GEBRUIKERSHANDLEIDING MFC-7420 MFC-7820N Versie C
Als u de klantenservice moet bellen A.u.b. de volgende gegevens invullen voor toekomstige referentie: Modelnummer: MFC-7420 en MFC-7820N (omcirkel uw modelnummer) Serienummer:* Aankoopdatum: Aankoopplaats: * Het serienummer kan op het LCD-scherm worden weergegeven (Menu/Set, 4, 1) voor MFC-7420 of (Menu/Set, 6, 1) voor MFC-7820N. Bewaar deze gebruikershandleiding samen met uw kassabon als bewijs van uw aankoop, in geval van diefstal, brand of service in geval van garantie.
DEZE APPARATUUR IS ONTWORPEN VOOR GEBRUIK MET EEN DUBBELDRAADS ANALOOG PSTN-SNOER, VOORZIEN VAN DE PASSENDE CONNECTOR. INFORMATIE OVER GOEDKEURING Brother wijst erop dat dit product mogelijk niet goed functioneert in een ander land dan dat waarin het oorspronkelijk werd aangekocht, en biedt geen garantie indien dit product wordt gebruikt op openbare telecommunicatielijnen in een ander land.
II
EG Conformiteitsverklaring onder de Richtlijn R & TTE Producent Brother Industries, Ltd. 15-1, Naeshiro-cho, Mizuho-ku, Nagoya 467-8561, Japan Fabriek Brother Technology (ShenZhen) Ltd., NO6 Gold Garden Ind.
Veiligheidsmaatregelen In deze gebruikershandleiding worden de volgende pictogrammen gebruikt. Waarschuwingen informeren u over de maatregelen die u moet treffen om te vermijden dat u letsel oploopt. De pictogrammen Elektrisch Gevaar waarschuwen u voor een mogelijke elektrische schok. De pictogrammen Heet Oppervlak waarschuwen u om de hete machinedelen niet aan te raken. Deze waarschuwingen wijzen u op procedures die u moet volgen om te voorkomen dat de machine of andere voorwerpen worden beschadigd.
WAARSCHUWING Nadat u de machine gebruikt hebt, zijn bepaalde interne delen zeer HEET! Plaats uw vingers niet in de in de afbeelding aangegeven gedeelten, teneinde letsel te voorkomen. De fuser unit is gemarkeerd met een waarschuwingsetiket. Het etiket niet verwijderen of beschadigen. Plaats uw handen niet op de rand van de machine onder het document- of scannerdeksel, teneinde letsel te voorkomen.
WAARSCHUWING ■ Wanneer u de machine verplaatst, neemt u deze vast aan de handgrepen onder de scanner. Draag de machine NOOIT aan de onderkant. ■ Ga bij het installeren of wijzigen van telefoonlijnen voorzichtig te werk. Raak niet-geïsoleerde telefoondraden of aansluitingen nooit aan, tenzij de telefoonlijn bij het wandcontact is afgesloten. Installeer telefoonbedrading nooit tijdens onweer. Installeer een telefoonwandcontact nooit op een vochtige plaats.
Beknopt overzicht Faxen verzenden Snelkiesnummers opslaan Automatisch verzenden met de ADF 1 2 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op 2 3 4 (Fax). Voer met behulp van de kiestoetsen een driecijferige locatie voor het snelkiesnummer in (001 - 200). Druk op Menu/Set. Uw document laden. Voer het gewenste faxnummer in. U kunt hiervoor de ééntoetsnummers, de snelkiestoetsen of de kiestoetsen gebruiken, of u kunt het nummer zoeken. Druk op Menu/Set, 2, 3, 2. 3 Toets het nummer in (max.
Zoeken gebruiken 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax). 2 3 Uw document laden. Druk op Zoeken/Snelkiezen, en toets de eerste letter in van de naam die u zoekt. 5 Druk op Start. ▲ Druk op zoeken. of ▲ 4 om in het geheugen te Kopiëren Enkele kopie 1 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. 2 3 Uw document laden. Druk op Start. Kopieën sorteren bij gebruik van de ADF 1 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. 2 3 Uw document laden.
Inhoudsopgave 1 Inleiding Gebruik van deze handleiding .............................................................................1-1 Een geschikte plaats kiezen ................................................................................1-2 De complete gebruikershandleiding gebruiken....................................................1-3 Om de documentatie te bekijken (voor Windows®) .......................................1-3 Instructies voor het scannen opzoeken.....................................
Geheugenbeveiliging (alleen MFC-7820N) ...................................................2-9 Het wachtwoord instellen.........................................................................2-10 Wachtwoord geheugenbeveiliging wijzigen.............................................2-10 Geheugenbeveiliging aanzetten ..............................................................2-10 Geheugenbeveiliging uitzetten ................................................................2-10 Instelslot ....................
4 De ontvangstmodus instellen Basishandelingen bij het ontvangen....................................................................4-1 De ontvangstmodus kiezen ..........................................................................4-1 Uw ontvangstmodus kiezen of wijzigen.....................................................4-2 De belvertraging instellen .............................................................................4-2 De F/T-beltijd instellen (alleen in Fax/Tel-modus) ....................
7 Rapporten afdrukken Faxinstellingen en -activiteiten.............................................................................7-1 Het verzendrapport aanpassen .....................................................................7-1 De journaalperiode instellen ..........................................................................7-2 Rapporten afdrukken .....................................................................................7-2 Een rapport afdrukken ....................................
Het papier is vastgelopen aan de achterkant van de machine................11-8 Het papier is vastgelopen in het geheel van drumeenheid en tonercartridge. ...................................................................................11-10 Als u problemen met uw machine hebt .....................................................11-11 De afdrukkwaliteit verbeteren ....................................................................11-16 De drumeenheid reinigen ..............................................
V Verklarende woordenlijst S Specificaties V-1 Productomschrijving ........................................................................................... S-1 Algemeen............................................................................................................ S-1 Afdrukmedia........................................................................................................ S-2 Kopiëren ..............................................................................................
1 Inleiding Gebruik van deze handleiding In deze handleiding worden speciale symbolen gebruikt die u attenderen op belangrijke waarschuwingen, informatie en handelingen. Speciale lettertypen identificeren de in te drukken toetsen, de meldingen die op het LCD-scherm verschijnen en belangrijke punten of verwante onderwerpen. Vet Vetgedrukte tekst identificeert specifieke toetsen op het bedieningspaneel van de machine.
Inleiding Een geschikte plaats kiezen Zet de machine op een plat, stabiel oppervlak, bijvoorbeeld een bureau. Kies een trillingsvrije plaats. Plaats de machine in de buurt van een telefoonaansluiting en een standaard geaard stopcontact. Kies een plaats waar de temperatuur tussen de 10°C en 32,5°C blijft. VOORZICHTIG ■ Zet uw machine niet op een plaats waar veel mensen heen en weer lopen. ■ Plaats de machine niet in de buurt van verwarmingstoestellen, airconditioners, water, chemicaliën of koelkasten.
Hoofdstuk 1 De complete gebruikershandleiding gebruiken Deze gebruikershandleiding bevat niet alle informatie over de machine, zoals hoe de geavanceerde functies van fax, printer, scanner, PC-Fax en netwerk te gebruiken. Voor gedetailleerde informatie over deze bewerkingen verwijzen wij u naar de complete gebruikershandleiding in ‘Documentatie’ op de CD-ROM. Opmerking Netwerk is niet beschikbaar voor MFC-7420.
Inleiding Om de documentatie te bekijken (voor Macintosh®) Instructies voor het scannen opzoeken 1 Er zijn verscheidene manieren waarop u documenten kunt scannen. U kunt de instructies als volgt vinden: Zet uw Macintosh® aan. Plaats de Brother CD-ROM met Macintosh® in uw CD-ROM-station. Het volgende venster wordt weergegeven. (Mac OS® X) 1 Gebruikershandleiding software: ■ Scannen vanaf een Macintosh® in Hoofdstuk 7 (voor Mac OS® 9.1 - 9.2/Mac OS® X 10.2.4 of recenter) ■ Het ControlCenter2.
Hoofdstuk 1 Overzicht bedieningspaneel MFC-7420 en MFC-7820N hebben gelijksoortige toetsen op het bedieningspaneel. 5 Eéntoetsnummers Deze 4 toetsen geven direct toegang tot 8 vooraf opgeslagen nummers. 2 Shift Wanneer u de ééntoetsnummers 5 tot 8 wilt gebruiken, houdt u Shift ingedrukt, terwijl u op het ééntoetsnummer drukt. 3 Fax- en telefoontoetsen Herkies/Pauze Met een druk op deze toets wordt het laatst gekozen nummer herhaald.
Inleiding 1 6 Kiestoetsen A Gebruik deze toetsen om telefoon- of faxnummers te kiezen. Deze toetsen worden tevens gebruikt als toetsenbord om informatie in de machine in te voeren. Met de toets # kunt u tijdens een oproep de kiesmodus tijdelijk veranderen van puls naar toon. 7 Start Met deze toets start u het faxen of maakt u kopieën. 8 Stop/Eindigen Met een druk op deze toets wordt een bewerking gestopt of de programmeermodus afgesloten.
