Druk op Speaker. Druk op s of t om Volume weer te geven. Druk op s of t om Speaker weer te geven. Druk op Laag, Half, Hoog of Uit. Druk op Stop/Eindigen.
2 Papier laden 2 b Papier en andere afdrukmedia laden Open het deksel van de uitvoerlade (1). 1 2 Opmerking Als u op Foto (10 × 15 cm) of Foto L (89 × 127 mm) wilt afdrukken, moet u de fotopapierlade gebruiken. (Zie Fotopapier laden uu pagina 18.) Laad slechts één papierformaat en één papiersoort tegelijk in de papierlade. a Trek de papierlade volledig uit de machine.
Papier laden d Blader de stapel papier goed door om te voorkomen dat papier vastloopt of scheef wordt ingevoerd. Opmerking Wanneer er slechts enkele vellen in de papierlade liggen, kan het gebeuren dat papier scheef wordt ingevoerd. Plaats minstens 10 vellen papier in de papierlade. f Pas de papiergeleiders voor de breedte (1) voorzichtig met beide handen aan het papierformaat aan. Zorg dat de papiergeleiders aan de zijkant de randen van het papier aanraken.
Hoofdstuk 2 h Duw de papierlade langzaam volledig in de machine. Enveloppen en briefkaarten laden Informatie over enveloppen 2 2 Gebruik enveloppen met een gewicht tussen 80 en 95 g/m2. i Voor sommige enveloppen moet u de marge in de toepassing instellen. Maak altijd eerst een proefafdruk voordat u een groot aantal enveloppen afdrukt. Terwijl u de papierlade vasthoudt, trekt u de papiersteun (1) naar buiten tot u een klik hoort en vouwt u vervolgens de papiersteunklep (2) uit.
Papier laden Enveloppen en briefkaarten laden a Druk de hoeken en zijkanten van de enveloppen of briefkaarten zo plat mogelijk voordat u deze plaatst. BELANGRIJK Plaats de enveloppen of briefkaarten een voor een in de papierlade als er meerdere enveloppen of briefkaarten tegelijk naar binnen worden getrokken. 2 b Plaats de enveloppen of briefkaarten met de adreszijde naar beneden en de invoerkant (bovenkant van de envelop) eerst, zoals aangegeven in de illustratie.
Hoofdstuk 2 Als u problemen hebt bij het afdrukken op enveloppen met de omslag aan de korte kant, kunt u het volgende proberen: a b Open de omslag van de envelop. Leg de envelop in de papierlade met de adreszijde naar beneden en de omslag in de positie zoals aangegeven in de illustratie. Fotopapier laden 2 Gebruik de fotopapierlade die boven op de uitvoerpapierlade is geplaatst, om op de papierformaten Foto (10 × 15 cm) en Foto L (89 × 127 mm) af te drukken.
Papier laden b Druk de papiergeleiders voor de breedte (1) en de papiergeleider voor de lengte (2) in en stel ze af op het papierformaat. 2 Opmerking • Controleer altijd of het papier niet is omgekruld of gekreukt. • De indicator Photo (Foto) geeft aan dat de fotopapierlade zich in de stand voor het afdrukken van foto's bevindt. De A4/LTR-indicator geeft aan dat de fotopapierlade zich in de normale afdrukstand bevindt.
Hoofdstuk 2 d Zet de fotopapierlade weer in de normale afdrukstand als u klaar bent met het afdrukken van foto's. Als u dit niet doet, wordt de foutmelding Papier nazien weergegeven wanneer u A4-papier gebruikt. Knijp de blauwe ontgrendelingsknop van de fotopapierlade (1) met uw rechterwijsvinger en -duim samen en duw de fotopapierlade weer terug tot deze vastklikt (2).
Papier laden Afdrukgebied 2 Hoe groot het afdrukgebied is, is afhankelijk van de instellingen binnen de door u gebruikte toepassing. De onderstaande afbeeldingen tonen de onbedrukbare gedeelten op losse vellen papier en enveloppen. De machine kan afdrukken binnen de grijze gedeelten van losse vellen papier wanneer de afdrukfunctie Zonder rand beschikbaar en ingeschakeld is.
Hoofdstuk 2 Papierinstellingen Papiersoort Voor de beste afdrukkwaliteit stelt u de machine in op het type papier dat u gebruikt. a b Druk op Menu. Druk op s of t om Standaardinst. weer te geven. c d Druk op Standaardinst. e f Druk op Papiersoort. g Druk op s of t om Papiersoort weer te geven. Druk op s of t om Normaal Papier, Inkjet papier, Brother BP71, Brother BP61, Glossy anders of Transparanten weer te geven en druk vervolgens op de optie die u wilt instellen.
Papier laden Geschikt papier en andere afdrukmedia De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed door het soort papier dat u in de machine gebruikt. Om de beste afdrukkwaliteit voor de gekozen instellingen te realiseren, moet u de papiersoort altijd instellen op het type papier dat in de lade is geplaatst. U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat papier), glanzend papier, transparanten en enveloppen gebruiken.
Hoofdstuk 2 Omgaan met en gebruik van afdrukmedia Papiercapaciteit van het deksel van de papieruitvoerlade 2 Bewaar papier in de originele verpakking en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en uit de buurt van vocht, direct zonlicht en warmte. Zorg dat u de glimmende (gecoate) zijde van het fotopapier niet aanraakt. Plaats fotopapier met de glimmende zijde naar beneden.
Papier laden De juiste afdrukmedia selecteren 2 Type en formaat papier voor elke functie Papiersoort Losse vellen Papierformaat Transparanten 2 Gebruik Faxen Kopiëren Photo Capture Printer A4 210 × 297 mm Ja Ja Ja Ja Letter 215,9 × 279,4 mm Ja Ja Ja Ja Executive 184 × 267 mm – – – Ja JIS B5 182 × 257 mm – – – Gebruikergedefinieerd A5 148 × 210 mm – Ja – Ja A6 105 × 148 mm – – – Ja 10 × 15 cm – Ja Ja Ja 89 × 127 mm – – – Ja 13 × 18 cm – – Ja Ja 12
Hoofdstuk 2 Gewicht, dikte en capaciteit van papier Papiersoort 2 Gewicht Dikte Aantal vellen Normaal papier 64 tot 120 g/m2 0,08 tot 0,15 mm 100 1 Inkjetpapier 64 tot 200 g/m2 0,08 tot 0,25 mm 20 Glanzend papier Max. 220 g/m2 Max. 0,25 mm 20 2 3 Fotokaart Max. 220 g/m2 Max. 0,25 mm 20 2 3 Indexkaart Max. 120 g/m2 Max. 0,15 mm 30 Briefkaart Max. 200 g/m2 Max. 0,25 mm 30 Enveloppen 75 tot 95 g/m2 Max.
3 Documenten laden Documenten laden a 3 3 Vouw de ADF-documentsteun (1) en de ADF-documentsteunklep (2) uit. U kunt via de ADF (automatische documentinvoer) en via de glasplaat een fax versturen, kopieën maken en scannen. De ADF gebruiken 2 3 1 3 De ADF heeft een capaciteit van maximaal 15 vellen 1 en voert het papier vel voor vel in. Gebruik papier met een gewicht van 90 g/m2 en waaier de stapel altijd los voordat u het papier in de ADF plaatst.
