Network User's Guide

Table Of Contents
IN EEN NETWERK AFDRUKKEN ONDER WINDOWS
®
(PEER-TO-PEER) 4 - 3
NC9100h_FM6.0
9
Windows
®
2000/XP zal nu contact maken met de printer die u
hebt gespecificeerd. Als u een verkeerd IP-adres of een
verkeerde naam hebt opgegeven, verschijnt er een foutmelding.
10
Klik op Voltooien om de wizard af te sluiten.
11
Nu u de poort geconfigureerd hebt, dient u aan te geven welke
printerdriver u wilt gebruiken. Selecteer de gewenste driver in
de lijst van ondersteunde printers. Als u een driver gebruikt die
met de machine op cd-rom werd meegeleverd, selecteert u de
optie Diskette om naar de cd-rom te bladeren.
12
Selecteer de map “X:\ENG\W2K\Addprt” (waar X is de letter is
die het bestreffende station aanduidt). Klik op Openen en
vervolgens op OK. Selecteer uw printermodel en klik op
Volgende (het voorbeeld is voor Windows
®
2000).
13
Zodra de driver is geïnstalleerd, klikt u op de knop Volgende.
14
Geef een naam op en klik op Volgende.
15
Als u de printer wilt delen, voert u de gemeenschappelijke naam
in en klikt u op Volgende.
16
Klik op Voltooien om de wizard af te sluiten.
Afdrukken via Windows
®
2000/XP
(Printerdriver reeds geïnstalleerd)
Als u al een printerdriver hebt geïnstalleerd en deze wilt configureren
om af te drukken via een netwerk, volgt u deze procedure:
1
Selecteer de printerdriver die u wilt configureren.
2
Selecteer Bestand en kies vervolgens Eigenschappen.
3
Klik op het tabblad Poort en klik op Poort toevoegen.
4
Selecteer de poort die u wilt gebruiken. Doorgaans is dit de
Standaard TCP/IP-poort. Klik vervolgens op de knop Nieuwe
poort....
5
De wizard Standaard TCP/IP-poort toevoegen verschijnt.
Volg de stappen 6-10 in de sectie “Afdrukken via de standaard
TCP/IP-poort”.