Network User's Guide

Table Of Contents
70
6
6
LAN-menu 6
U moet eerst de correcte TCP/IP-instellingen configureren, pas dan kunt u het product van Brother in een
netwerkomgeving gebruiken. Raadpleeg De machine configureren voor een netwerk met een
Ethernetkabelverbinding op pagina 9 of De machine voor een draadloos netwerk configureren op pagina 15
voor meer informatie hierover.
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de netwerkinstellingen kunt configureren via het bedieningspaneel aan
de voorzijde van de machine.
U kunt de machine van Brother via het LAN-menu van het bedieningspaneel voor uw netwerk configureren.
Druk op Menu en dan op a of b om LAN te selecteren. Selecteer het menu met de instellingen die u wilt
configureren. Raadpleeg Functietabel en standaardinstellingen op pagina 109.
De machine wordt geleverd met de software BRAdmin Professional voor Windows
®
en Remote Setup voor
Windows
®
en Macintosh
®
, die ook gebruikt kan worden voor het configureren van diverse aspecten van het
netwerk. Raadpleeg De instellingen van de afdrukserver wijzigen op pagina 13 voor bedrade verbinding of
De instellingen van de afdrukserver wijzigen op pagina 23 voor draadloze verbinding.
TCP/IP (kabel) / TCP/IP (WLAN) 6
Als u de machine met de Ethernetkabel op het netwerk aansluit, moet u de menuoptie
TCP/IP (kabel)
kiezen.
Als u de machine op het draadloze Ethernetnetwerk aansluit, moet u de menuoptie
TCP/IP (WLAN)
kiezen.
Dit menu heeft negen opties: BOOT Method, IP Address, Subnet Mask, Gateway, Knooppunt naam,
WINS Config, WINS Server, DNS Server en APIPA.
BOOT Method 6
De selectie in dit veld bepaalt hoe de machine haar IP-adres krijgt. De standaardinstelling is Autom.
a Druk op Menu.
b Druk op a of b om LAN te selecteren.
Druk op OK.
c (Voor bedraad) Druk op a of b om TCP/IP(kabel) te selecteren.
(Voor draadloos) Druk op a of b om TCP/IP(WLAN) te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op a of b om BOOT Method te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Autom., Statisch, RARP, BOOTP of DHCP te selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Eindigen.
Instellen via het bedieningspaneel 6