Network User's Guide

Table Of Contents
5 - 2
5
6
U moet nu de juiste poort selecteren waarmee afdrukken via het netwerk mogelijk is. Selecteer Een
nieuwe poort maken en selecteer Standaard TCP/IP-poort in de keuzelijst.
7
Klik op Volgende.
8
De wizard Standaard TCP/IP-poort toevoegen verschijnt. Klik op Volgende.
9
Voer het IP-adres of de naam van de afdrukserver in die u wilt configureren. De wizard voert de
poortnaam automatisch voor u in.
10
Klik op Volgende.
11
Windows
®
2000/XP zal nu contact maken met de printer die u hebt gespecificeerd. Als u een verkeerd
IP-adres of een verkeerde naam hebt opgegeven, verschijnt er een foutmelding.
12
Klik op Voltooien om de wizard te voltooien.
13
Nu u de poort hebt geconfigureerd, moet u aangeven welke printerdriver u wilt gebruiken. Selecteer de
gewenste driver in de lijst van ondersteunde printers. Als u een driver gebruikt die op de cd-rom bij de
machine werd geleverd, selecteert u de optie Diskette om naar de cd-rom te bladeren.
14
Selecteer bijvoorbeeld de map “X:\uw taal\W2K\Addprt” (waarbij X is de letter is die het betreffende
station aanduidt). Klik op Openen en klik vervolgens op OK. Selecteer uw printer en klik op Volgende.
15
Geef een naam op en selecteer Ja of Nee om aan te geven of deze printer de standaardprinter moet zijn
en klik op Volgende.
16
Als u de printer wilt delen, voert u de gemeenschappelijke naam in en klikt u op Volgende.
17
Selecteer Ja en Volgende om een testpagina af te drukken.
18
Volg de instructies in de wizard en klik op Voltooien om de wizard af te sluiten.
Printerdriver is reeds geïnstalleerd
Als u al een printerdriver hebt geïnstalleerd en deze wilt configureren om af te drukken via een netwerk, gaat
u als volgt te werk:
1
Selecteer de printerdriver die u wilt configureren.
2
Selecteer Bestand en kies vervolgens Eigenschappen.
3
Klik op het tabblad Poort en klik op Poort toevoegen.
4
Selecteer de poort die u wilt gebruiken. Doorgaans is dit de Standaard TCP/IP-poort. Klik vervolgens
op de knop Nieuwe poort....