Hoofdstuk 1 Document laden 2 Stel de papiergeleiders in op de breedte van uw documenten. 3 Vouw de ADF documentsteunklep uit. U kunt een fax verzenden, kopiëren en scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) en vanaf de glasplaat. De automatische documentinvoer (ADF) gebruiken De ADF heeft een capaciteit van maximaal 35 vellen en voert het papier vel voor vel in. Gebruik standaardpapier 80 g/m2 en blader de stapel altijd door alvorens het papier in de ADF te plaatsen.
Inleiding De glasplaat gebruiken U kunt de glasplaat gebruiken om pagina voor pagina of pagina’s uit een boek te faxen, te kopiëren of te scannen. U kunt documenten gebruiken van maximaal 215,9 mm breed en 297 mm lang. 3 Sluit het documentdeksel. 1 VOORZICHTIG Als u een boek of een lijvig document wilt scannen, laat het deksel dan niet dichtvallen en druk er niet op. Opmerking Als u de glasplaat wilt gebruiken, moet de ADF leeg zijn. 1 2 Til het documentdeksel op.
Hoofdstuk 1 Over papier Geschikt papier kiezen Aanbevolen papiersoorten Om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen raden wij u aan het volgende papier te gebruiken. Papiersoort Normaal papier Code Xerox Premier 80 g/m2 Xerox Business 80 g/m2 M-real DATACOPY 80 g/m2 IGEPA X-Press 80 g/m2 Gerecycleerd papier Xerox Recycled Supreme Transparanten 3M CG 3300 Etiketten Avery laser label L7163 ■ Gebruik papier dat geschikt is voor kopiëren op normaal papier. ■ Gebruik papier van 75 tot 90 g/m2.
Inleiding VOORZICHTIG Gebruik nooit de volgende soorten papier of enveloppen; aangezien zij een papierstoring kunnen veroorzaken en uw machine kunnen beschadigen.
Hoofdstuk 1 Papier laden 4 Plaats het papier in de lade. Papier of andere media in de papierlade plaatsen 1 Maximum papierhoogte Trek de papierlade volledig uit de machine. 5 Schuif de papierlade goed in de machine en vouw de steunklep van de uitvoerpapierlade uit, voor u de machine gaat gebruiken. Steunklep van de uitvoerpapierlade 2 Druk op de ontgrendeling van de papiergeleiders en verschuif deze voor het correcte papierformaat. Controleer of de geleiders goed vastzitten in de papierlade.
Inleiding Papier of andere media in de sleuf voor handmatige invoer plaatsen U kunt enveloppen en speciale afdrukmedia één voor één in deze sleuf plaatsen. Gebruik de sleuf voor handmatige invoer als u op etiketten, enveloppen of dikker papier wilt afdrukken of kopiëren. 1 Verschuif de papiergeleiders voor het juiste papierformaat. Opmerking Wanneer u papier in de sleuf voor handmatige invoer plaatst, dient u rekening te houden met het volgende: ■ De te bedrukken zijde moet naar boven zijn.
Hoofdstuk 1 Over faxmachines Faxtonen en aansluitbevestiging Wanneer iemand u een fax stuurt, zendt hun faxmachine faxtonen (CNG-tonen) naar uw apparaat. Dit zijn zachte, onderbroken geluidssignalen met een tussenpauze van 4 seconden. U hoort deze tonen als u na het kiezen op Start drukt. Ze houden tot ongeveer 60 seconden na het kiezen aan. Tijdens deze 60 seconden start de verzendende machine met de aansluitbevestiging of verbinding met het ontvangende apparaat.
2 Aan de slag Eerste instellingen 6 Op het LCD-scherm worden nu de datum en tijd weergegeven wanneer de machine inactief is in de faxmodus. De datum en tijd instellen Als de machine niet in gebruik is, worden de datum en tijd weergegeven. Als u de Stations-ID instelt, worden de datum en tijd die door uw machine worden weergegeven op elke verzonden fax afgedrukt. Als de stroom uitvalt, moet u de datum en tijd waarschijnlijk opnieuw instellen. Alle andere instellingen blijven bewaard.
Hoofdstuk 2 De Stations-ID instellen Het is uiterst belangrijk dat het faxnummer in internationaal standaardformaat worden ingevoerd; met andere woorden: precies in onderstaande volgorde. ■ Het “+” (plus) teken (druk op de toets) ■ Uw landnummer (bv. “31” voor Nederland of “32” voor België) ■ Uw netnummer zonder de eerste “0” ■ Een spatie ■ Uw abonneenummer, eventueel met spaties voor de duidelijkheid.
Aan de slag Het type telefoonlijn instellen Als u de machine aansluit op een lijn met PABX (PBX) of ISDN voor het verzenden en ontvangen van faxen, moet u ook het type telefoonlijn dienovereenkomstig wijzigen aan de hand van de volgende stappen. 1 Druk op Menu/Set, 0, 5. Stand.instel. 5.Tel lijn inst 2 Druk op ▲ of ▼ om PBX, ISDN (of Normaal) te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Druk op Stop/Eindigen.
Hoofdstuk 2 Standaardinstellingen Het type papier instellen De Mode Timer instellen Voor de beste afdrukkwaliteit dient u de machine in te stellen op het type papier dat u gebruikt. De machine heeft op het bedieningspaneel drie tijdelijke modus-toetsen: faxen, scannen en kopiëren. U kunt het aantal minuten of seconden wijzigen waarbij de machine na de laatste scan of kopie terugkeert naar de faxmodus. Wanneer u Uit selecteert, blijft de machine in de laatst gebruikte modus. 1 Druk op Menu/Set, 1, 2.
Aan de slag Het papierformaat instellen Het belvolume instellen U kunt zeven papierformaten voor het printen van uw kopieën gebruiken: Letter, A4, B5, A5, B6, A6 en Executive en twee formaten voor het printen van faxen: Letter en A4. Wanneer u het papierformaat voor de papierlade verandert, moet u ook de instelling voor het papierformaat veranderen, zodat uw machine een binnenkomende fax of een verkleinde kopie op het blad kan doen passen.
Hoofdstuk 2 Het volume van de waarschuwingstoon instellen Automatisch zomer-/wintertijd inschakelen U kunt het volume van de waarschuwingstoon wijzigen. De standaardinstelling is Half . Wanneer de waarschuwingstoon aanstaat zal de machine een geluidssignaal geven, wanneer u een toets indrukt, een vergissing maakt of een fax hebt verzonden of ontvangen. U kunt de machine zo instellen dat de zomer-/wintertijd automatisch wordt gewijzigd.
Aan de slag Slaaptijd Als u de slaaptijd instelt, verbruikt u minder energie, omdat de fuser in de machine wordt uitgezet wanneer de machine inactief is. U kunt kiezen hoelang de machine inactief moet zijn (van 00 tot 99 minuten) voor deze naar de slaapstand overgaat. De timer is automatisch gereset wanneer de machine een fax of computergegevens ontvangt of een kopie maakt. De fabrieksinstelling is 05 minuten. Wanneer de machine zich in slaapstand bevindt, wordt Slaapstand op het LCD-scherm weergegeven.
Hoofdstuk 2 Beveiliging U kunt uw machine instellen op verschillende veiligheidsniveaus met gebruik van het verzendslot (alleen MFC-7420), de geheugenbeveiliging (alleen MFC-7820N) en het instelslot. Verzendslot (alleen MFC-7420) Met het verzendslot voorkomt u dat onbevoegden toegang krijgen tot de machine. U kunt geen uitgestelde faxen of pollingtaken plannen. Voordien geplande uitgestelde faxen worden echter wel verzonden ook al activeert u het verzendslot. De documenten gaan dus niet verloren.
Aan de slag Verzendslot inschakelen 1 Druk op Menu/Set, 1, 8, 1. Beveiliging 1.Verzendslot 2 Druk op ▲ of ▼ om Verzendslot Aan te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Voer het viercijferige wachtwoord in. Druk op Menu/Set. De machine gaat offline en op het LCD-scherm wordt Verzendslot Mode weergegeven. Verzendslot uitschakelen 1 Druk op Menu/Set. Voer het viercijferige wachtwoord in. 2 Druk op Menu/Set. Het verzendslot wordt automatisch uitgeschakeld.
Hoofdstuk 2 Het wachtwoord instellen Opmerking ■ Als u het wachtwoord reeds hebt ingesteld, hoeft u dit niet opnieuw in te stellen. ■ Wanneer u uw wachtwoord bent vergeten, neemt u contact op met de Brother dealer. 1 Voer het wachtwoord opnieuw in. Druk op Menu/Set. 4 1 2 Druk op Menu/Set, 1, 8, 1. Druk op ▲ of ▼ om Wachtwoord te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Voer het viercijferige wachtwoord in. Druk op Menu/Set. 4 Toets een viercijferig nummer in voor het nieuwe wachtwoord. Druk op Menu/Set.
Aan de slag Instelslot Met het instelslot voorkomt u dat onbevoegden toegang krijgen tot de instellingen van de machine. Wanneer het instelslot Aan is, zijn de volgende opties NIET beschikbaar zonder wachtwoord: ■ Datum & tijd ■ Stations-ID ■ Kieslijst instellen (ééntoetsnummers, snelkiesnummers en groepsinstellingen) Het wachtwoord instellen Opmerking ■ Als u het wachtwoord reeds hebt ingesteld, hoeft u dit niet opnieuw in te stellen.