Hoofdstuk 3 Documenten laden BELANGRIJK Opmerking Laat GEEN dikke documenten achter op de glasplaat. Als u dat doet, kan papier in de ADF vastlopen. d Als u de glasplaat wilt gebruiken, moet de ADF leeg zijn. Vouw de ADF-documentsteunklep na gebruik van de ADF in en sluit vervolgens de ADF-documentsteun. Druk vervolgens op de linkerbovenhoek van de ADF-documentsteun om deze volledig te sluiten. De glasplaat gebruiken a b Til het documentdeksel op. c Sluit het documentdeksel.
Documenten laden BELANGRIJK Als u een boek of een lijvig document scant, laat het deksel dan NIET dichtvallen en druk er niet op. Niet-scanbaar gebied 3 3 De grootte van het scangebied is afhankelijk van de instellingen in de door u gebruikte toepassing. Hieronder wordt aangegeven welke gebieden niet kunnen worden gescand.
4 Een fax verzenden Faxen verzenden In de volgende stappen wordt beschreven hoe u een fax verzendt. a Wanneer u een fax wilt verzenden of de instellingen voor het verzenden of ontvangen van faxen wilt wijzigen, drukt u op de toets (FAX). b 4 Plaats uw document op een van de volgende manieren: Plaats het document met de bedrukte zijde naar beneden in de ADF. (Zie De ADF gebruiken uu pagina 27.) Leg uw document met de bedrukte zijde naar beneden op de glasplaat.
Een fax verzenden c U kunt de volgende faxinstellingen wijzigen. Druk op FAX en vervolgens op Opties. Druk op s of t om door de faxinstellingen te bladeren. Druk op de gewenste instelling en kies een optie. e Faxen verzenden vanaf de ADF Zie pagina 32 tot en met 33 voor meer informatie over het wijzigen van de volgende faxinstellingen.
Hoofdstuk 4 Faxen onderbreken 4 Druk op Stop/Eindigen om het faxen te onderbreken. Het formaat van de glasplaat instellen om te faxen Druk op b c Druk op Opties. d e 4 Voor het verzendrapport zijn verschillende instellingen mogelijk: Druk op s of t om Scanformaat glas weer te geven. Aan: Drukt een rapport af na elke verzonden fax. Druk op Scanformaat glas. Aan+Beeld: Drukt een rapport af na elke verzonden fax. Een gedeelte van de eerste pagina van de fax wordt op het rapport weergegeven.
Een fax verzenden g Druk op s of t om Aan, Aan+Beeld, Uit of Uit+Beeld weer te geven en druk vervolgens op de optie die u wilt instellen. h Druk op Stop/Eindigen. Opmerking • Als u Aan+Beeld of Uit+Beeld kiest, wordt de afbeelding alleen op het verzendrapport weergegeven als de instelling voor direct verzenden uitgeschakeld is. (uuUitgebreide gebruikershandleiding: Direct verzenden) 4 • Als de transmissie goed is verlopen, wordt "OK" naast "RESULT" op het verzendrapport weergegeven.
5 Faxberichten ontvangen 5 Ontvangstmodi 5 U moet een ontvangstmodus kiezen die past bij de externe apparaten en telefoondiensten die op de lijn zijn aangesloten. De ontvangstmodus kiezen 5 Standaard ontvangt uw machine automatisch alle faxen die ernaartoe worden verzonden. Met behulp van het onderstaande schema kunt u de juiste modus kiezen. Raadpleeg Ontvangstmodi gebruiken uu pagina 35 voor meer informatie over ontvangstmodi.
Faxberichten ontvangen Ontvangstmodi gebruiken Handmatig 5 In sommige ontvangstmodi wordt automatisch geantwoord (Alleen Fax en Fax/Telefoon). U kunt de belvertraging wijzigen voordat u deze standen gebruikt. (Zie Belvertraging uu pagina 36.) Alleen Fax 5 Als de modus Alleen Fax is ingeschakeld, wordt elk telefoontje automatisch als faxoproep beantwoord.
Hoofdstuk 5 Instellingen ontvangstmodus Belvertraging De instelling Belvertraging bepaalt hoe vaak de machine in de modus Alleen Fax of Fax/Telefoon overgaat voordat de oproep wordt beantwoord. Als u een extern of tweede toestel op dezelfde lijn als de machine gebruikt, kiest u het maximum aantal belsignalen. (Zie Werken met externe of tweede toestellen uu pagina 42 en Fax Waarnemen uu pagina 37.) a b c d e f g h i 36 Druk op Menu. Druk op s of t om Fax weer te geven. Druk op Fax.
Faxberichten ontvangen c d Opmerking Zelfs als de beller tijdens het dubbele belsignaal ophangt, blijft de machine overgaan gedurende het aantal seconden dat u hebt geselecteerd. Fax Waarnemen Als Fax Waarnemen is ingesteld op Aan: e f 5 5 De machine ontvangt een faxoproep automatisch, zelfs als u de oproep beantwoordt. Als op het LCD-scherm Ontvangst wordt weergegeven of wanneer u tjirpende geluiden via de hoorn hoort, legt u gewoon de hoorn op de haak. Uw machine doet de rest.
6 Telefoontoestel en externe apparaten Opties voor normale telefoongesprekken Fax/Telefoon-modus 6 6 Als de machine in de Fax/Telefoon-modus staat, wordt het dubbele belsignaal (een snel dubbel belsignaal) gebruikt om aan te geven dat het een normaal telefoontje betreft. Na enkele belsignalen wordt op het LCD-scherm het telefoonnummer (en eventueel de naam) van de beller weergegeven.
Telefoontoestel en externe apparaten Telefoondiensten PBX en doorverbinden De machine ondersteunt de nummerweergavedienst die door sommige telefoonbedrijven wordt aangeboden. Functies als Voicemail, Wisselgesprekken, Wisselgesprekken/Nummerweergave, een antwoordapparaat, alarmsysteem of een andere speciale functie op dezelfde lijn kunnen problemen veroorzaken bij de werking van de machine.
Hoofdstuk 6 Een extern antwoordapparaat aansluiten U kunt een extern antwoordapparaat aansluiten. Als u echter een extern antwoordapparaat aansluit op dezelfde telefoonlijn als de machine, worden alle gesprekken beantwoord door het antwoordapparaat terwijl de machine “luistert” of er faxtonen zijn. Als faxtonen worden waargenomen, neemt de machine de oproep over en wordt de fax ontvangen.
Telefoontoestel en externe apparaten Een uitgaand bericht opnemen op een extern antwoordapparaat Bij het opnemen van dit bericht is een goede timing van belang. a Neem vijf seconden stilte op aan het begin van uw bericht. (Dit geeft de machine de gelegenheid om bij automatische faxtransmissies de faxtonen te horen voordat deze stoppen.) b Neem een bericht van maximaal 20 seconden op.
Hoofdstuk 6 Externe en tweede toestellen Werken met externe of tweede toestellen Een extern of tweede toestel aansluiten 6 U kunt een apart toestel op uw machine aansluiten, zoals in onderstaande afbeelding. 1 2 Als u een faxoproep aanneemt van een tweede toestel of een extern toestel, kunt u de oproep naar de machine doorverbinden met behulp van de code voor activeren op afstand. Als u de code voor activeren op afstand, l 5 1, intoetst, begint de machine met het ontvangen van de fax.
