User Manual

Table Of Contents
Hoofdstuk 11
11 - 12
Faxen verzenden
Slechte verzendkwaliteit Probeer de resolutie te wijzigen in Fijn of Superfijn. Maak een kopie om te
controleren of de scanner van uw machine goed werkt. Wanneer de kwaliteit van
de kopie niet goed is, dient u de scanner te reinigen. (Zie De glasplaat reinigen op
pagina 11-22.)
Op het verzendrapport staat
‘RESULT:NG’ of
‘RESULT:ERROR’.
Er is waarschijnlijk een tijdelijke storing of ruis op de lijn. Probeer de fax opnieuw
te verzenden.
Als u een bericht via PC-FAX verzendt en op het Verzendingsrapport wordt
‘RESULT:NG aangegeven, dan beschikt uw machine waarschijnlijk niet meer
over geheugen. Maak meer geheugen beschikbaar door fax opslaan uit te
schakelen (Zie Opties voor afstandsbediening uitschakelen op pagina 6-3), door
faxen die in het geheugen zijn opgeslagen te printen (Zie Een fax uit het geheugen
afdrukken op pagina 4-4) of door uitgestelde faxen of pollingtaken te annuleren
(Zie Een fax wanneer actief annuleren op pagina 3-8). Als het probleem nog niet
is verholpen, vraagt u dan het telefoonbedrijf om uw telefoonlijn te controleren.
Als u vaak foutmeldingen ontvangt door eventuele storing op de telefoonlijn, kunt
u proberen de instelling compatibiliteit op Normaal of Minimaal te zetten.
(Zie Compatibiliteit op pagina 11-20.)
Verticale zwarte lijnen bij het
verzenden.
Als de kopie die u hebt gemaakt hetzelfde probleem vertoont, dan is uw scanner
verontreinigd. (Zie De glasplaat reinigen op pagina 11-22.)
Inkomende telefoontjes behandelen
De machine herkent een
spraakverbinding als faxtonen.
Als de functie fax waarnemen is ingesteld op Aan, is uw machine gevoeliger voor
geluiden. Uw machine heeft misschien per ongeluk stemmen of muziek op de lijn
geïnterpreteerd als faxtonen en reageert dan met faxontvangsttonen. Desactiveer
de machine door op Stop/Exit te drukken. Vermijd dit probleem door de functie
fax waarnemen op Uit te zetten. (Zie Fax waarnemen op pagina 4-3.)
Een faxoproep naar de machine
overzetten.
Als u vanaf een extern of tweede toestel hebt opgenomen, moet u de
faxontvangstcode intoetsen (standaardinstelling is ( 51). Hang op zodra uw
machine opneemt.
Speciale functies op een enkele
lijn.
Als u wisselgesprekken, wisselgesprekken en/of nummerweergave, voicemail,
een antwoordapparaat, een alarmsysteem of andere speciale diensten op een
enkele telefoonlijn gebruikt, dan kan dit problemen opleveren bij het versturen of
ontvangen van faxen.
Bijvoorbeeld: Als u zich abonneert op wisselgesprekken of bepaalde andere
speciale diensten, en het signaal hiervan op de lijn binnenkomt terwijl uw machine
een fax verzendt of ontvangt, kan dit signaal de faxen tijdelijk onderbreken of
verstoren. Brother’s functie voor foutencorrectie kan helpen om dit probleem te
corrigeren. Deze situatie heeft betrekking op de industrie van telefoonsystemen,
en komt veel voor bij apparaten die informatie verzenden en ontvangen over een
lijn waarop ook speciale functies worden gebruikt. Als het voor uw bedrijf van
essentieel belang is dat ook de kleinste onderbrekingen worden voorkomen, wordt
een afzonderlijke telefoonlijn zonder speciale functies aanbevolen.
Problemen met menu-instellingen
De machine piept wanneer u de
menu’s ontvangststand instellen en
verzenden instellen probeert te
openen.
Wanneer de fax -toets niet oplicht, drukt u op deze toets om de faxmodus aan
te zetten. Ontvangststand instellen (Menu/Set, 2, 1) en verzenden instellen
(Menu/Set, 2, 2) zijn alleen beschikbaar wanneer de machine in faxmodus staat.
Problemen met de kopieerkwaliteit
Verticale strepen op de kopieën. Soms ziet u verticale strepen op uw kopieën. Dit betekent dat de scanner of de
primaire printcorona vuil is. Reinig beide onderdelen. (Zie De glasplaat reinigen op
pagina 11-22 en De corona reinigen op pagina 11-24.)
PROBLEEM SUGGESTIES