Network User's Guide

Table Of Contents
Instellen via het bedieningspaneel
81
6
Netwerk I/F 6
U kunt het type netwerkverbinding kiezen: bedrade of draadloze verbinding. Als u de bedrade
netwerkverbinding wilt gebruiken, selecteert u LAN met kabel; voor de draadloze verbinding kiest u WLAN.
Er kan slechts één netwerkverbindingstype tegelijk actief zijn.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om LAN te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Netwerk I/F te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om LAN met kabel of WLAN te selecteren.
Druk op OK.
De netwerkconfiguratielijst afdrukken 6
Opmerking
Naam van knooppunt: de knooppuntnaam staat op de netwerkconfiguratielijst. De standaardnaam is
“BRN_xxxxxx" voor een bedraad netwerk of “BRW_xxxxxx” voor een draadloos netwerk ("xxxxxx" zijn de
laatste zes tekens van het Ethernetadres).
De netwerkconfiguratielijst is een afgedrukt rapport met een lijst van de huidige netwerkconfiguratie, ook de
netwerkinstellingen van de afdrukserver.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om Print lijsten te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Netwerk Config te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op Mono Start of Kleur Start.
De netwerkinstellingen terugstellen op de
fabrieksinstellingen
6
Als u de standaardinstellingen van de afdrukserver wilt herstellen (alle informatie wordt teruggesteld, zoals
het wachtwoord en de gegevens m.b.t. het IP-adres), volgt u de onderstaande stappen:
Opmerking
Deze functie herstelt alle standaardinstellingen van het bedrade en draadloze netwerk.
a Druk op Menu.