Telefoontoestel en externe apparaten Een draadloze externe telefoon gebruiken Code voor deactiveren op afstand 6 Wanneer de basiseenheid van de draadloze telefoon op dezelfde telefoonlijn is aangesloten als de machine (zie Externe en tweede toestellen uu pagina 42), is het handiger om oproepen tijdens de belvertraging op te nemen als u de draadloze telefoon bij u hebt.
Hoofdstuk 6 i Ga op een van de volgende manieren te werk: Als u de code voor activeren op afstand wilt wijzigen, voert u de nieuwe code in. Druk op OK, ga naar stap j. Als u de code voor activeren op afstand niet wilt wijzigen, drukt u op OK en gaat u naar stap j. j Ga op een van de volgende manieren te werk: Als u de code voor deactiveren op afstand wilt wijzigen, voert u de nieuwe code in. Druk op OK, ga naar stap k.
7 Nummers kiezen en opslaan Nummers kiezen Handmatig kiezen 7 7 Toets alle cijfers van het fax- of telefoonnummer in. Snelkiezen a Druk op Snelkzn. U kunt ook Snelkzn kiezen door op (FAX) te drukken. b 7 7 Faxnummer opnieuw kiezen 7 Herkies/Pauze werkt alleen als u het nummer via het bedieningspaneel hebt gekozen. Als u een fax automatisch wilt verzenden en de lijn bezet is, wordt het nummer automatisch maximaal drie keer met tussenpozen van vijf minuten opnieuw gekozen.
Hoofdstuk 7 Meer manieren om nummers te kiezen Overzicht van uitgaande gesprekken De laatste 30 nummers waarnaar u een fax hebt verstuurt, worden opgeslagen in het overzicht van uitgaande gesprekken. U kunt een van deze nummers selecteren om er een fax naar te sturen, het toe te voegen als snelkiesnummer of te verwijderen. a Druk op Herkies/Pauze. U kunt ook op Historie drukken. b c Druk op het gewenste nummer. Ga op een van de volgende manieren te werk: Om een fax te verzenden drukt u op Faxen.
Nummers kiezen en opslaan d Ga op een van de volgende manieren te werk: Om een fax te verzenden drukt u op Faxen. Druk op Mono Start of Kleur Start. Als u het nummer wilt opslaan, drukt u op Meer en vervolgens op Snelkiesnr toev. (uuUitgebreide gebruikershandleiding: Snelkiesnummers uit nummerweergavegeheugen opslaan) Als u het nummer uit het overzicht wilt verwijderen, drukt u op Meer en drukt u vervolgens op Verwijder. Druk op Ja ter bevestiging. Druk op Stop/Eindigen.
Hoofdstuk 7 d Ga op een van de volgende manieren te werk: Voer de naam (maximaal 16 tekens) in met behulp van de toetsen op het scherm. h Wanneer uw instellingen op het LCDscherm worden weergegeven, drukt u op OK om deze te bevestigen. i Ga op een van de volgende manieren te werk: Druk op OK. Om nog een snelkiesnummer op te slaan, herhaalt u stap b tot en met h. (Zie Tekst invoeren uu pagina 114 voor informatie over het invoeren van letters.
Nummers kiezen en opslaan g Ga op een van de volgende manieren te werk: h Als u de naam wilt wijzigen, drukt u op Naam. Voer de nieuwe naam (maximaal 16 tekens) in met behulp van de toetsen op het touchscreen. (Zie Tekst invoeren uu pagina 114.) Druk op OK als u klaar bent. Als u nog een snelkieslocatie wilt wijzigen, herhaalt u stap c tot en met g. Druk op OK. Als u het eerste fax- of telefoonnummer wilt wijzigen, drukt u op .
8 Kopiëren Kopiëren 8 In de volgende stappen worden de standaardkopieerhandelingen beschreven. a Controleer of de kopieermodus is ingeschakeld en druk op c Als u meerdere kopieën wilt maken, toetst u het aantal in (maximaal 99). d Druk op Mono Start of Kleur Start. 8 Kopiëren stoppen 8 (KOPIE). Druk op Stop/Eindigen om het kopiëren te stoppen. Kopieerinstellingen Op het LCD-scherm wordt het volgende weergegeven: 1 U kunt de volgende kopieerinstellingen wijzigen.
Kopiëren Papieropties 8 Papiersoort 8 Als u op een speciale papiersoort kopieert, stelt u de machine in op die papiersoort voor optimale afdrukkwaliteit. a Druk op b c d e Laad uw document. f g Druk op Papiersoort. h f g h (KOPIE). Druk op Papierformaat. Druk op s of t om A4, A5, 10x15cm of Letter weer te geven en druk vervolgens op de optie die u wilt instellen. Als u geen instellingen meer wilt wijzigen, drukt u op Mono Start of Kleur Start. Toets in hoeveel kopieën u wilt maken.
9 Foto's afdrukken vanaf een geheugenkaart of USBflashstation PhotoCapture Center™-functies (FOTO-modus) Ook wanneer uw machine niet is aangesloten op uw computer, kunt u foto's direct vanaf digitale cameramedia of een USBflashstation afdrukken. (Zie Foto's afdrukken uu pagina 55.) U kunt documenten scannen en deze rechtstreeks op een geheugenkaart of USBflashstation opslaan. (Zie Naar een geheugenkaart of een USB-flashstation scannen uu pagina 56.
Foto's afdrukken vanaf een geheugenkaart of USB-flashstation Aan de slag 9 Steek de geheugenkaart of het USB-flashstation stevig in de juiste sleuf. 2 1 1 USB-flashstation BELANGRIJK De USB Direct Interface biedt alleen ondersteuning voor een USB-flashstation, een camera die compatibel is met PictBridge of een digitale camera die gebruikmaakt van USB-massaopslag. Andere USB-apparaten worden niet ondersteund.
Hoofdstuk 9 BELANGRIJK Steek een Memory Stick Duo™ NIET in de onderste sleuf. Hierdoor kan de machine worden beschadigd. Statuslampje Tijdens lees- en schrijfbewerkingen op de geheugenkaart of het USB-flashstation knippert het statuslampje.
Foto's afdrukken vanaf een geheugenkaart of USB-flashstation Foto's afdrukken Foto's weergeven U kunt foto's op het LCD-scherm bekijken voordat u deze afdrukt. Als uw foto's grote bestanden zijn, kan het langer duren voordat elke foto op het LCD-scherm wordt weergegeven. a Controleer of u de geheugenkaart of het USB-flashstation in de juiste sleuf hebt geplaatst. Druk op (FOTO). b c Druk op Foto’s weerg. d Druk op + of - om te selecteren hoeveel exemplaren u wilt afdrukken.
Hoofdstuk 9 Naar een geheugenkaart of een USB-flashstation scannen 9 b Laad uw document. c Druk op d e Druk op Scan nr media. U kunt zwart-wit- en kleurendocumenten naar een geheugenkaart of USB-flashstation scannen. Zwart-witdocumenten worden opgeslagen in het bestandsformaat PDF (*.PDF) of TIFF (*.TIF). Documenten in kleur kunnen in het bestandsformaat PDF (*.PDF) of JPEG (*.JPG) worden opgeslagen. De fabrieksinstelling is Kleur 200 dpi en het standaardbestandsformaat is PDF.