Hoofdstuk 2 Het wachtwoord voor het instelslot wijzigen 1 2 1 Druk op Menu/Set, 1, 8, 2. Druk op Menu/Set, 1, 8, 2. Druk op ▲ of ▼ om Wachtwoord te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Instelslot uitzetten Beveiliging 2.Instelslot 2 Voer het viercijferige wachtwoord in. Druk twee keer op Menu/Set. Voer het viercijferige wachtwoord in. Druk op Stop/Eindigen. Druk op Menu/Set. 4 Opmerking Toets een viercijferig nummer in voor het nieuwe wachtwoord. Druk op Menu/Set.
3 Het verzenden instellen De faxmodus instellen Eéntoetsnummer kiezen Voordat u faxen gaat verzenden of de instellingen voor het verzenden of ontvangen van faxen gaat veranderen, moet u nagaan of Druk op het ééntoetsnummer dat u wilt bellen. (Zie Eéntoetsnummers opslaan op pagina 5-1.) (Fax) groen is. Wanneer dit niet zo is, drukt u op (Fax) om de faxmodus te selecteren. De standaardinstelling is faxmodus.
Hoofdstuk 3 Zoeken Faxnummer opnieuw kiezen U kunt zoeken naar de namen die in het geheugen voor ééntoetsnummers en snelkiesnummers zijn opgeslagen. Druk op Zoeken/Snelkiezen en de navigatietoetsen om te zoeken. (Zie Eéntoetsnummers opslaan op pagina 5-1 en Snelkiesnummers opslaan op pagina 5-2.) Als u handmatig een fax verzendt en het nummer in gesprek is, kunt u op Herkies/Pauze drukken en vervolgens op Start om het nummer nogmaals te kiezen.
Het verzenden instellen 4 Faxen Faxen verzenden vanaf de ADF 1 Wanneer u meer dan één pagina wilt verzenden, druk dan op 1 en ga naar stap 5. Volgende Pagina? 1.Ja 2.Nee(Zend) —OF— Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op als u slechts één pagina wilt verzenden, drukt u op 2 (of nogmaals op Start). (Fax). 2 Plaats het document met de bedrukte zijde naar boven in de ADF. 3 Kies het faxnummer. Druk op Start. De machine begint het document te scannen.
Hoofdstuk 3 Automatisch verzenden De melding geheugen vol Dit is de eenvoudigste methode om een fax te verzenden. Als u tijdens het scannen van de eerste pagina van een fax de melding Geheugen vol ziet, moet u op Stop/Eindigen drukken om de fax te annuleren. Neem de hoorn van het externe toestel niet op. Druk meteen na het kiezen op Start. (Voor een voorbeeld van automatisch faxen, volgt u de stappen in Faxen verzenden vanaf de ADF op pagina 3-3.
Het verzenden instellen Basishandelingen bij het verzenden Contrast Faxen met meer instellingen verzenden Gebruik Licht voor het verzenden van een licht document. Wanneer u een fax gaat verzenden, kunt u een combinatie van deze instellingen kiezen: voorblad, contrast, resolutie, internationale modus, timer voor uitgestelde faxen, pollen of directe verzendingen. 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op (Fax).
Hoofdstuk 3 Faxresolutie Tweevoudige werking Nadat u het document hebt geladen kunt u Resolutie gebruiken om de instelling tijdelijk te veranderen (uitsluitend voor deze fax). U kunt een nummer kiezen en de fax in het geheugen inlezen - zelfs wanneer de machine een fax vanuit het geheugen verzendt, faxen ontvangt of gegevens vanuit de PC afdrukt. Het LCD-scherm toont het nieuwe taaknummer.
Het verzenden instellen Direct verzenden Groepsverzenden Als u een fax gaat verzenden, zal de machine de documenten eerst in het geheugen scannen alvorens deze te verzenden. Vervolgens, zodra de telefoonlijn vrij is, begint de machine met kiezen en verzenden. Een groepsverzending is het automatisch verzenden van één faxbericht naar meerdere faxnummers. U kunt een fax naar groepen, ééntoetsnummers, snelkiesnummers en maximaal 50 met de hand gekozen nummers tegelijkertijd sturen.
Hoofdstuk 3 Opmerking ■ Als u geen locaties voor groepsnummers, toegangscodes en creditcardnummers gebruikt, kunt u naar maximaal 258 verschillende nummers faxen. ■ Hoeveel geheugen er beschikbaar is, hangt af van het type taken die in het geheugen zijn opgeslagen en van het aantal nummers waarnaar u de fax verzendt. Als u de fax naar het maximale aantal nummers probeert te verzenden, kunt u de tweevoudige werking en uitgesteld faxen niet gebruiken.
Het verzenden instellen Geavanceerde verzendopties Uw eigen opmerking opstellen U kunt zelf twee opmerkingen opstellen. 1 Het elektronische voorblad samenstellen Dit voorblad wordt naar de machine van de ontvangende partij verzonden. Als de fax wordt verzonden met gebruik van de ééntoetsnummers of de snelkiesfunctie, staat op dit voorblad de naam die bij het betreffende nummer is opgeslagen. Als u handmatig kiest, wordt er geen naam vermeld.
Hoofdstuk 3 Voorblad alleen voor de volgende fax Met elke fax een voorblad verzenden Als u uw Stations-ID nog niet hebt ingesteld, werkt deze functie niet. Controleer of u de Stations-ID hebt ingesteld, voordat u verdergaat. (Zie De Stations-ID instellen op pagina 2-2.) Als u het voorblad alleen met een bepaalde fax wilt verzenden, vraagt uw computer u om het aantal te verzenden pagina's in te voeren, zodat dit op het voorblad kan worden afgedrukt.
Het verzenden instellen Een afgedrukt voorblad gebruiken Als u er de voorkeur aan geeft om een voorblad te gebruiken waarop u bijvoorbeeld zelf nog informatie kunt schrijven, kunt u een voorblad eerst afdrukken en aan uw faxbericht toevoegen. 1 2 Wanneer het lampje niet groen oplicht, Als u problemen hebt met het internationaal verzenden van een fax, bijvoorbeeld vanwege ruis op de lijn, raden wij u aan om de internationale modus te activeren.
Hoofdstuk 3 Uitgestelde fax Tijdens de dag kunt u max. 50 faxen in het geheugen opslaan om ze binnen 24 uur te verzenden. Deze faxen zullen verzonden worden op het tijdstip van de dag dat u in stap 4 invoert. 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op 2 3 (Fax). Uw document laden. Druk op Menu/Set, 2, 2, 3. Verzendmenu 3.
Het verzenden instellen Verzend pollen instellen (standaard) Verzend pollen met beveiligingscode instellen Verzend pollen betekent dat uw machine met een document in de invoer wacht totdat dit document door een ander faxapparaat wordt opgevraagd. Verzend pollen met beveiligingscode is een manier om te voorkomen dat uw documenten in verkeerde handen terechtkomen wanneer de machine in de pollingwachtstand staat.
4 De ontvangstmodus instellen Basishandelingen bij het ontvangen De ontvangstmodus kiezen Er zijn vier verschillende ontvangstmodi voor uw machine. Kies de stand die het beste aan uw eisen voldoet. LCD-scherm Hoe dit werkt Wanneer te gebruiken Alleen Fax De machine beantwoordt elk telefoontje automatisch alsof het een faxbericht betreft. Voor aparte faxlijnen. De machine beheert de lijn en beantwoordt automatisch elke oproep. Is de oproep een fax, dan wordt de fax ontvangen.
De ontvangstmodus instellen Uw ontvangstmodus kiezen of wijzigen De belvertraging instellen 1 Deze functie bepaalt hoe vaak de bel van de machine overgaat voordat de oproep wordt beantwoord in de stand Alleen Fax of Fax/Telefoon. Als u een tweede toestel op dezelfde lijn als de machine gebruikt, dient u de belvertraging in te stellen op 4 keer overgaan. (Zie Werken met een tweede toestel op pagina A-1 en Fax waarnemen op pagina 4-3.) Druk op Menu/Set, 0, 1. Stand.instel. 1.
Hoofdstuk 4 De F/T-beltijd instellen (alleen in Fax/Tel-modus) Als u de Ontvangstmodus instelt op Fax/Telefoon, dient u te specificeren hoe lang de machine met een dubbele bel moet overgaan om u te laten weten dat u een telefoontje moet opnemen. (Als het een inkomend faxbericht is, ontvangt de machine de fax.) Dit dubbel belsignaal hoort u na het eerste signaal van het telefoonbedrijf. Alleen de bel van de machine gaat over, de andere toestellen op dezelfde lijn gaan met het dubbele belsignaal over.
De ontvangstmodus instellen Een verkleinde afdruk van een inkomend document maken (automatische verkleining) Geavanceerde ontvangsthandelingen Als u Aan kiest, verkleint de machine automatisch een binnenkomende fax zodat deze op een pagina van het formaat Letter of A4. De machine berekent het verkleiningspercentage aan de hand van het papierformaat van het document en uw instelling voor papierformaat (Menu/Set, 1, 3).
Hoofdstuk 4 Ontvangen in het geheugen Pollen Zodra de papierlade leeg is tijdens het ontvangen van een fax, verschijnt op het scherm Papier nazien; plaats a.u.b. papier in de papierlade. (Zie Papier laden op pagina 1-11.) Pollen is het opvragen van faxberichten van een andere faxmachine. U kunt uw machine gebruiken om andere machines te 'pollen'. Wanneer de Geheugen ontv. op dit moment Aan is ...
