Network User's Guide

Table Of Contents
Instellen via het bedieningspaneel
4 - 3
4
Statische modus
In deze modus moet u het IP-adres voor de machine handmatig toewijzen. Nadat het IP-adres is opgegeven,
wordt het op het toegewezen adres vastgezet.
RARP-modus
Het IP-adres van de afdrukserver van Brother kan worden geconfigureerd met de functie Reverse ARP
(RARP) op uw hostcomputer. Hiertoe wordt in het bestand /etc/ethers (als dit bestand niet bestaat, dan maakt
u het) een regel ingevoegd die er ongeveer als volgt uitziet: ("BRN" hieronder moet voor een draadloos
netwerk worden vervangen door "BRW" )
00:80:77:31:01:07 BRN_310107
waar de eerste ingang het Ethernetadres van de afdrukserver is, en de tweede ingang de naam van de
afdrukserver (deze naam moet hetzelfde zijn als wat gebruikt is in het bestand /etc/hosts).
Als de rarp-daemon nog niet draait, start u deze nu op (afhankelijk van uw systeem is de opdracht rarpd,
rarpd -a, in.rarpd -a of iets anders; typ man rarpd of raadpleeg de met uw systeem meegeleverde
documentatie voor meer informatie). Als u bij een systeem op basis van Berkeley UNIX
®
wilt controleren of
de rarp-deamon draait, typt u de onderstaande opdracht:
ps -ax | grep -v grep | grep rarpd
Bij systemen op basis van AT&T UNIX
®
typt u:
ps -ef | grep -v grep | grep rarpd
De afdrukserver van Brother ontvangt het IP-adres van de rarp-daemon zodra deze is opgestart.
BOOTP-modus
BOOTP is een alternatief voor rarp. Het voordeel van BOOTP is dat ook het subnetmasker en de gateway
geconfigureerd kunnen worden. Als u BOOTP wilt gebruiken voor het configureren van het IP-adres, moet
BOOTP op uw hostcomputer zijn geïnstalleerd en daar draaien (het hoort in het bestand /etc/services op uw
host als een ware service te verschijnen; typ man bootpd of raadpleeg de met uw systeem meegeleverde
documentatie voor nadere informatie hierover). BOOTP wordt doorgaans opgestart via het bestand
/etc/inetd.conf en u kunt dit activeren door het "#" te verwijderen dat in dit bestand voor de ingang bootp staat.
Een doorsnee bootp-ingang in het bestand /etc/inetd.conf kan er bijvoorbeeld als volgt uitzien:
#bootp dgram udp wait /usr/etc/bootpd bootpd -i
Opmerking
Afhankelijk van het systeem kan deze ingang “bootps” heten in plaats van “bootp”.
Voor het activeren van BOOTP, gebruikt u een editor om “#” te verwijderen (staat er geen “#”, dan is BOOTP
reeds geactiveerd). Bewerk nu het BOOTP-configuratiebestand (doorgaans /etc/bootptab) en voer de naam
in, plus het netwerktype (1 voor Ethernet), het Ethernetadres en het IP-adres, het subnetmasker en de
gateway van de afdrukserver. Helaas kan de indeling van deze gegevens afwijken, en het is derhalve zaak
dat u de met uw systeem meegeleverde documentatie raadpleegt om te zien hoe u deze informatie invoert
(veel UNIX
®
-systemen hebben sjablonen in het bestand bootptab die u als voorbeeld kunt gebruiken.
Voorbeelden van een doorsnee /etc/bootptab-ingang zijn: ("BRN" hieronder moet voor een draadloos
netwerk worden vervangen door "BRW" )