10 Afdrukken vanaf een computer Een document afdrukken 10 10 De machine kan gegevens van uw computer ontvangen en deze afdrukken. Om vanaf een computer te kunnen afdrukken, moet u de printerdriver installeren. uuSoftwarehandleiding: Afdrukken (Windows®) uuSoftwarehandleiding: Afdrukken en faxen (Macintosh) a Installeer de Brother-printerdriver vanaf de cd-rom. (uuInstallatiehandleiding) b Selecteer de opdracht Afdrukken in uw toepassing.
11 Scannen vanaf een computer Een document scannen 11 Er zijn verscheidene manieren waarop u documenten kunt scannen. U kunt de toets SCAN op de machine of de scannerdrivers op uw computer gebruiken. a b c Om de machine als scanner te kunnen gebruiken, moet u de scannerdriver installeren. Als de machine is aangesloten op een netwerk, configureert u deze met een TCP-/IPadres. Installeer de scannerdrivers vanaf de cd-rom.
Scannen vanaf een computer Scannen met een scannerdriver 11 Scannen met het ControlCenter uuSoftwarehandleiding: Een document scannen met de TWAIN-driver (Windows®) uuSoftwarehandleiding: ControlCenter4 (Windows®) uuSoftwarehandleiding: Een document scannen met de WIA-driver (Windows®) uuSoftwarehandleiding: ControlCenter2 (Macintosh) 11 uuSoftwarehandleiding: Een document scannen met de TWAIN-driver (Macintosh) uuSoftwarehandleiding: Documenten scannen met de ICA-driver (Mac OS X 10.6.
A Routineonderhoud De inktcartridges vervangen Uw machine is voorzien van een inktstippenteller. De inktstippenteller controleert automatisch het inktniveau in elk van de vier cartridges. Als de machine ontdekt dat een inktcartridge bijna leeg is, wordt een melding op het LCD-scherm weergegeven. Op het LCD-scherm wordt aangegeven welke inktcartridge bijna leeg of aan vervanging toe is. Volg de aanwijzingen op het LCD-scherm om de inktcartridges in de juiste volgorde te vervangen.
Routineonderhoud b Druk op de ontgrendelingshendel (zie illustratie) om de op het LCD-scherm aangegeven cartridge te ontgrendelen. Verwijder de cartridge uit de machine. d Draai de groene hendel op de oranje verpakking (1) rechtsom tot deze klikt om de vacuümverpakking te openen. Verwijder de oranje verpakking vervolgens (zie illustratie). 1 1 c Open de verpakking met de nieuwe inktcartridge voor de kleur die op het scherm wordt getoond, en haal vervolgens de inktcartridge eruit.
f Duw voorzichtig tegen de achterkant van de inktcartridge met de aanduiding “PUSH” (duwen) tot de cartridge op zijn plaats klikt. Sluit vervolgens het deksel van de inktcartridge. BELANGRIJK • Verwijder inktcartridges ALLEEN als deze aan vervanging toe zijn. Als u zich niet aan dit voorschrift houdt, kan de hoeveelheid inkt achteruitgaan en weet de machine niet hoeveel inkt er nog in de cartridge zit. • Raak de houders voor de cartridges NIET aan.
Routineonderhoud De machine reinigen en controleren De glasplaat reinigen Opmerking A A a Haal de stekker van de machine uit het stopcontact. b Til het documentdeksel (1) op. Reinig de glasplaat (2) en het witte plastic (3) met een zachte, pluisvrije doek die is bevochtigd met een niet-brandbare glasreiniger. Nadat u de glazen strook hebt gereinigd, voelt u met uw vingertoppen of er nog vuil op zit. Als u vuil voelt, reinigt u de glazen strook en met name het vuile gedeelte opnieuw.
De printkop reinigen De printkop wordt indien nodig automatisch gereinigd, zodat de afdrukkwaliteit optimaal blijft. Als de afdrukkwaliteit te wensen overlaat, kunt u het reinigingsproces handmatig starten. Als er op de afgedrukte pagina's een horizontale streep of een leeg gedeelte door tekst of grafisch werk loopt, dient u de printkop te reinigen. U kunt alleen Zwart, drie kleuren tegelijk (Geel/Cyaan/Magenta) of alle vier kleuren tegelijk reinigen. Bij het reinigen van de printkop wordt inkt verbruikt.
Routineonderhoud h i j U wordt gevraagd of u wilt beginnen met reinigen. Druk op Ja. De machine begint de printkop te reinigen. Druk na het reinigen op Start. De machine drukt de Testpagina afdrukkwaliteit opnieuw af. Herhaal de procedure vanaf stap e. Druk op Stop/Eindigen. Als u deze procedure minimaal vijf keer herhaalt en de afdrukkwaliteit is nog steeds slecht, vervangt u de inktcartridge voor de kleur die niet goed wordt afgedrukt.
B Problemen oplossen Foutmeldingen B Zoals bij alle geavanceerde kantoorproducten kunnen er fouten optreden en dienen verbruiksartikelen te worden vervangen. In dergelijke gevallen kan de machine de fout zelf identificeren en wordt een foutmelding weergegeven. De onderstaande lijst geeft een overzicht van de meest voorkomende onderhouds- en foutmeldingen. De meeste meldingen over fouten en algemene onderhoudswerkzaamheden kunt u zelf afhandelen.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Alleen BK afdr. Een of meer kleurencartridges zijn aan vervanging toe. Vervang de inktcartridges. (Zie De inktcartridges vervangen uu pagina 60.) Inkt vervangen U kunt nog ongeveer vier weken in zwart-wit afdrukken, afhankelijk van het aantal pagina's dat u afdrukt.
Foutmelding Oorzaak Wat te doen Document nazien Het document is niet goed geplaatst of ingevoerd, of het document dat via de ADF is gescand, is te lang. (Zie De ADF gebruiken uu pagina 27.) De papierformaatinstelling komt niet overeen met het formaat van het papier in de lade. Of u hebt de papiergeleiders in de lade niet ingesteld op het gebruikte papierformaat. 1 Controleer of het geselecteerde papierformaat overeenkomt met het papierformaat in de lade.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Inkt bijna op Een of meer inktcartridges zijn bijna aan vervanging toe. Als de verzendende machine een kleurenfax wil verzenden, vraagt uw machine tijdens het contact maken om de fax in zwart-wit te verzenden. Als de verzendende machine de fax kan omzetten, wordt de kleurenfax door uw machine afgedrukt als een zwartwitfax. Bestel een nieuwe inktcartridge. U kunt doorgaan met afdrukken totdat Kan niet afdr. wordt weergegeven op het LCD-scherm.
Foutmelding Oorzaak Wat te doen Kan niet afdr. Een of meer inktcartridges zijn aan vervanging toe. De machine stopt alle printbewerkingen. Als er geheugenruimte is, worden zwartwitfaxen in het geheugen opgeslagen. Als de verzendende machine een kleurenfax wil verzenden, vraagt de machine tijdens het contact maken om de fax in zwart-wit te verzenden. Vervang de inktcartridges. (Zie De inktcartridges vervangen uu pagina 60.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Onbruikb. app. Een USB-apparaat of een USB-flashstation dat niet wordt ondersteund, is aangesloten op de USB Direct Interface. Ontkoppel het apparaat van de USB Direct Interface. Schakel de machine uit en vervolgens weer in. USB-apparaat loskoppelen. Ga naar http://solutions.brother.com/ voor meer informatie. Onjuiste inktkleur Er is een kleurencartridge op de positie van de zwarte cartridge geïnstalleerd.
