User Manual

Table Of Contents
RAPPORTEN AFDRUKKEN 8 - 1
8
Faxinstellingen en -activiteiten
U dient het Verzendingsrapport en de Journaalperiode in te stellen
via het menu.
Druk op
Menu/Set, 2, 4, 1.
OF
Druk op
Menu/Set, 2, 4, 2.
Het Verzendingsrapport aanpassen
U kunt het verzendrapport gebruiken als bewijs dat u een fax hebt
verzonden. In dit rapport staan de datum en de tijd waarop het
bericht werd verzonden, en wordt tevens aangegeven of de
transmissie geslaagd was (OK). Als u Aan of Aan+Beeld selecteert,
wordt dit rapport afgedrukt voor elke fax die u verzendt.
Als u veel faxen naar hetzelfde nummer stuurt, hebt u waarschijnlijk
meer nodig dan alleen de taaknummers om te weten welke faxen u
opnieuw moet verzenden. Als u Aan+Beeld of Uit+Beeld
selecteert, wordt in het rapport een deel van de eerste pagina van de
fax afgedrukt om u te helpen herinneren wat er in de fax stond.
1
Druk op Menu/Set, 2, 4, 1.
2
Druk op of om Uit+Beeld, Aan, Aan+Beeld of Uit te
selecteren.
Druk op
Menu/Set.
3
Druk op Stop/Exit.
Rapporten afdrukken
Wanneer het Controlerapport op Uit of Uit+Beeld staat,
wordt het Rapport alleen afgedrukt als er een fout is opgetreden
tijdens het verzenden en wordt in de RESULT-kolom NG gezet.