Network User's Guide

Table Of Contents
6 - 2 PROBLEMEN OPLOSSEN
NC9100h_FM6.0
a
Als u TCP/IP gebruikt:
Ping de afdruk-/scanserver via de opdrachtregel van het host-
besturingssysteem met de volgende opdracht:
ping ipadres
waar ipadres het IP-adres van de afdruk-/scanserver is
(houd er rekening mee dat het soms twee minuten kan duren
voordat de afdruk-/scanserver zijn IP-adres heeft geladen
(nadat het IP-adres is ingesteld)). Bij een succesvolle
respons kunt u doorgaan naar het onderdeel Problemen
oplossen met het afdrukken via Windows
®
98/Me peer-to-peer
(LPR) of Problemen oplossen met afdrukken via internet.
Anders gaat u door naar stap 3 en vervolgens naar het
onderdeel Problemen met TCP/IP oplossen.
b
Bij gebruik van Macintosh
®
:
Controleer als u de driver voor Quick Draw gebruikt, dat de
naam van de afdruk-/scanserver zichtbaar is onder het
pictogram Brother Ink (IP) in de Kiezer. Als u dit pictogram
ziet, is de verbinding in orde en kunt u doorgaan naar het
onderdeel Problemen oplossen met Macintosh
®
. Anders gaat
u nu naar stap 3.
Als u de eenvoudige netwerkconfiguratie gebruikt, dan gaat u
naar de website Brother Solutions Center op:
http://solutions.brother.com
3
Als geen van de in stap 2 vermelde verbindingen tot stand
kunnen worden gebracht, controleert u het volgende:
a
Controleer dat de machine aanstaat en on line is.
b
Controleer de bekabeling en de netwerkaansluiting en druk
tevens een configuratiepagina in de Network STATISTICS
informatie af om te zien of er bytes worden verzonden en
ontvangen.
4
Als u een repeater of een hub gebruikt, controleert u dat de SQE
(heartbeat) op de hub is uitgeschakeld (indien van toepassing).
Als u een hub of een repeater met meerdere poorten gebruikt,
controleert u bovendien dat de hub of repeaterpoort in orde is
door de afdruk-/scanserver op een andere poort of op een
andere hub of repeater met meerdere poorten te gebruiken.
Als geen van de volgende stappen het probleem verhelpt,
hebt u haast zeker een probleem met uw hardware of met uw
netwerk!