Foutmelding Oorzaak Wat te doen Papier nazien De fotopapierlade is in de stand voor het afdrukken van foto's. Zet de fotopapierlade in de normale afdrukstand. (Zie stap d en de belangrijke opmerking in Fotopapier laden uu pagina 18.) Het papier in de machine is op of het papier is niet juist in de papierlade geplaatst. Ga op een van de volgende manieren te werk: Plaats papier in de papierlade en druk vervolgens op Mono Start of Kleur Start.
Problemen oplossen Foutmelding Oorzaak Wat te doen Reinigen onmog.XX De machine heeft een mechanisch probleem. Open het scannerdeksel en verwijder eventuele vreemde voorwerpen en papiersnippers uit het binnenste van de machine. Is het probleem hiermee niet verholpen, dan raadpleegt u Faxberichten of Faxjournaal overzetten uu pagina 74 alvorens de machine te ontkoppelen, zodat er geen belangrijke berichten verloren gaan.
Foutanimatie B Met foutanimatie worden stapsgewijs instructies weergegeven wanneer het papier is vastgelopen. U kunt de stappen in uw eigen tempo lezen door op t te drukken om de volgende stap weer te geven en op s om naar de vorige stap terug te gaan. Faxberichten of Faxjournaal overzetten e f g Druk op Dataoverdracht. Druk op Fax overdracht. Ga op een van de volgende manieren te werk: Als op het LCD-scherm Geen dataopslag wordt weergegeven, zijn er geen faxen meer in het geheugen van de machine.
Problemen oplossen Het faxjournaal naar een andere machine overbrengen Als u uw stations-ID nog niet hebt ingesteld, kunt u de overdrachtsmodus niet openen. (uuInstallatiehandleiding: Persoonlijke gegevens invoeren (Stations-ID)) a Druk op Stop/Eindigen om de fout tijdelijk te onderbreken. b c Druk op Menu. d e f g Druk op Service. h Druk op Mono Start. Druk op s of t om Service weer te geven. Druk op Dataoverdracht.
Het document is in de ADF vastgelopen a Verwijder al het papier uit de ADF dat niet is vastgelopen. b c Til het documentdeksel op. Trek het vastgelopen document naar links eruit. Printer of papier vastgelopen Verwijder het vastgelopen papier uit de plaats waar het in de machine is vastgelopen. Papier is vastgelopen aan de voorkant van de machine Als Papier vast [voor] wordt weergegeven op het LCD-scherm, volgt u de volgende stappen: a Haal de stekker van de machine uit het stopcontact.
Problemen oplossen c d Trek de twee groene hendels in de machine uit om het vastgelopen papier vrij te geven. Duw de twee groene hendels in de oorspronkelijke stand terug. g Duw de papierlade stevig terug in de machine. h Terwijl u de papierlade vasthoudt, trekt u de papiersteun naar buiten tot u een klik hoort en vouwt u vervolgens de papiersteunklep uit. Let erop dat u de papiersteun naar buiten trekt tot u een klik hoort. i Sluit het netsnoer weer aan. Trek het vastgelopen papier (1) eruit.
b Open de klep ter verwijdering van vastgelopen papier (1) aan de achterzijde van de machine. Papier is vastgelopen aan de voor- en achterkant van de machine Als Pap. vast vr,achtr wordt weergegeven op het LCD-scherm, volgt u de volgende stappen: a Haal de stekker van de machine uit het stopcontact. BELANGRIJK 1 c Trek het vastgelopen papier uit de machine.
Problemen oplossen c Trek de twee groene hendels in de machine uit om het vastgelopen papier vrij te geven. f Open de klep ter verwijdering van vastgelopen papier (1) aan de achterzijde van de machine. 1 d g Trek het vastgelopen papier uit de machine. h Sluit de klep ter verwijdering van vastgelopen papier. Controleer of de klep goed gesloten is. Trek het vastgelopen papier (1) eruit. 1 e Til de klep ter verwijdering van vastgelopen papier omhoog en verwijder het vastgelopen papier.
i 1 Zet het scannerdeksel (1) met beide handen in de geopende stand met behulp van de plastic lipjes aan weerszijden van de machine. BELANGRIJK • Als het papier onder de printkop is vastgelopen, moet u de stekker van de machine uit het stopcontact trekken en vervolgens de printkop bewegen om het papier te verwijderen. 3 2 • Als de printkop zich in de rechterhoek bevindt (zie illustratie), kunt u deze niet verplaatsen. Sluit het netsnoer weer aan.
Problemen oplossen j Pak de plastic lipjes aan weerszijden van de machine met beide handen vast en sluit het scannerdeksel voorzichtig. k Duw de twee groene hendels in de oorspronkelijke stand terug. l Duw de papierlade stevig terug in de machine. m Terwijl u de papierlade vasthoudt, trekt u de papiersteun naar buiten tot u een klik hoort en vouwt u vervolgens de papiersteunklep uit. Let erop dat u de papiersteun naar buiten trekt tot u een klik hoort. n Sluit het netsnoer weer aan.
Problemen oplossen B Als u denkt dat er een probleem is met uw machine, kunt u de onderstaande tabel bekijken en de tips voor het oplossen van problemen volgen. De meeste problemen kunt u zelf eenvoudig oplossen. Indien u extra hulp nodig hebt, biedt het Brother Solutions Center u de meest recente veelgestelde vragen en tips voor het oplossen van problemen. Ga naar http://solutions.brother.com/. Als u problemen met uw machine hebt B Afdrukken Probleem Suggesties Geen print.
Problemen oplossen Afdrukken (Vervolg) Probleem Suggesties Witte horizontale lijnen in tekst of grafische afbeeldingen. Reinig de printkop. (Zie De printkop reinigen uu pagina 64.) Gebruik originele Innobella™-inkt van Brother. Gebruik het aanbevolen type papier. (Zie Geschikt papier en andere afdrukmedia uu pagina 23.) De machine print blanco pagina's. Reinig de printkop. (Zie De printkop reinigen uu pagina 64.) Gebruik originele Innobella™-inkt van Brother. Tekens en regels zijn vlekkerig.
Afdrukken (Vervolg) Probleem Suggesties Fotopapier wordt niet goed ingevoerd. Wanneer u afdrukt op fotopapier van Brother, plaatst u een extra vel van hetzelfde fotopapier in de papierlade. U vindt dit extra vel in de verpakking van het papier. Maak de invoerrollen voor het papier schoon. (uuUitgebreide gebruikershandleiding: De doorvoerrollen voor papier reinigen) De machine voert meerdere pagina’s in. Zorg dat het papier op de juiste wijze in de papierlade is geplaatst.
Problemen oplossen Telefoonlijn of verbindingen Probleem Suggesties Kiezen werkt niet. (Geen kiestoon) Controleer of de stekker in het stopcontact zit en de machine ingeschakeld is. Controleer of de telefoonlijn goed is aangesloten. Wijzig de instelling Toon/Puls. (uuInstallatiehandleiding) Neem de hoorn van de externe telefoon van de haak en luister of u een kiestoon hoort. Vraag uw telefoonbedrijf om de lijn en/of de wandcontactdoos te controleren als u geen kiestoon hoort.