De ontvangstmodus instellen Beveiligd pollen Ontvang pollen instellen (timer) Met beveiligd pollen kunt u voorkomen dat de documenten en andere informatie in verkeerde handen terechtkomen wanneer de andere faxmachine in de pollingwachtstand staat. U kunt de machine zo instellen, dat deze op een later tijdstip met ontvang pollen begint. Ontvang pollen instellen (beveiligd) Het is belangrijk dat u dezelfde beveiligingscode gebruikt als de andere partij.
Hoofdstuk 4 Opeenvolgend pollen De machine kan in één bewerking documenten van diverse andere faxmachines opvragen. In stap 5 kunt u meerdere bestemmingen invoeren. Daarna wordt er een rapport opeenvolgend pollen afgedrukt. 1 Wanneer het lampje niet groen oplicht, drukt u op 2 (Fax). Druk op Menu/Set, 2, 1, 8. Ontvangstmenu 8.Ontvang Pollen 3 Druk op ▲ of ▼ om Stand., Beveilig of Tijdklok te kiezen. Druk op Menu/Set wanneer de gewenste instelling op het LCD-scherm wordt weergegeven. 4 Als u Stand.
5 Snelkiesnummers en kiesopties Nummers opslaan om snel te kiezen U kunt uw machine instellen om op de volgende manieren snel te kiezen: met ééntoetsnummers, snelkiesnummers en met groepsnummers voor het groepsverzenden van faxberichten. Wanneer u op een snelkiestoets drukt, geeft het LCD-scherm de naam (indien u deze hebt opgeslagen) of het nummer weer. Opmerking De snelkiesnummers die in het geheugen zijn opgeslagen, gaan niet verloren als de stroom uitvalt.
Hoofdstuk 5 Snelkiesnummers opslaan U kunt snelkiesnummers opslaan, die dan met een druk op slechts een paar toetsen kunnen worden gekozen (Zoeken/Snelkiezen, #, het driecijferige nummer, en Start). Er kunnen 200 snelkiesnummers in de machine worden opgeslagen. 1 Druk op Menu/Set, 2, 3, 2.
Snelkiesnummers en kiesopties Nummergroepen voor het groepsverzenden instellen Groepen kunnen worden opgeslagen onder een ééntoetsnummer of een snelkiesnummer, waarmee u hetzelfde faxbericht naar meerdere faxnummers kunt verzenden. U drukt op het ééntoetsnummer en Start of Zoeken/Snelkiezen, #, de driecijferige locatie en Start. Eerst moet elk faxnummer als een ééntoetsnummer of snelkiesnummer worden opgeslagen. Daarna kunt u deze nummers in groepen combineren.
Hoofdstuk 5 Kiesopties Toegangscodes en creditcard-nummers Soms is het voordeliger om een keuze te maken uit verschillende serviceproviders voor uw interlokale gesprekken. Tarieven variëren, al naar gelang de tijd van de dag en de bestemming. Om de lagere tarieven te kunnen gebruiken, kunt u toegangscodes of nummers van interlokale serviceproviders en creditcards opslaan als ééntoetsnummers en snelkiesnummers.
6 Opties voor afstandsbediening Opties voor afstandsbediening instellen Opmerking U kunt slechts één optie voor afstandsbediening tegelijkertijd gebruiken: Fax doorzenden—OF—Fax opslaan—OF— PC FAX ontvangen—OF—Uit. Fax doorzenden instellen Als u fax doorzenden selecteert, slaat uw machine de ontvangen fax op in het geheugen. Vervolgens zal de machine het faxnummer dat u geprogrammeerd hebt, kiezen en het faxbericht doorzenden. 1 Druk op Menu/Set, 2, 5, 1. Afstandsopties 1.
Hoofdstuk 6 PC-Fax ontvangen instellen Als u PC-Fax ontvangen instelt, zal uw machine het ontvangen faxbericht tijdelijk in het geheugen opslaan en de faxen daarna automatisch naar uw PC sturen. U kunt vervolgens uw PC gebruiken voor het weergeven en het opslaan van deze faxen. Wanneer reserveafdruk uit staat, worden uw faxberichten automatisch uit het geheugen van uw machine gewist nadat ze met succes zijn verzonden vanaf uw PC.
Opties voor afstandsbediening Opties voor afstandsbediening uitschakelen Opties voor afstandsbediening wijzigen 1 Als er zich nog ontvangen faxen in het geheugen van uw machine bevinden, wanneer u van Ontvang PC Fax overgaat op een andere functie van de afstandsbediening (Fax Doorzenden of Fax Opslaan), wordt u het volgende gevraagd: Druk op Menu/Set, 2, 5, 1. Afstandsopties 1.Drzenden/Opsln 2 Druk op ▲ of ▼ om Uit te selecteren. Druk op Menu/Set. 3 Druk op Stop/Eindigen.
Hoofdstuk 6 Uw toegangscode op afstand instellen De toegangscode op afstand biedt u toegang tot de functies voor het opvragen op afstand van uw berichten, wanneer u zich niet bij uw machine bevindt. U moet eerst uw eigen code instellen, pas dan kunt u vanaf een ander toestel toegang tot de functies van uw eigen machine krijgen. De standaardcode is een inactieve code (--- ). 1 Druk op Menu/Set, 2, 5, 2. Afstandsopties 2.Afst.bediening 2 Voer een code van 3 cijfers in met behulp van de nummers 0-9, of #.
Opties voor afstandsbediening Opdrachten op afstand U kunt uw machine vanaf een ander toestel bedienen met behulp van de onderstaande opdrachten. Wanneer u de machine opbelt en uw toegangscode op afstand (3 cijfers gevolgd door ) invoert, hoort u twee korte piepjes om aan te geven dat u een opdracht moet invoeren. Opdrachten op afstand 95 Wijzig de instellingen voor fax doorzenden of fax opslaan 1 UIT U kunt Uit selecteren nadat u alle berichten hebt opgehaald of gewist.
Hoofdstuk 6 Faxberichten opvragen U kunt vanaf iedere toetstelefoon toegang krijgen tot uw machine en uw faxberichten naar een andere faxmachine laten sturen. 1 2 Kies het nummer van uw faxmachine. Zodra u de toon van uw machine hoort, toetst u onmiddellijk uw toegangscode op afstand in (3 cijfers gevolgd door ). Als u één lange toon hoort, zijn er berichten voor u. 3 Zodra u twee korte piepjes hoort, toetst u met de kiestoetsen 9 6 2 in.
7 Rapporten afdrukken Faxinstellingen en -activiteiten U dient het verzendingsrapport en de journaalperiode in te stellen via het menu. Druk op Menu/Set, 2, 4, 1. Kies rapport 1.Verzendrapp. —OF— druk op Menu/Set, 2, 4, 2. Kies rapport 2.Journaal tijd Het verzendrapport aanpassen U kunt het verzendrapport gebruiken als bewijs dat u een fax hebt verzonden. In dit rapport staan de datum en de tijd waarop het bericht werd verzonden, en wordt tevens aangegeven of de transmissie geslaagd was (OK).
Hoofdstuk 7 De journaalperiode instellen Rapporten afdrukken U kunt de machine zodanig instellen, dat er op vaste tijden een journaal wordt afgedrukt (elke 50 faxen, elke 6, 12 of 24 uur, elke 2 of 7 dagen). Als u het interval op Uit zet, kunt u het rapport afdrukken via de procedure van rapporten afdrukken. De standaardinstelling is Na 50 faxen. De volgende rapporten zijn beschikbaar: 1 Druk op Menu/Set, 2, 4, 2. Kies rapport 2.Journaal tijd 2 Druk op ▲ of ▼ om een interval te kiezen.
‘ 8 Kopiëren De machine als een kopieerapparaat gebruiken Het afdrukgebied van uw machine begint circa 2 mm van de zijranden en 3 mm van de boven- en onderrand van het papier. U kunt de machine als kopieerapparaat gebruiken en maximaal 99 kopieën per keer maken. Kopieermodus instellen 2 mm Onbedrukbaar gedeelte Voordat u kopieën gaat maken, moet u controleren of 3 mm (Kopie) groen is. Wanneer dit niet zo is, drukt u op Opmerking (Kopie) om de Kopie-modus te selecteren.
Hoofdstuk 8 Meerdere kopieën maken 1 Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht. 2 3 Uw document laden. 4 Druk op Start. Voer met de kiestoetsen in hoeveel kopieën u wilt maken (max. 99). Opmerking Druk op Opties en ▲ of ▼ om Stapel/Sorteer te selecteren. (Zie Kopieën sorteren bij gebruik van de ADF op pagina 8-5.) Kopiëren onderbreken Druk op Stop/Eindigen om het kopiëren te stoppen.
Kopiëren De gekopieerde afbeelding vergroten of verkleinen 4 Druk op ▲ of ▼ om de gewenste vergrotings- of verkleiningsverhouding te selecteren. U kunt de volgende vergrotings- of verkleiningspercentages selecteren. Druk op Menu/Set. Auto* stelt de machine zo in dat het verkleiningspercentage zo goed mogelijk wordt aangepast aan het papierformaat. Gebruik de kiestoetsen om een vergrotings- of verkleiningspercentage in te toetsen tussen 25% en 400%.
