Operation Manual

Hoofdstuk 4
28
Beveiligd functieslot aan-/uitzetten 4
Als u een verkeerd wachtwoord invoert terwijl
u onderstaande instructies volgt, wordt op het
LCD-scherm Fout wachtwoord
weergegeven. Voer het juiste wachtwoord
opnieuw in.
Beveiligd functieslot aanzetten 4
a Druk op Menu, 1, 8, 1.
b Druk op a of b om Slot UitiAan te
selecteren. Druk op OK.
c Toets uw viercijferige
beheerderwachtwoord in.
Druk op OK.
Beveiligd functieslot uitzetten 4
a Druk op Menu, 1, 8, 1.
b Druk op a of b om Slot AaniUit te
selecteren. Druk op OK.
c Toets uw viercijferige
beheerderwachtwoord in.
Druk op OK.
Gebruikers omschakelen 4
Met deze instelling kan een beperkte
gebruiker zich op de machine aanmelden,
wanneer Beveiligd functieslot aanstaat.
Opmerking
Wanneer een beperkte gebruiker klaar is
met het gebruiken van de machine, keert
deze terug naar de openbare instelling
binnen dezelfde tijd als de instelling van
de timermodus (Menu,1, 1). (Zie
Tijdklokstand op pagina 22. U kunt een
individuele gebruiker ook verlaten door op
de verlichte modustoets te drukken.)
a Houd de Shift-toets ingedrukt terwijl u
op Veilig Afdrukken drukt.
WijzigGebruiker
PIN:XXXX
b Toets uw viercijferig wachtwoord in.
Druk op OK.
Wanneer de kopieermodus is
uitgeschakeld:
a Druk op de toets Kopie .
ToegangGeweigerd
b Voer uw viercijferig wachtwoord in.
Druk op OK.
Wanneer de scanmodus is uitgeschakeld:
a Druk op de toets Scan .
ToegangGeweigerd
b Voer uw viercijferig wachtwoord in.
Druk op OK.