Operation Manual
Geavanceerde faxfuncties (alleen monochroom)
71
10
Opdrachten voor afstandsbediening 10
Gebruik de volgende opdrachten om toegang te krijgen tot functies op de machine als u zich op
een andere locatie bevindt. Wanneer u uw machine belt en vervolgens uw code voor toegang op
afstand invoert (3 cijfers gevolgd door l), geeft het systeem twee korte pieptonen en moet u een
opdracht voor afstandsbediening invoeren.
Opdrachten voor afstandsbediening Werking
91 Gesproken berichten afspelen Na één lange pieptoon worden de ingekomen berichten
afgespeeld.
1 Herhalen of Vorig bericht Druk op 1 tijdens het beluisteren van een ingekomen bericht
om het bericht te herhalen. Als u vóór een bericht op 1 drukt,
hoort u het vorige bericht.
2 Volgend bericht U kunt tijdens het afspelen van een ingekomen bericht direct
naar het volgende bericht gaan.
9 Afspelen stoppen Het afspelen van de ingekomen berichten wordt gestopt.
93 Alle ingekomen berichten wissen Als u één lange pieptoon hoort, is de wisopdracht
geaccepteerd. Als u drie korte pieptonen hoort, kunt u niet
wissen omdat nog niet alle gesproken berichten zijn
afgespeeld of omdat er geen gesproken berichten zijn.
*Met deze code worden alle opgenomen berichten gewist,
niet één voor één.
94 Uitgaand bericht in geheugen
afspelen en opnemen
1 Afspelen 1 Bericht voor
antwoordapparaat
Het geselecteerde uitgaande bericht wordt afgespeeld. U
kunt op 9 drukken om het afspelen van uitgaande berichten
te stoppen.
2 Bericht voor
Fax/Telefoon
2 Opnemen 1 Bericht voor
antwoordapparaat
Na één lange pieptoon kunt u het geselecteerde uitgaande
bericht opnemen. Het bericht wordt eenmaal afgespeeld. U
kunt op 9 drukken om het opnemen van het bericht te
stoppen.
2 Bericht voor
Fax/Telefoon
95 De instellingen voor Fax
doorzenden of Fax opslag wijzigen
1 UIT
U kunt
Uit
kiezen nadat u alle berichten heeft opgehaald of gewist
.
2 Fax doorzenden Eén lange pieptoon geeft aan dat de wijziging is
geaccepteerd. Als u drie korte pieptonen hoort, kan de
wijziging niet worden uitgevoerd omdat er een instelling
ontbreekt (er is bijvoorbeeld geen nummer ingevoerd voor
Fax doorzenden). U kunt het nummer voor Fax doorzenden
invoeren door op 4 te drukken. (Zie Het nummer voor Fax
doorzenden wijzigen op pagina 72.) Nadat u het nummer
heeft opgegeven, werkt de functie Fax doorzenden.
4 Nummer voor Fax doorzenden
6 Fax opslag
96 Een fax ophalen
2 Alle faxen ophalen Voer het nummer van het externe faxapparaat in om
opgeslagen faxberichten te ontvangen. (Zie Faxberichten
ophalen op pagina 72.)
3 Faxen uit het geheugen wissen Als u één lange pieptoon hoort, zijn de faxberichten uit het
geheugen gewist.