Hoofdstuk 8 Tijdelijke kopieerinstellingen veranderen Gebruik de Opties-toets als u snel volgende instellingen tijdelijk voor de volgende kopie wilt instellen. Druk op Menuselecties Opties selecteren Pagina selecteren Kwaliteit Auto Tekst Foto 8-5 Stapel/Sorteer Stapelen Sorteren 8-5 Contrast ▼ ▼ ▼ ▼ ▼ ▲ ▲ ▲ ▲ ▲ 8-5 Pagina layout Uit(1 Op 1) 2 op 1 P 2 op 1 L 4 op 1 P 4 op 1 L Poster(3 x 3) 8-6 + + - + - + - + Opmerking De fabrieksinstellingen staan vetgedrukt.
Kopiëren Kwaliteit Hiermee stelt u de kopieerkwaliteit in. De standaardinstelling is Auto. Auto Geschikt voor documenten die zowel tekst als foto’s bevatten. Tekst Geschikt voor documenten die uitsluitend tekst bevatten. Foto Geschikt voor het kopiëren van foto’s. 1 Druk op 4 5 1 Voer met de kiestoetsen in hoeveel kopieën u wilt maken (max. 99). Druk op 2 3 Uw document laden. 4 Druk op Opties en ▲ of ▼ om Stapel/Sorteer te selecteren.
Hoofdstuk 8 N in 1-kopieën maken (pagina-indeling) U kunt het aantal kopieën verlagen met de functie N in 1-kopie. U kunt zo twee of vier pagina’s op één vel kopiëren en daarmee papier besparen. Bij gebruik van de glasplaat: 7 Volgende Pagina? 1.Ja 2.Nee Druk op 1 om de volgende pagina te scannen. Opmerking ■ Controleer of het papierformaat is ingesteld op A4 of Letter. 8 ■ U kunt de optie N in 1-kopie alleen met het kopieformaat op 100% gebruiken. Druk op (Kopie) zodat deze toets groen oplicht.
Kopiëren Plaats het document op de glasplaat met de bedrukte zijde naar beneden zoals hieronder aangegeven. 2 op 1 (P) 2 op 1 (L) Een poster (layout pagina) maken U kunt een poster maken. Wanneer u de posteroptie gebruikt, verdeelt uw machine uw document in delen en vergroot deze delen, zodat u ze kunt samenvoegen tot een poster. Als u een poster wilt afdrukken, moet u de glasplaat gebruiken. Opmerking ■ Controleer of het papierformaat is ingesteld op A4 of Letter.
Hoofdstuk 8 De standaardinstellingen voor het kopiëren wijzigen U kunt de kopieerinstellingen die u het vaakst gebruikt opslaan door ze als standaard in te stellen. Deze instellingen blijven van kracht, totdat u ze weer wijzigt. Contrast instellen U kunt het contrast wijzigen om een beeld er scherper en levendiger te laten uitzien. 1 Druk op Menu/Set, 3, 2. Kopie 2.Contrast 2 Druk op ▲ om het contrast te verhogen. —OF— druk op ▼ om het contrast te verlagen. Kwaliteit Druk op Menu/Set.
9 Software- en netwerkfuncties De gebruikershandleiding op de CD-ROM bevat de software- en netwerkhandleiding voor de functies die beschikbaar zijn bij aansluiting op een computer (bijvoorbeeld printen en scannen). De beschikbaarheid van onderstaande functies verschilt per model: ■ De machine als een printer gebruiken (Zie hoofdstuk 1 in de softwarehandleiding op de CD-ROM.) ■ Scannen (Zie hoofdstuk 2 in de softwarehandleiding op de CD-ROM.) ■ ControlCenter2.
10 Belangrijke informatie IEC 60825-1 specificatie Dit apparaat is een klasse I laserproduct, zoals bepaald in IEC 60825-1. Het onderstaande etiket is bijgevoegd in de landen waar dit noodzakelijk is. CLASS 1 LASER PRODUCT APPAREIL À LASER DE CLASSE 1 LASER KLASSE 1 PRODUKT LAN-verbinding (alleen MFC-7820N) VOORZICHTIG Sluit dit apparaat niet aan op een LAN-verbinding die kan blootstaan aan overspanningen.
Belangrijke informatie Belangrijke veiligheidsinstructies 1 2 3 4 5 6 7 8 9 Lees alle instructies door. Bewaar ze, zodat u ze later nog kunt naslaan. Volg alle waarschuwingen en instructies die op het product worden aangegeven. Haal de stekker van dit product uit het stopcontact alvorens u de binnenkant van de machine gaat reinigen. Gebruik geen vloeibare reinigingsmiddelen of aërosols. Gebruik een vochtige doek om het apparaat schoon te maken.
Hoofdstuk 10 D E Om uw apparaat te beveiligen tegen stroompieken en -schommelingen adviseren wij het gebruik van een overstroombeveiliging. Handelsmerken Om het risico van brand, stroomstoot of lichamelijk letsel te reduceren, leest u aandachtig volgende maatregelen: Brother is een wettig gedeponeerd handelsmerk van Brother Industries, Ltd. • Gebruik dit product niet in de buurt van apparaten die water gebruiken, in een natte kelder of in de buurt van een zwembad.
11 Problemen oplossen en routineonderhoud Problemen oplossen Foutmeldingen Zoals met alle verfijnde kantoorproducten het geval is, kunnen er fouten optreden. In dergelijke gevallen kan de machine het probleem doorgaans zelf identificeren en wordt een foutmelding weergegeven. De onderstaande lijst geeft een overzicht van de meest voorkomende foutmeldingen. De meeste problemen kunt u zelf oplossen.
Hoofdstuk 11 FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK Eenheid te Heet De fuser unit is te heet. (Voor MFC-7420) De fuser unit is te koud. Wanneer u de machine uitzet, worden de gegevens in het geheugen gewist. (Om te controleren of er zich faxen bevinden in het geheugen van de machine, zie Controleren of er in het geheugen van de machine faxen staan op pagina 11-5.) Als er faxen aanwezig zijn, moet u deze opslaan voordat u onderstaande suggesties opvolgt.
Problemen oplossen en routineonderhoud FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK WAT TE DOEN Kap Open Het frontdeksel is niet goed gesloten. Sluit het frontdeksel van de machine. Machine te Heet De binnenkant van de machine is te heet. Luister naar de machine om te controleren of de koelventilator draait. Controleer of de ontluchtingsopeningen niet zijn bedekt of geblokkeerd.
Hoofdstuk 11 FOUTMELDINGEN FOUTMELDING OORZAAK WAT TE DOEN Pap.stor. achter Het papier is vastgelopen aan de achterkant van de machine. (Zie Vastgelopen papier op pagina 11-7.) Pap.storing lade Het papier is vastgelopen in de papierlade van de machine. (Zie Vastgelopen papier op pagina 11-7.) Papier nazien De machine heeft geen papier meer of het papier is niet goed in de papierlade geplaatst. Vul het papier in de papierlade aan, en druk vervolgens op Start.
Problemen oplossen en routineonderhoud Controleren of er in het geheugen van de machine faxen staan 1 2 Druk op Menu/Set, 9, 0, 1. Als op het LCD-scherm Geen dataopslag wordt weergegeven, bevinden er zich geen faxberichten meer in het geheugen van de machine. Faxen naar uw PC overbrengen U kunt de faxen van het geheugen van uw machine naar uw PC overbrengen. 1 2 —OF— als op het LCD-scherm Geef faxnummer wordt weergegeven, bevinden er zich faxberichten in het geheugen van de machine.
Hoofdstuk 11 Vastgelopen papier Het document is in de ADF vastgelopen. Volg onderstaande stappen, als het papier is vastgelopen. 1 Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. 2 3 Til het documentdeksel op. 4 5 Sluit het documentdeksel. Het document is bovenin de ADF vastgelopen 1 Verwijder al het papier dat niet is vastgelopen uit de ADF. 2 3 Open het ADF-deksel. Trek het vastgelopen document er naar rechts uit. Trek het vastgelopen document er naar links uit.
Problemen oplossen en routineonderhoud Vastgelopen papier 3 Open het frontdeksel. 4 Verwijder het geheel van drumeenheid en tonercartridge. Het vastgelopen papier kan worden verwijderd samen met het geheel van tonercartridge en drumeenheid, of het kan zijn dat hierdoor het papier wordt vrijgegeven zodat u het uit de opening voor de papierlade kunt trekken. Om vastgelopen papier te verwijderen, volgt u onderstaande stappen.
Hoofdstuk 11 5 6 Wanneer u het geheel van drumeenheid en tonercartridge niet gemakkelijk kunt verwijderen, mag u dit in geen geval forceren. Til daarentegen het scannerdeksel op en gebruik beide handen om het vastgelopen papier voorzichtig naar boven en uit de opening voor de papierlade te trekken. Het papier is vastgelopen aan de achterkant van de machine. 1 Open het frontdeksel. 2 Verwijder het geheel van drumeenheid en tonercartridge. 3 Open het achterpaneel. Sluit het scannerdeksel.
