Network User's Guide

Table Of Contents
Problemen oplossen
64
1
0
2
Controleer of er lampjes branden of knipperen. Afdrukservers van Brother hebben twee LED’s op de
achterklep van de machine. De bovenste groene LED toont de status van de verbinding/activiteit
(Ontvangen/Verzenden). De oranje LED geeft de snelheid aan.
Geen lampje: als de bovenste LED uit is, is de afdrukserver niet op het netwerk aangesloten.
De bovenste LED is groen: de LED voor verbinding/activiteit is groen als de afdrukserver is
aangesloten op een Ethernetnetwerk.
De onderste LED is oranje: de LED voor verbinding/snelheid is oranje als de afdrukserver is
aangesloten op een 100 BASE TX Fast Ethernetnetwerk.
De onderste LED is uit: de LED voor verbinding/snelheid is uit als de afdrukserver is aangesloten op
een 10BASE-T Ethernetnetwerk.
3
Druk de netwerkconfiguratielijst af en controleer dat instellingen als het IP-adres geschikt zijn voor uw
netwerk. Het probleem wordt mogelijk veroorzaakt door verkeerde of dubbele IP-adressen. Controleer
dat het IP-adres op juiste wijze in de afdrukserver is geladen. Controleer tevens dat dit IP-adres niet door
andere knooppunten op het netwerk wordt gebruikt. Raadpleeg De netwerkconfiguratielijst afdrukken op
pagina 31 voor informatie over het afdrukken van de netwerkconfiguratielijst.
4
Controleer als volgt of de afdrukserver op uw netwerk wordt herkend:
Voor Windows
®
Ping de afdrukserver via de opdrachtregel van het hostbesturingssysteem met de volgende opdracht:
ping ipadres
waar ipadres het IP-adres van de afdrukserver is (nadat het IP-adres is ingesteld kan het soms twee
minuten duren voordat de afdrukserver zijn IP-adres heeft geladen).
Voor Macintosh
®
Voor Mac OS
®
9.1 t/m 9.2
(1) Open de Kiezer via het Apple-menu.
(2) Klik op het pictogram Brother (IP) en controleer dat de naam van de afdrukserver in het
rechterframe wordt weergegeven. Als u dit pictogram ziet, is de verbinding in orde. Anders gaat u
nu naar stap 5.
Voor Mac OS
®
X 10.2.4 of recenter
(1) Selecteer Programma’s in het menu Ga.
(2) Open de map Utilities.
(3) Dubbelklik op het pictogram van het hulpprogramma Printerconfiguratie. (Bij gebruik van Mac OS
®
X 10.2.x klikt u op het Print Center.)