Inkomende oproepen beantwoorden Probleem Suggesties De machine “hoort” een stem als een faxtoon. Als Fax waarnemen is ingeschakeld, is uw machine gevoeliger voor geluiden. Bepaalde stemmen of muziek op de lijn worden dan waargenomen als een faxapparaat dat belt, zodat de machine reageert met faxontvangsttonen. Deactiveer de machine door op Stop/Eindigen te drukken. U kunt dit probleem voorkomen door Fax waarnemen uit te schakelen. (Zie Fax Waarnemen uu pagina 37.) Een faxoproep naar de machine sturen.
Problemen oplossen Problemen met scannen (Vervolg) Probleem Suggesties Slechte scanresultaten bij het gebruik van de ADF. Gebruik de glasplaat. (Zie De glasplaat gebruiken uu pagina 28.) OCR werkt niet. Verhoog de scannerresolutie. (Macintosh-gebruikers) U dient Presto! PageManager eerst te downloaden en installeren. Zie Brother-support openen (Macintosh) uu pagina 5 voor verdere instructies.
Netwerkproblemen (Vervolg) Probleem Suggesties De functie netwerkscannen werkt niet. (Windows®-gebruikers) Netwerkscannen is alleen mogelijk als uw beveiligings-/firewallsoftware hiervoor is geconfigureerd. Voer de onderstaande informatie in om poort 54925 voor netwerkscannen toe te voegen: Naam: een willekeurige beschrijving (bijvoorbeeld Brother NetScan) Poortnummer: 54925 Protocol: UDP Raadpleeg de instructiehandleiding bij uw beveiligings-/firewallsoftware of neem contact op met de softwarefabrikant.
Problemen oplossen Kiestoon waarnemen Als u automatisch een fax verzendt, wacht uw machine standaard een bepaalde tijd voordat deze het nummer kiest. Als u de kiestoon op Waarneming instelt, kiest uw machine het nummer zodra deze een kiestoon waarneemt. Deze instelling spaart tijd als u een fax naar veel verschillende nummers verzendt. Als er na het wijzigen van de instelling problemen optreden wanneer u nummers kiest, moet u weer Geen detectie instellen. a b Druk op Menu. Druk op s of t om Stand.instel.
Informatie over de machine Het serienummer controleren 3 Alle instell. B B U kunt het serienummer van de machine nakijken op het scherm. a b Druk op Menu. c d e Druk op Machine-info. Druk op Serienummer. Druk op Stop/Eindigen. De volgende resetfuncties zijn beschikbaar: 1 Netwerk Hiermee kunt u de fabrieksinstellingen van de afdrukserver, zoals het wachtwoord en de IP-adresgegevens, herstellen. 2 Snelkiez.&fax Met snelkiez.
C Menu en functies Programmeren op het scherm C C Uw machine is zodanig ontworpen dat deze eenvoudig via het LCD-scherm kan worden geprogrammeerd met behulp van de menutoetsen op het touchscreen. Programmeren via het scherm is uiterst eenvoudig en helpt u alle functies van uw machine optimaal te benutten. Op het scherm worden stapsgewijze aanwijzingen weergegeven om u te helpen uw machine te programmeren.
Menutabel C De menutabel helpt u de menuselecties en -opties te begrijpen die u in de programma's van de machine tegenkomt. De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven. Menu C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Favorieten 1/2/3 Kopie Kwaliteit Hiermee kunt u eerder geregistreerde voorkeursinstellingen snel en gemakkelijk oproepen en toepassen.
Menu en functies Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Standaardinst. Inkt Testafdruk Printkwaliteit Hiermee kunt u de afdrukkwaliteit of uitlijning controleren. 64 Hiermee kunt u de printkop reinigen. 64 Zie Instel kantlijn Reinigen Zwarte inkt Kleur Alle inkt Tijdklokstand Inktvolume — Hiermee kunt u controleren hoeveel inkt beschikbaar is. — Uit Hiermee kunt u instellen na hoeveel tijd de machine weer in de FAX-modus wordt gezet. 0Sec. 30Sec. . 1Min 2Min.* 5Min.
Niveau1 Niveau2 Niveau3 Standaardinst. LCD instell. LCD-Contrast Opties (Vervolg) Schermverlicht Licht* Half Donker Lichtdim-timer Uit 10Sec. 20Sec. 30Sec.* Slaapstand — 1Min 2Min. 3Min. 5Min.* Omschrijvingen Pagina Hiermee kunt u het contrast van het LCD-scherm instellen. Zie Hiermee kunt u de helderheid van de achtergrondverlichting van het LCD-scherm aanpassen.
Menu en functies Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Fax Ontvangstmenu Fax Waarnemen Aan* 37 (Vervolg) (Vervolg) Hiermee worden faxen automatisch ontvangen wanneer u een oproep beantwoordt en de faxtoon hoort. U kunt alle oproepen op een tweede of extern toestel aannemen en codes gebruiken om de machine in of uit te schakelen. U kunt deze codes wijzigen. 43 Hiermee worden binnenkomende faxen verkleind tot het beschikbare papierformaat. Zie Uit Act.Op Afst.
Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Fax Kies rapport Verzendrapp. Aan Kies de begininstellingen voor het verzendrapport. 32 Hiermee stelt u de interval in voor het automatisch afdrukken van het faxjournaal. Als u een andere optie dan Uit of Na 50 faxen hebt gekozen, kunt u de tijd voor de gekozen optie instellen. Als u Elke 7 dagen hebt gekozen, kunt u de dag van de week instellen.
Menu en functies Menu Netwerk C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Netwerk TCP/IP BOOT Method Automatisch* Selecteert de opstartmethode die het beste aan uw eisen voldoet. Zie Statisch RARP . BOOTP DHCP IP Address [000-255]. Voer het IP-adres in. [000-255]. [000-255]. [000-255] Subnet Mask [000-255]. [000-255]. Voer het subnetmasker in. [000-255]. [000-255] Gateway [000-255]. [000-255]. Voer het adres van de gateway in. [000-255].
Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Netwerk WPS m/pincode — — U kunt uw draadloze netwerkinstellingen gemakkelijk configureren met WPS en een pincode. Zie Status WLAN Status — U kunt de huidige status van het draadloze netwerk nagaan. Signaal — U kunt de huidige signaalsterkte van het draadloze netwerk nagaan. SSID — U kunt de huidige SSID nagaan. Comm. Modus — U kunt de huidige communicatiemodus nagaan.
Menu en functies Menu (vervolg) C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Print lijsten Verzendrapport — — Zie Kieslijst — Alfabet. volgorde Hiermee drukt u deze lijsten en rapporten af. . Nummervolgorde Fax Journaal — — Gebruikersinst — — Netwerk Conf. — — WLAN-rapport — — Overz. beller-ID — — Machine-info Serienummer — — Hiermee kunt u het serienummer van uw machine bekijken. 90 Stand.instel.
Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Stand.instel. Reset Netwerk — Hiermee worden de fabrieksinstellingen van de afdrukserver, zoals het wachtwoord en de IPadresgegevens, hersteld. 90 Snelkiez.&fax — Hiermee verwijdert u alle opgeslagen snelkiesnummers en faxen en herstelt u de fabriekinstellingen van de stations-ID, de snelkieslijst, het verzendrapport en het faxjournaal. Alle instell. — Hiermee worden alle fabrieksinstellingen van de machine hersteld.
Menu en functies FAX ( ) C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Historie Uitgaand Faxen — Meer Snelkiesnr toev U kunt een nummer 46 kiezen uit het overzicht van uitgaande gesprekken en er vervolgens een fax naar verzenden, het nummer toevoegen als snelkiesnummer of het verwijderen.
Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Opties Faxresolutie — Standaard* Hiermee stelt u de resolutie voor uitgaande faxen in. Zie Fijn Superfijn Foto Contrast — Automatisch* Licht Hiermee kunt u de faxen die u verzendt lichter of donkerder maken. Donker Rondsturen Snelkiesnummer toevoegen — U kunt eenzelfde faxbericht naar meerdere faxnummers tegelijk verzenden.
Menu en functies Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Opties Geschiedenis Uitgaand Faxen Inkomend Faxen Faxen — U kunt een nummer 45 kiezen door slechts op een paar toetsen (en Start) te drukken. Meer Snelkiezen inst. Hiermee slaat u 47 snelkiesnummers op, zodat u een nummer kunt kiezen door slechts op een paar toetsen (en Start) op het touchscreen te drukken. Groepen inst. U kunt groepsnummers instellen voor groepsverzenden. Zie Wijzigen U kunt snelkiesnummers wijzigen.
SCAN ( ) C Niveau1 Optie1 Optie2 Optie3 Omschrijvingen Pagina Scan nr best. — — — Hiermee kunt u een zwart-wit- of kleurendocument in uw computer scannen. Zie Scan nr media (Wanneer een geheugenkaart of USB-flashstation is geplaatst) Start — — Hiermee kunt u rechtstreeks naar een geheugenkaart of een USB-flashstation scannen. 56 Opties Kwaliteit Kleur 100 dpi U kunt de scanresolutie en het bestandsformaat voor uw document kiezen. 56 Kleur 200 dpi* .
Menu en functies Niveau1 Optie1 Optie2 Optie3 Omschrijvingen Pagina Scan nr mail — — — U kunt een zwart-wit- of kleurendocument naar uw e-mailtoepassing scannen. Zie Scan nr OCR — — — U kunt een tekstdocument converteren naar een bewerkbaar tekstbestand. Scan nr afb. — — — U kunt een afbeelding in kleur naar uw grafische toepassing scannen.
KOPIE ( ) C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Mono Start — — — Hiermee kunt u een kopie in zwart-wit maken. 50 Kleur Start — — — Hiermee kunt u een kopie in kleur maken. Opties Kwaliteit — Snel Hiermee kiest u de kopieerresolutie voor de volgende kopie. Normaal* Zie . Fijn Papiersoort — Normaal Papier* Selecteer de papiersoort die overeenkomt met het Inkjet papier papier in de lade.
Menu en functies Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Dichtheid — Opties Omschrijvingen Licht Donker (Vervolg) Pagina Hiermee kunt de dichtheid Zie voor kopieën aanpassen. . -2 -1 0 +1 +2 Stapel/Sorteer — Stapel* Sorteren Pagina layout — Uit(1op1)* 2op1(P) U kunt ervoor kiezen om meerdere kopieën te laten stapelen of sorteren. U kunt N op 1, 2 op 1 ID of posterkopieën maken. 2op1(L) 2op1(id) 4op1(P) 4op1(L) Poster (2x1) Poster (2x2) Poster (3x3) Dubbelzijdig Uit* — Staand Omsl.lange z.
FOTO ( ) C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Foto’s weerg OK Start — U kunt foto's kiezen om af te drukken. 55 Opties Zie de Opties in de volgende tabel voor meer informatie. Met de opties kunt u uw foto's aanpassen. Zie Start — — U kunt alle foto's op uw geheugenkaart of USBflashstation afdrukken. Opties — Zie de Opties in de volgende tabel voor meer informatie. Met de opties kunt u uw foto's aanpassen.
Menu en functies Opties (voor FOTO) C Optie1 Optie2 Optie3 Optie4 Omschrijvingen Pagina Printkwaliteit Normaal — — Zie (Niet beschikbaar voor DPOFafdrukken.) Foto* Hiermee kunt u de afdrukkwaliteit kiezen. Papiersoort Normaal Papier — — Hiermee kunt u de papiersoort kiezen. Inkjet papier . Brother BP71 Brother BP61 Glossy anders* Papierformaat (Als A4 of Letter is — gekozen) 10x15cm* 13x18cm Hiermee kunt u het papieren afdrukformaat kiezen.
Optie1 Optie2 Optie3 Kleur aanp. Aan Wit Balans Optie4 Uit* Omschrijvingen Pagina Hiermee kunt u de tint van witte vlakken aanpassen. Zie -2 -1 0 +1 +2 Hiermee kunt u het detail van het beeld verbeteren. Scherpte -2 -1 0 +1 +2 Kleurdensiteit -2 Hiermee kunt u de totale hoeveelheid kleur in het beeld aanpassen. -1 0 +1 +2 Bijsnijd(crop) Aan* — — Hiermee kunt u het beeld rond de marge bijsnijden om deze aan het papierformaat of het afdrukformaat aan te passen.
Menu en functies Optie1 Optie2 Nieuwe standaard Printkwaliteit Optie3 Optie4 Omschrijvingen Pagina — — U kunt uw afdrukinstellingen als standaardinstellingen opslaan. Zie — — U kunt alle fabrieksinstellingen herstellen. Papiersoort Papierformaat . Helderheid Contrast Kleur aanp. Bijsnijd(crop) Zonder rand Datum afdr. Fabrieksinstell. — Uitgebreide gebruikershandleiding De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven.
Snelkzn C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Snelkzn Faxen — — U kunt een nummer kiezen door slechts op een paar toetsen (en Start) te drukken. 45 Meer Snelkiezen inst. — Hiermee slaat u snelkiesnummers op, zodat u een nummer kunt kiezen door slechts op een paar toetsen (en Start) op het touchscreen te drukken. 47 Groepen inst. — Hiermee stelt u groepsnummers in voor groepsverzenden. Zie Wijzigen — U kunt snelkiesnummers wijzigen.
Menu en functies Inkt C Niveau1 Niveau2 Niveau3 Opties Omschrijvingen Pagina Inkt Testafdruk — Printkwaliteit Hiermee kunt u de afdrukkwaliteit of uitlijning controleren. 64 Hiermee kunt u de printkop reinigen. 64 Hiermee kunt u controleren hoeveel inkt beschikbaar is. Zie Instel kantlijn Reinigen — Zwarte inkt Kleur Alle inkt Inktvolume — — . Uitgebreide gebruikershandleiding De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven.
Tekst invoeren C Bij het instellen van bepaalde menuopties moet u tekst in de machine invoeren. Druk op om tussen letters, cijfers en speciale tekens te schakelen. Aan elke lettertoets op het LCD-scherm zijn maximaal vier letters toegewezen. Door meermaals op de betreffende toets te drukken, wordt het gewenste teken beschikbaar. Spaties invoegen Om een spatie in te voeren drukt u op spatietoets of C om speciale tekens te selecteren en vervolgens op de .
D Specificaties D Algemeen D Opmerking Dit hoofdstuk bevat een overzicht van de specificaties van de machine. Ga voor uitgebreidere specificaties naar http://www.brother.com/.
Afmetingen 180 mm 405 mm 378 mm 374 mm 519 mm Gewicht 9 kg Geluidsemissie In bedrijf: LPAm = 50 dB of minder 1 Geluidsemissie conform ISO9296 Kopiëren: LWAd = 6,27 B(A) 2 (Zwart-wit) Temperatuur Vochtigheid LWAd = 5,83 B(A) (Kleur) Gereed: LWAd = 3,1 B(A) (Zwart-wit/Kleur) In bedrijf: 10 tot 35 °C Beste afdrukkwaliteit: 20 tot 33 °C In bedrijf: 20 tot 80% (niet condenserend) Beste afdrukkwaliteit: 20 tot 80% (niet condenserend) ADF (automatische documentinvoer) Max.