Problemen oplossen en routineonderhoud 4 5 Trek het lipje naar u toe om de bedekking van het kanaal aan de achterkant te openen. 7 Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. 8 Sluit het frontdeksel. Trek het vastgelopen papier uit de fuser unit. Als het vastgelopen papier niet gemakkelijk kan worden verwijderd, duwt u het blauwe lipje met één hand naar beneden terwijl u het papier voorzichtig eruit trekt met de andere hand. 11 6 Sluit het achterpaneel.
Hoofdstuk 11 Het papier is vastgelopen in het geheel van drumeenheid en tonercartridge. 1 2 3 4 Schuif de tonercartridge terug in de drumeenheid totdat hij vergrendeld wordt. Als u de cartridge correct hebt geplaatst, gaat de vergrendeling automatisch omhoog. 5 Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. 6 Sluit het frontdeksel. Open het frontdeksel. Verwijder het geheel van drumeenheid en tonercartridge.
Problemen oplossen en routineonderhoud Als u problemen met uw machine hebt Als u denkt dat uw faxen er niet goed uitzien, raden wij u aan om eerst een kopie te maken. Als de kopie er goed uitziet, heeft het probleem waarschijnlijk niet met de machine te maken. Controleer onderstaande tabel en volg de instructies. In het Brother Solutions Center vindt u de meest recente veelgestelde vragen en tips voor het oplossen van problemen. Ga naar http://solutions.brother.com.
Hoofdstuk 11 PROBLEEM SUGGESTIES Op het verzendrapport staat ‘RESULT:NG’ of ‘RESULT:ERROR’. Er is waarschijnlijk een tijdelijke storing of ruis op de lijn. Probeer de fax opnieuw te verzenden. Als u een bericht via PC FAX verzendt en op het Verzendingsrapport wordt ‘RESULT:NG’ aangegeven, dan beschikt uw machine waarschijnlijk niet meer over geheugen.
Problemen oplossen en routineonderhoud PROBLEEM SUGGESTIES Problemen met de printer De machine print niet. Controleren of: • De machine is aangesloten en de stroomschakelaar op Aan staat —OF— • de tonercartridge en drumeenheid correct zijn geïnstalleerd (Zie De drumeenheid vervangen (DR-2000) op pagina 11-28.) —OF— • de interfacekabel goed is aangesloten tussen de machine en de computer (zie de installatiehandleiding.
Hoofdstuk 11 PROBLEEM SUGGESTIES Problemen met het scannen Tijdens het scannen treden er TWAIN-fouten op. Zorg dat de TWAIN-driver van Brother als primaire bron is geselecteerd. Klik in PaperPort® in het bestandsmenu op de scanopdracht en selecteer de Brother TWAIN-driver. Problemen met software Onmogelijk software te installeren of te printen. Het programma Repair MFL-Pro Suite op de CD-ROM uitvoeren. Dit programma repareert en herinstalleert de software.
Problemen oplossen en routineonderhoud PROBLEEM SUGGESTIES Problemen met het papier De machine voert geen papier in. Op het LCD-scherm worden de meldingen Papier nazien, Papierstoring enz. weergegeven. Wanneer er geen papier is, plaatst u een nieuwe stapel papier in de papierlade. Als er papier in de lade zit, moet u nagaan of het correct is geplaatst. Wanneer het papier gekruld is, moet u het strekken. Soms moet u het papier uit de lade halen, de stapel omdraaien en weer in de lade plaatsen.
Hoofdstuk 11 De afdrukkwaliteit verbeteren Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH CDEF abcdefghijk defg ABCD abcde 01234 Flauw Advies Controleer de omgeving van de machine. Factoren, zoals vochtigheid, hoge temperatuur enz. kunnen deze storing veroorzaken. (Zie Een geschikte plaats kiezen op pagina 1-2.) Wanneer de hele pagina te licht is, kan de functie Toner besparen aan zijn. Zet de modus Toner besparen uit in de menu-instelling van de machine of in de eigenschappen van de driver.
Problemen oplossen en routineonderhoud Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Reinig de primaire corona van de drumeenheid. (Zie De corona reinigen op pagina 11-24.) Als de afdrukkwaliteit niet is verbeterd, een nieuwe drumeenheid installeren. (Zie De drumeenheid vervangen (DR-2000) op pagina 11-28.) Volledig zwart De drumeenheid reinigen 78.5 mm 78.5 mm Witte vlekken in zwarte tekst en grafische afbeeldingen, met tussenruimten van 78.5 mm tussenruimten 78.5 mm 78.
Hoofdstuk 11 Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit ABCDEFGH abcdefghijk ABCD abcde 01234 Zwarte tonerresten op de pagina Advies De drumeenheid is misschien beschadigd. Installeer een nieuwe drumeenheid. (Zie de beschrijving op de vorige pagina.) Controleer of u geschikt papier gebruikt. (Zie Over papier op pagina 1-9.) Wanneer u etiketten voor laserprinters gebruikt, kan de lijm van de vellen soms op de OPC-drum blijven kleven. Reinig de drumeenheid. (Zie De corona reinigen op pagina 11-24.
Problemen oplossen en routineonderhoud Voorbeelden van slechte afdrukkwaliteit Advies Controleer de papiersoort en -kwaliteit. Door hoge temperaturen en een hoge vochtigheid kan het papier gaan krullen. Gekruld of gegolfd Als u de machine niet vaak gebruikt, heeft het papier misschien te lang in de papierlade gelegen. Draai de stapel papier in de papierlade om. Blader de stapel papier ook door, en draai het papier 180° om in de papierlade. Controleer of het papier correct is geladen.
Hoofdstuk 11 Compatibiliteit Als u problemen met het verzenden of ontvangen van een fax hebt door mogelijke storing op de telefoonlijn, raden wij u aan de synchronisatie voor compatibiliteit aan te passen om de modemsnelheid voor faxhandelingen te verlagen. 1 Druk op ▲ of ▼ om Minimaal of Normaal (of Hoog*) te selecteren (*alleen MFC-7820N). Druk op Menu/Set. 3 Wanneer u de machine transporteert, gebruik dan het oorspronkelijke verpakkingsmateriaal van de machine.
Problemen oplossen en routineonderhoud 9 Verpak het geheel van drumeenheid en tonercartridge, het stroomsnoer en het afdrukmateriaal in de originele doos – zie bovenstaande illustratie: Routineonderhoud VOORZICHTIG De drumeenheid bevat toner, dus u moet deze voorzichtig hanteren. Wanneer u toner morst op uw handen of kleding, dient u de vlekken onmiddellijk te verwijderen met koud water. De buitenkant van de machine schoonmaken VOORZICHTIG 0 Sluit de doos en maak deze dicht met verpakkingstape.
Hoofdstuk 11 2 Reinig de buitenkant van de machine met een zachte doek om stof te verwijderen. De glasplaat reinigen Zet de machine uit en open het documentdeksel. Reinig de glasplaat en het witte plastic oppervlak onder het documentdeksel met schoonmaakalcohol en een zachte, pluisvrije doek. Documentdeksel 3 Verwijder al het papier dat zich in de papierlade bevindt. 4 Reinig de binnenkant en de buitenkant van de papierlade met een zachte doek om stof te verwijderen.
Problemen oplossen en routineonderhoud Het scannervenster reinigen VOORZICHTIG ■ Gebruik geen isopropylalcohol om het scannervenster te reinigen. VOORZICHTIG Om te vermijden dat de machine wordt beschadigd door statische elektriciteit, mag u de hieronder getoonde elektroden niet aanraken. ■ Raak het scannervenster niet aan met uw vingers. 1 2 Zet de machine uit voordat u de binnenkant van de machine schoonmaakt. Haal eerst het telefoonsnoer en vervolgens de stekker uit het stopcontact.
Hoofdstuk 11 4 5 6 Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw in de machine. De corona reinigen Wij raden u aan het geheel van drumeenheid en tonercartridge op een doek of een groot vel papier te plaatsen, opdat er geen toner wordt gemorst. 1 Open het frontdeksel en verwijder het geheel van drumeenheid en tonercartridge. 2 Reinig de primaire corona in de drumeenheid door het blauwe lipje een paar keer van rechts naar links te schuiven.
Problemen oplossen en routineonderhoud De tonercartridge vervangen TN-2000 De tonercartridge kan max. 2.500 pagina’s printen. Wanneer de tonercartridge bijna leeg is, geeft het LCD-scherm Vervang toner weer. Het werkelijke aantal pagina’s hangt af van het type document dat u meestal print (bv. standaardbrief of gedetailleerde grafische afbeeldingen).
Hoofdstuk 11 2 Druk de vergrendeling links naar beneden en trek de tonercartridge uit de drumeenheid. VOORZICHTIG ■ Zet de drumeenheid op een doek of een groot vel papier opdat er geen toner wordt gemorst. ■ Wees voorzichtig bij het hanteren van de tonercartridge. Wanneer u toner morst op uw handen of kleding, dient u de vlekken onmiddellijk te verwijderen met koud water. 3 Pak de nieuwe tonercartridge uit.
Problemen oplossen en routineonderhoud 4 Schud de tonercartridge vijf tot zes keer voorzichtig heen en weer om de toner gelijkmatig te verdelen in de cartridge. 5 Verwijder de bescherming. 6 7 Reinig de primaire corona in de drumeenheid door het blauwe lipje een paar keer van rechts naar links te schuiven. Zet het blauwe lipje terug in de oorspronkelijke stand (▼) voor u het geheel van drumeenheid en tonercartridge opnieuw installeert.
