User Manual

Table Of Contents
Scannen in een netwerk (voor modellen met ingebouwde netwerkondersteuning)
147
c Specificeer uw machine per IP-adres of nodenaam. Als u het IP-adres wilt wijzigen, voert u een nieuw
IP-adres in. Als u de nodenaam van uw machine wilt wijzigen, voert u een nieuwe nodenaam in. Ieder
(machine)knooppunt heeft zijn eigen nodenaam. U kunt de nodenaam vinden door de
configuratiepagina van de machine af te drukken. (Zie de netwerkhandleiding op de cd-rom voor verdere
informatie.) De standaardnodenaam is ‘BRN_xxxxxx’ (‘BRW_xxxxxx’ voor draadloze modellen) (waarbij
xxxxxx de laatste zes cijfers van het Ethernet-adres zijn).
U kunt ook een machine kiezen uit de lijst met de beschikbare machines. Klik op Bladeren om de lijst
weer te geven.
d Klik op OK.
Opmerking
Schakel het selectievakje Registreer uw computer met de “Scan naar” functies op de machine in om
de functies van de knop Scan naar te gebruiken. Voer vervolgens de naam voor uw computer in die u op
het LCD-scherm van de machine wilt weergeven. U kunt maximaal 15 tekens gebruiken.
U kunt het ontvangen van ongewenste documenten vermijden door een pincode van 4 cijfers in te stellen.
Geef uw pincode op in de velden PIN code en Voer de PIN code opnieuw in. Om gegevens te
verzenden naar een computer die is beveiligd met een pincode, wordt u via het LCD-scherm gevraagd de
pincode in te voeren voordat het document kan worden gescand en verzonden naar de machine. (Zie De
scantoets gebruiken op pagina 148.)