Network User's Guide
Table Of Contents
- NETWERK-HANDLEIDING
- Inhoudsopgave
- 1 Inleiding
- 2 De netwerkprinter configureren
- Overzicht
- IP-adressen, subnetmaskers en gateways
- Het IP-adres en subnetmasker instellen
- De instellingen van de afdrukserver wijzigen
- BRAdmin Professional gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen (alleen voor Windows®)
- Een HTTP (webbrowser) gebruiken om de afdruk-/scaninstellingen te wijzigen
- Remote Setup gebruiken om de instellingen van de afdrukserver te wijzigen (voor Windows® en Mac OS® X 10.2.4 of recenter) (niet beschikbaar voor de DCP-8065DN)
- 3 Instellen via het bedieningspaneel
- Hoofdmenu voor het instellen van het LAN
- Setup TCP/IP
- Ethernet
- IFax instellen (alleen voor de MFC-8860DN)
- Setup Mail RX (alleen voor de MFC-8860DN)
- Setup Mail TX (alleen voor de MFC-8860DN)
- Setup Relay (alleen voor de MFC-8860DN)
- Scan n. e-mail (E-mailserver) (alleen voor de MFC-8860DN)
- Scan naar FTP
- Fax naarServer (alleen voor de MFC-8860DN)
- Time Zone (alleen voor de MFC-8860DN)
- De netwerkinstellingen terugstellen op de fabrieksinstellingen
- De netwerkconfiguratielijst afdrukken
- Hoofdmenu voor het instellen van het LAN
- 4 Afdrukken via een netwerk onder Windows® standaard peer-to-peer afdrukken via TCP/IP
- 5 Afdrukken via internet onder Windows®
- Overzicht
- Tips en hints
- Algemene informatie over Brother Internet Print
- Brother Internet Print: de afdrukserver van Brother configureren
- Brother Internet Print: de afdrukserver configureren met BRAdmin Professional
- Brother Internet Print: de afdrukserver configureren met een webbrowser
- Brother Internet Print: de BIP-software installeren in Windows® 98/Me/2000/XP en Windows NT®4.0
- Een tweede Brother Internetpoort toevoegen
- Afdrukken via IPP onder Windows® 2000/XP
- Een andere URL specificeren
- Andere informatiebronnen
- Overzicht
- 6 In een netwerk afdrukken vanaf een Macintosh®
- 7 Beheer via een webbrowser
- 8 LDAP (alleen voor de MFC-8860DN)
- 9 Internetfax (alleen voor de MFC-8860DN)
- Overzicht
- De verbinding instellen
- Toetsfuncties op het bedieningspaneel
- Een fax via internet verzenden
- Tekst invoeren
- E-mail of een internetfax ontvangen
- Een internetfax ontvangen op een pc
- Ontvangen e-mail en faxberichten doorzenden
- Relay Broadcasting
- TX Verificatiemail
- Setup Mail (TX)
- Setup Mail (RX)
- Foutmeldingen
- Belangrijke informatie over internetfaxen
- Overzicht
- 10 Problemen oplossen
- Appendix A
- Services gebruiken
- Andere manieren om het IP-adres in te stellen (voor geavanceerde gebruikers en beheerders)
- DHCP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- BOOTP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- RARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- APIPA gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- ARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- TELNET-console gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- De serversoftware Brother Web BRAdmin voor IIS* gebruiken voor het configureren van het IP-adres
- Installeren met gebruik van een op het netwerk gedeelde wachtrij of Share (alleen printerdriver)
- Specificaties van multifunctionele afdrukserver
- Functietabel en standaardinstellingen
- Tekst invoeren
- Index
Internetfax (alleen voor de MFC-8860DN)
57
9
Tekst invoeren
Druk gelijktijdig op Shift en 1 om over te schakelen naar de "alfabet" kiesmodus.
Nu kunt u de cijfertoetsen gebruiken om het e-mailadres in te voeren. Raadpleeg Tekst invoeren op pagina
78 voor meer informatie hierover.
Vergeet niet dat u ook een webbrowser kunt gebruiken om verbinding met de machine te maken en het
e-mailadres op te geven. Raadpleeg Beheer via een webbrowser op pagina 50 voor meer informatie.
Als u een adres voor een internetfax invoert, verschijnt dit teken voor teken op het LCD-scherm. Als u meer
dan 22 tekens invoert, verschuift de naam op het LCD-scherm teken voor teken naar links. U kunt maximaal
60 tekens invoeren.
1
Druk op Start om het document te verzenden.
Zodra het document is gescand, wordt het via uw SMTP-server automatisch doorgestuurd naar de
ontvangende internetfaxmachine. U kunt de verzending annuleren door tijdens het scannen op de toets
Stop/Eindigen te drukken. Zodra het document is doorgestuurd, activeert de machine de stand-bymodus.
Niet alle e-mailservers laten toe dat u grote e-maildocumenten verzendt (de systeembeheerder bepaalt vaak
een maximumgrootte voor de e-mailberichten). U kunt voor verzonden mails een maximumgrootte instellen.
Wanneer deze functie actief is, verschijnt de melding Geheugen vol als u een e-maildocument wilt
versturen dat groter is dan 1 MB. Het document wordt niet verzonden en er wordt een foutrapport afgedrukt.
U moet uw document opsplitsen in kleinere documenten die wel door de mailserver worden aanvaard. U kunt
deze functie inschakelen met het hulpprogramma voor printerbeheer via een webbrowser, of via de
LAN-modus.
E-mail of een internetfax ontvangen
Er zijn twee manieren waarop u e-mailberichten kunt ontvangen:
■ Via POP3 op regelmatige tijdstippen
■ Via POP3 maar handmatig opgevraagd
Bij ontvangst via POP3 moet de machine de e-mailserver pollen om de afdruktaken te ontvangen. De polling
kan op vaste tijdstippen gebeuren (u kunt u de machine bijvoorbeeld instellen om de e-mailserver iedere tien
minuten te pollen), of u kunt de server handmatig pollen door op de toetscombinatie Shift + Start te drukken.
Zodra de machine e-mailafdruktaken ontvangt, verschijnt een melding op het LCD-scherm. Op het
LCD-scherm wordt voorbeeld Ontvangen weergegeven, gevolgd door “xx Mail(s)”. Als u de toetscombinatie
Shift + Start hebt ingedrukt om de e-mailserver handmatig te pollen, maar de machine geen maildocumenten
vindt die wachten om te worden afgedrukt, dan verschijnt gedurende twee seconden de melding Geen Mail
op het LCD-scherm.
Als er gegevens binnenkomen maar er geen papier in de machine zit, dan worden de ontvangen gegevens
in het geheugen van de machine bewaard. Deze gegevens worden automatisch afgedrukt zodra er weer
papier in de machine is geplaatst. Bij machines die zijn bedoeld voor gebruik in Europa, Azië en Oceanië
moet de functie voor ontvangst in het geheugen zijn ingeschakeld (“AAN”).