Hoofdstuk 11 De drumeenheid vervangen (DR-2000) De machine gebruikt een drumeenheid om afbeeldingen op papier te zetten. Wanneer het LCD-scherm de melding Drum bijna op weergeeft, is de drumeenheid aan het einde van de gebruiksduur en dient u een nieuwe aan te schaffen. Ook wanneer het LCD-scherm Drum bijna op weergeeft, kunt u nog een tijdje printen zonder de drumeenheid te vervangen.
Problemen oplossen en routineonderhoud 2 Druk de vergrendeling links naar beneden en trek de tonercartridge uit de drumeenheid. 4 Plaats de tonercartridge in de nieuwe drumeenheid, totdat deze op zijn plaats klikt. Als u de cartridge correct hebt geplaatst, gaat de vergrendeling automatisch omhoog. 5 Installeer het geheel van drumeenheid en tonercartridge in de machine. Het frontdeksel niet sluiten. 6 Druk op Opties.
Hoofdstuk 11 Informatie over de machine Het serienummer controleren U kunt het serienummer van de machine op het LCD-scherm bekijken. 1 De levensduur van de drumeenheid controleren U kunt de gebruiksduur van de drum op het LCD-scherm bekijken. 1 MFC-7420: Druk op Menu/Set, 4, 3. MFC-7820N: Druk op Menu/Set, 6, 3. Levensduur Resterend:XXX% MFC-7420: Druk op Menu/Set, 4, 1. MFC-7820N: Druk op Menu/Set, 6, 1. Serienummer XXXXXXXXXXX 2 Druk op Stop/Eindigen.
A Bijlage A Geavanceerde ontvangsthandelingen Uitsluitend voor de Fax/Tel-modus Werken met een tweede toestel Als de machine in de stand Fax/Tel staat, wordt het dubbele belsignaal gebruikt om aan te geven dat het een normaal telefoontje betreft. Als u een faxoproep aanneemt op een tweede toestel, of op een extern toestel dat correct is aangesloten op de machine via de betreffende ingang op de machine, kunt u de oproep doorverbinden naar uw machine door de faxontvangstcode in te toetsen.
De codes voor afstandsbediening wijzigen Voor activeren op afstand, moeten de codes hiervoor geactiveerd worden. De voorgeprogrammeerde faxontvangstcode is 51. De voorgeprogrammeerde code voor het aannemen van de telefoon is #51. U kunt deze desgewenst vervangen met uw eigen codes. 1 Een extern toestel aansluiten U kunt een apart toestel op uw machine aansluiten, zoals in onderstaande afbeelding.
Bijlage A Een extern antwoordapparaat (ANTW.APP.) aansluiten Volgorde U wilt misschien een extern antwoordapparaat aansluiten. Als u echter een extern ANTW.APP. aansluit op dezelfde telefoonlijn als de machine, worden alle gesprekken beantwoord door het ANTW.APP., en "luistert" de machine naar faxtonen. Als er faxtonen klinken, neemt de machine de oproep over en wordt de fax ontvangen. Als hij geen faxtonen hoort, laat de machine het uitgaande bericht continu afspelen door het ANTW.APP.
Een uitgaand bericht op een extern ANTW.APP. opnemen Tijdsplanning is van essentieel belang wanneer u dit bericht opneemt. 1 Neem 5 seconden stilte op aan het begin van uw bericht. (Dit geeft uw machine de gelegenheid om bij automatische faxtransmissies de faxtonen te horen voordat deze stoppen.) 2 Wij adviseren u het bericht te beperken tot 20 seconden.
6 B Bijlage B Programmeren op het scherm Uw machine is zodanig ontworpen dat zij eenvoudig te gebruiken is voor programmering op het LCD-scherm, met behulp van de navigatietoetsen. Programmeren op het scherm is uiterst eenvoudig en helpt u alle functies van uw machine optimaal te benutten. Opslag in geheugen Bij een stroomstoring zullen de menu-instellingen niet verloren gaan, omdat deze permanent zijn opgeslagen. Tijdelijke instellingen (zoals instellingen voor contrast, de internationale modus, enz.
Navigatietoetsen U kunt sneller door ieder menuniveau bladeren door op de betreffende pijl (omhoog/omlaag) te drukken: ▲ of ▼. Selecteer een optie door op Menu/Set te drukken, wanneer die optie op het LCD-scherm verschijnt. Het LCD-scherm geeft dan het volgende menuniveau weer. Druk op ▲ of ▼ om naar uw volgende menuselectie te bladeren.
Bijlage B Kiezen & Instellen Hoofdmenu Submenu Kiezen & Instellen keuze om af te sluiten Menuselecties Opties Omschrijvingen 1. Standaardinst. 1. Tijdklokstand — 5 Min. 2 Min. 1 Min 30 Sec. 0 Sec. Uit 2-4 Hiermee kunt u de tijd instellen om terug te keren naar de faxmodus. 2. Papiersoort — Dun Normaal Dik Extra dik Transparanten Gerecycl.papier Hiermee kunt u de papiersoort in de papierlade instellen. 2-4 3.
Kiezen & Instellen Hoofdmenu Submenu 1. Standaardinst. 8. Beveiliging (Vervolg) 2. Fax 1. Ontvangstmenu (uitsluitend in faxmodus) Kiezen & Instellen Menuselecties Opties om af te sluiten Omschrijvingen Pagina 1. Verzendslot (alleen MFC-7420) De meeste handelingen zijn 2-8 geblokkeerd, behalve het ontvangen van faxberichten. 1.Beveiligd geh. (alleen MFC-7820N) Blokkeert de meeste handelingen, behalve het in het geheugen ontvangen van faxen. 2.
Bijlage B Kiezen & Instellen Kiezen & Instellen keuze om af te sluiten Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina 2. Fax 2. Verzendmenu 1. Contrast (uitsluitend in faxmodus) Hiermee kunt u de faxen die u verzendt lichter of donkerder maken. 3-5 (Vervolg) Auto Licht Donker Hiermee kunt u de standaardresolutie voor uitgaande faxen instellen. 3-6 3-12 2. Faxresolutie Standaard Fijn Superfijn Foto 3.
Kiezen & Instellen Kiezen & Instellen Hoofdmenu Submenu 2. Fax (Vervolg) 3. Kiesgeheugen 1. Directkies 4. Kies rapport Menuselecties om af te sluiten Opties Omschrijvingen — 5-1 Hiermee kunt u ééntoetsnummers opslaan, zodat u kunt kiezen door slechts op één toets (en Start) te drukken. 2. Snelkies — 5-2 Hiermee kunt u snelkiesnummers opslaan, zodat u kunt kiezen door slechts op een paar toetsen (en Start) te drukken. 3. Groep instell.
Bijlage B Kiezen & Instellen Kiezen & Instellen keuze om af te sluiten Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen 2. Fax 6. Rest. jobs — — 3-8 Hiermee kunt u controleren welke taken er in het geheugen zitten en geselecteerde taken annuleren. 0. Diversen 1. Compatibel Normaal Minimaal Synchronisatie voor verzendproblemen aanpassen. 11-20 Hoog Normaal Minimaal Synchronisatie voor verzendproblemen aanpassen. 11-20 Selecteert de kopieerresolutie voor uw type document.
Kiezen & Instellen Kiezen & Instellen keuze om af te sluiten Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen 5. LAN 1. Setup TCP/IP 1. BOOT Method Autom. Statisch Rarp BOOTP DHCP Kies de opstartmethode Raadpleeg die het beste aan uw eisen de netwerk voldoet. handleiding op de CD-ROM. 2. IP Address [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het IP-adres in. 3. Subnet Mask [000-255]. [000-255]. [000-255]. [000-255] Voer het subnetmasker in. 4. Gateway [000-255]. [000-255].
Bijlage B Kiezen & Instellen Hoofdmenu Submenu 4. Machine-info 1. Serienummer Kiezen & Instellen Menuselecties Opties Omschrijvingen Pagina — Voor het controleren van het serienummer van uw machine. 11-30 Totaal Kopie Print Lijst/Fax Voor het controleren van het totaal aantal pagina’s dat de machine tijdens haar levensduur heeft afgedrukt. 11-30 — U kunt nagaan hoe lang de drum nog meegaat (in %). 11-30 Alleen Fax Fax/Telefoon Telefoon/Beantw.
Tekst invoeren Speciale tekens en symbolen ▲ Druk op , # of 0, en druk vervolgens op of om de cursor onder het gewenste teken of symbool te zetten. Druk vervolgens op Menu/Set om het te selecteren. Door meerdere malen op de desbetreffende cijfertoets te drukken, kunt u het gewenste teken kiezen.
V Verklarende woordenlijst ADF (automatische documentinvoer) Het document kan in de ADF worden geplaatst, waarbij iedere pagina om beurten automatisch wordt gescand. Afstandsbediening De mogelijkheid om via een toetstelefoon toegang krijgen tot uw machine. ANTW.APP. (antwoordapparaat) U kunt een extern ANTW.APP. op uw machine aansluiten. Autom. verkleinen Als deze functie is geactiveerd, wordt een inkomend faxbericht verkleind afgedrukt.