Specificaties Afdrukmedia Papierinvoer D Papierlade Papiersoort: Normaal papier, inkjetpapier (gecoat papier), glanzend papier 1 en transparanten 1 2 Papierformaat: A4, Executive, Letter, A5, A6, Enveloppen (commercial nr.10, DL, C5, Monarch), Foto (10 × 15 cm), Foto 2L (13 × 18 cm) en Indexkaart (127 × 203 mm) 3 Breedte: 98 mm - 215,9 mm Lengte: 148 mm - 297 mm Zie Gewicht, dikte en capaciteit van papier uu pagina 26 voor meer informatie.
Faxen D Compatibiliteit ITU-T Groep 3 Modemsnelheid Automatische terugval 14.400 bps Scanbreedte ADF: 208 mm (A4) Glasplaat: 204 mm (A4) Afdrukbreedte 210 mm Grijstinten Niveaus: 64 (Z/W)/256 (Kleur) Resolutie Standaard 203 × 98 dpi (Zwart-wit) 203 × 196 dpi (Kleur) Fijn 203 × 196 dpi (Zwart-wit/Kleur) Superfijn 203 × 392 dpi (Zwart-wit) Foto 203 × 196 dpi (Zwart-wit) 1 Snelkiezen 100 stations × 2 nummers Groepen Max.
Specificaties Kopiëren D Kleur/Zwart-wit Ja/Ja Breedte kopie Max. 210 mm Meerdere kopieën Sets van max. 99 pagina’s Vergroten/verkleinen 25% tot 400% (in stappen van 1%) Resolutie Kan maximaal 1.200 × 1.
PhotoCapture Center™ D Compatibele media 1 Memory Stick™ (16 MB - 128 MB) Memory Stick PRO™ (256 MB - 32 GB) Memory Stick Duo™ (16 MB - 128 MB) Memory Stick PRO Duo™ (256 MB - 32 GB) Memory Stick Micro™ (M2™) met adapter MultiMedia Card (32 MB - 2 GB) MultiMedia Card plus (128 MB - 4 GB) MultiMedia Card mobile met adapter (64 MB - 1 GB) SD-geheugenkaart (16 MB - 2 GB) miniSD met adapter microSD met adapter SDHC-geheugenkaart (4 GB - 32 GB) miniSDHC met adapter microSDHC met adapter USB-flashstation 2 SDX
Specificaties PictBridge Compatibiliteit D Ondersteunt de PictBridge-norm CIPA DC-001 van de Camera & Imaging Products Association. Ga naar http://www.cipa.jp/pictbridge/ voor meer informatie. Interface USB Direct Interface Scanner D Kleur/Zwart-wit Ja/Ja TWAIN-compatibel Ja (Windows® XP 1/Windows Vista®/Windows® 7) Mac OS X 10.4.11, 10.5.x, 10.6.x 2 WIA-compatibel Ja (Windows® XP 1/Windows Vista®/Windows® 7) ICA-compatibel Ja (Mac OS X 10.6.
Printer D Resolutie Max. 1.200 × 6.000 dpi Afdrukbreedte 3 204 mm [210 mm (zonder rand) 1] Zonder rand 2 A4, Letter, A6, Foto (10 × 15 cm), Indexkaart (127 × 203 mm), Foto L (89 × 127 mm), Foto 2L (13 × 18 cm) Dubbelzijdig Papiersoort: Normaal papier Papierformaat: A4, Letter, A5, A6, Executive Afdruksnelheid 4 1 Wanneer de optie Zonder Marges op Aan is ingesteld. 2 Zie Type en formaat papier voor elke functie uu pagina 25. 3 Als u afdrukt op papier van A4-formaat.
Specificaties Vereisten voor de computer D ONDERSTEUNDE BESTURINGSSYSTEMEN EN SOFTWAREFUNCTIES Hardeschijfruimte Ondersteunde Aanbevolen voor installatie PcMinimale MinimumComputerplatform & pc-softwarehoeveelhheid interface processorsnelheid RAM besturingssysteemversie Toepasfuncties RAM Drivers singen ® ® ® ® 1 4 Afdrukken, USB, 128 MB 256 MB 150 MB 1 GB Windows - Windows XP Home Intel Pentium II 3 Wireless PC-Fax , besturings- Windows® XP of gelijkwaardig 802.
Verbruiksartikelen Inkt De machine gebruikt aparte inktcartridges in zwart, geel, cyaan en magenta die geen onderdeel zijn van de printkopset. Gebruiksduur van inktcartridge De eerste keer dat u een set inktcartridges installeert, gebruikt de machine een hoeveelheid inkt om de inktleidingen te vullen voor afdrukken van hoge kwaliteit. Dit is een eenmalig proces. Nadat dit proces is uitgevoerd, gaan de cartridges die bij uw machine zijn geleverd minder lang mee dan standaardcartridges (80%).
Specificaties Netwerk (LAN) D Opmerking Voor meer informatie over de netwerkspecificaties uuNetwerkhandleiding LAN U kunt de machine op een netwerk aansluiten voor afdrukken en scannen via het netwerk, PC Fax verzenden, PC Fax ontvangen (alleen Windows®), Remote Setup, foto's ophalen van het PhotoCapture Center™ 1. De netwerkbeheersoftware Brother BRAdmin Light 2 wordt meegeleverd.
E Index A D Aangepaste telefoonfuncties op een enkele lijn .................................................86 Aansluiten extern antwoordapparaat ......................40 extern toestel ........................................42 Aansluiting op meerdere lijnen (PBX) ......41 Aansluitingen Extern extern toestel .....................................42 ADF (automatische documentinvoer) ......27 Afdrukken afdrukgebied .........................................21 papier vastgelopen ............................
Faxcodes code voor activeren op afstand ..................................... 37, 42, 43 code voor deactiveren op afstand ........................................... 42, 43 gebruiken ..............................................43 wijzigen .................................................43 Faxen vanaf pc Zie de Softwarehandleiding. Fotopapierlade .........................................18 Foutmeldingen op LCD-scherm ...............66 absorber bijna vol .................................66 Alleen BK afdr.
N Netwerk afdrukken Zie de Netwerkhandleiding. scannen Zie de Softwarehandleiding. Niet-scanbaar gebied ...............................29 Nummerweergave ....................................38 Overz. beller-ID .....................................46 Fax versturen .....................................46 Toevoegen snelkiesnr ........................46 Verwijder ............................................46 O Onderhoud, routine inktcartridges vervangen .......................60 Ontvangstmodus Alleen Fax .....
R U Reinigen printkop .................................................64 scanner .................................................63 Remote Setup Zie de Softwarehandleiding. Resolutie afdrukken ............................................122 faxen ...................................................118 kopiëren ..............................................119 scannen ..............................................121 Uitgaand gesprek Fax versturen .......................................
Bezoek ons op World Wide Web http://www.brother.com/ Deze machine is uitsluitend goedgekeurd voor gebruik in het land van aankoop. Plaatselijke Brother-bedrijven of hun dealers verlenen alleen service voor machines die in hun eigen land zijn aangekocht.