Extern toestel Een ANTW.APP. (antwoordapparaat) of telefoon die op uw machine is aangesloten. F/T-beltijd Het aantal keren dat de Brother-machine overgaat om u te waarschuwen dat u een normaal telefoongesprek moet beantwoorden (wanneer de ontvangstmodus op Fax/Tel staat). Fax doorzenden Met deze functie wordt een ontvangen fax, die in het geheugen is opgeslagen, doorgestuurd naar een ander vooraf geprogrammeerd nummer. Fax opslaan U kunt ontvangen faxen in het geheugen opslaan.
Verklarende woordenlijst Internationale modus In deze stand worden de faxtonen tijdelijk gewijzigd om ruis en statische elektriciteit op internationale telefoonlijnen te onderdrukken. Journaalperiode De vooraf geprogrammeerde regelmaat waarmee de faxjournalen automatisch worden geprint. U kunt het faxjournaal desgewenst ook op elk ander tijdstip printen, zonder deze instelling op te heffen.
Superfijne resolutie 203 x 392 dpi. Ideaal voor kleine afdrukken en lijntekeningen. Taak annuleren Annuleert een geprogrammeerde taak, zoals uitgestelde fax of polling. Tijdelijke instellingen Voor elke faxtransmissie en kopie kunt u bepaalde opties selecteren zonder de standaardinstellingen te wijzigen. Toegangscode op afstand Uw eigen viercijferige code (--- ) waarmee u uw machine kunt bellen en vanaf een ander toestel toegang tot uw machine kunt krijgen.
S Specificaties Productomschrijving Algemeen Geheugencapaciteit 16 MB (MFC-7420) 32 MB (MFC-7820N) Automatische documentinvoer (ADF) Max.
Temperatuur In bedrijf: Opslag: 10 - 32,5°C 0 - 40°C Vochtigheid In bedrijf: Opslag: 20 tot 80% (niet condenserend) 10 tot 90% (niet condenserend) Afdrukmedia Papierinvoer Papierlade ■ Papiersoort: normaal papier, gerecycleerd papier of transparanten ■ Papierformaat: A4, Letter, Executive, A5, A6, B5 en B6 Voor meer informatie, zie Over papier op pagina 1-9. ■ Papiergewicht: 60 - 105 g/m2 ■ Maximale capaciteit papierlade: Max. 250 vel van 80 g/m2 normaal papier of max.
Specificaties Kopiëren Kleur/monochroom Monochroom Documentgrootte Breedte ADF: 147,3 tot 215,9 mm Hoogte ADF: 147,3 tot 356 mm Breedte glasplaat: max. 215,9 mm Hoogte glasplaat: max. 297 mm Meerdere kopieën Sets van maximaal 99 pagina’s Verkleinen/vergroten 25% tot 400% (in stappen van 1%) Resolutie max.
Fax Compatibiliteit ITU-T groep 3 Coderingssysteem MH/MR/MMR/JBIG* (*niet beschikbaar voor MFC-7420) Modemsnelheid Automatic Fallback:14400 bps (MFC-7420) 33600 bps (MFC-7820N) Documentgrootte Breedte ADF: 147,3 tot 215,9 mm Hoogte ADF: 147,3 tot 356 mm Breedte glasplaat: max. 215,9 mm Hoogte glasplaat: max. 297 mm Scanbreedte max. 208 mm Afdrukbreedte max.
Specificaties Scanner Kleur/monochroom Ja TWAIN-compatibel Ja (Windows® 98/98SE/Me/2000 Professional/XP/Windows NT® Workstation Version 4.0) Mac OS® 9,1 - 9,2/Mac OS® X 10.2.4 of recenter WIA-compatibel Ja (Windows® XP) Kleurintensiteit 24-bitskleur Resolutie Max. 9600 × 9600 dpi (geïnterpoleerd)* Max. 600 × 2400 dpi (optisch) * Max. 1200 x 1200 dpi bij scannen onder Windows® XP (resolutie max.
Interfaces Interface Aanbevolen kabel Parallel Een bi-directionele afgeschermde parallelle kabel die voldoet aan IEEE 1284 en niet langer is dan 2,0 m. USB Een USB 2.0 interfacekabel die niet langer is dan 2,0 m. LAN-kabel (alleen MFC-7820N) Ethernet UTP-kabel van categorie 5 of hoger. (Kabels niet meegeleverd.) Opmerking Uw machine heeft een full-Speed USB 2.0-interfacekabel. Deze interface is compatibel met Hi-Speed USB 2.0; de maximale gegevensoverdrachtsnelheid zal echter 12 Mbits/sec.
Specificaties Vereisten voor de computer Minimum systeemvereisten Computerplatform & versie hoofdbesturingssysteem Windows® hoofdbesturingssysteem 98, 98SE Me NT® Workstation 4.
Verbruiksartikelen Levensduur tonercartridge (TN-2000) Standaard tonercartridge: max. 2.500 pagina’s * *(bij afdruk op formaat letter of A4 met 5% dekkingsgraad) Opmerking De levensduur van toner varieert volgens de aard van de gemiddelde printtaak. Levensduur drumeenheid (DR-2000) Max. 12.000 pagina’s Opmerking Er zijn talrijke factoren die de levensduur van de drum kunnen beïnvloeden (temperatuur, vochtigheid, papiersoort, toner en aantal pagina’s per printtaak).
Specificaties Netwerk (LAN) (alleen MFC-7820N) LAN U kunt uw machine op een netwerk aansluiten voor printen en scannen via het netwerk en PC-Fax verzenden. Tevens wordt de software Brother BRAdmin Professional Network Management meegeleverd. Ondersteuning van Windows® 98/98SE/Me/2000/XP/Windows NT® Workstation Version 4.0 Mac OS® 9.1 - 9.2/Mac OS® X 10.2.
Optionele externe draadloze printserver (NC-2100p) NC-2100p Externe printserver (optioneel) Als u de optionele externe draadloze printserver (NC-2100p) op de parallelle poort van uw machine aansluit, kunt u via een draadloos netwerk printen. Ondersteuning van Windows® 98/98SE/Me/2000/XP/Windows NT® Workstation Version 4.
I Index A C Aansluiten extern ANTW.APP. ..............................A-3 extern toestel .......................................A-2 Aansluiting op meerdere lijnen (PBX) .....A-4 ADF (automatische documentinvoer) ...... 1-7 ADF-deksel ........................................... 11-6 Afdrukken drivers ..................................................S-5 fax uit geheugen .................................. 4-4 kwaliteit ..................................... 2-4, 11-16 problemen ............................
faxmodus instellen ............................ 3-1 Groepsverzenden .............................. 3-7 internationaal ................................... 3-11 resolutie ............................................. 3-6 vanuit de ADF ................................... 3-3 vanuit geheugen (tweevoudige werking) .................................................... 3-2, 3-6 via de glasplaat ................................. 3-3 Fax/Tel-modus Belvertraging ........................................
Index M Modus, instellen Fax ....................................................... 3-1 Kopiëren ............................................... 8-1 Scannen ............................................... 1-5 O Onderhoud, routine ............................. 11-21 Ontvangstmodus ..................................... 4-1 Alleen fax ............................................. 4-1 Extern ANTW.APP. .............................. 4-1 Fax/Tel ................................................. 4-1 Handmatig .
Telefoonlijn aansluitingen ........................................A-3 meerdere lijnen (PBX) ..........................A-4 problemen ........................................ 11-11 Toegangscodes, opslaan en kiezen ........ 5-4 Tonercartridge vervangen ........................................ 11-25 Tweede toestel, gebruiken ......................A-1 Tweevoudige werking ............................. 3-6 U Uitgestelde groepsverzending ............... 3-12 Uw machine programmeren ............
Druk op 9 0. AFSTANDSBEDIENING AFSLUITEN Druk op 9 8 dan voor Telefoon/Beantw., druk op 1. Fax/Tel, druk op 2. Alleen Fax, druk op 3. DE ONTVANGSTSTAND WIJZIGEN een lange toon: faxberichten drie korte tonen: geen faxberichten Druk op 9 7 1 CONTROLEER DE ONTVANGSTSTATUS 4 1 De toegangscode voor afstandsbediening gebruiken 1 Kies op een toetstelefoon of op een faxmachine het nummer van uw faxmachine.
De toegangscode voor afstandsbediening veranderen of . Het kan niet worden gewijzigd. 1 Druk op Menu/Set, 2, 5, 2. 2 Voer een code van 3 cijfers in met behulp van de nummers 0-9, 3 Druk op Menu/Set. 4 Druk op Stop/Eindigen. Opdrachten voor afstandsbediening INSTELLING VOOR FAX DOORZENDEN VERANDEREN Druk op 9 5. en vervolgens op Zet functie UIT, druk op 1. ”Fax doorzenden” selecteren, druk op 2. 2 Programma Fax doorzenden nummer, druk op 4.
OPMERKING Dit apparaat bevat een Ni-MH batterij voor memory back-up. Raadpleeg uw leverancier over de verwijdering van de batterij op het moment dat u het apparaat bij einde levensduur afdankt. Gooi de batterij niet weg, maar lever hem in als Klein Chemisch Afval. Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
Deze machine is alleen goedgekeurd voor gebruik in het land waarin ze is gekocht. Plaatselijke Brother-kantoren of hun wederverkopers ondersteunen uitsluitend machines die in hun eigen land gekocht zijn.