Network User's Guide

Table Of Contents
TCP/IP CONFIGUREREN 2 - 5
NC9100h_FM6.0
RARP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
Het IP-adres van de afdruk-/scanserver van Brother kan worden
geconfigureerd met de functie Reverse ARP (RARP) op uw
hostcomputer. Hiertoe wordt in het bestand /etc/ethers (als dit
bestand niet bestaat, dan maakt u het) een regel ingevoegd die er
ongeveer als volgt uitziet:
00:80:77:31:01:07 BRN_310107
waar de eerste ingang het Ethernetadres van de afdruk-/scanserver
is, en de tweede ingang de naam van de afdruk-/scanserver (deze
naam moet hetzelfde zijn als wat gebruikt is in het bestand
/etc/hosts).
Als de rarp-daemon nog niet draait, start u deze nu op (afhankelijk
van uw systeem is de opdracht rarpd, rarpd -a,
in.rarpd -a of iets anders; typ man rarpd of raadpleeg de met
uw systeem meegeleverde documentatie voor meer informatie). Als
u bij een systeem op basis van Berkeley UNIX wilt controleren of de
rarp-daemon draait, typt u de onderstaande opdracht:
ps -ax | grep -v grep | grep rarpd
Bij systemen op basis van AT&T UNIX typt u:
ps -ef | grep -v grep | grep rarpd
De afdruk-/scanserver van Brother ontvangt het IP-adres van de
rarp-daemon nadat de printer is opgestart.
BOOTP gebruiken voor het configureren van het IP-adres
BOOTP is een alternatief op rarp. Het voordeel van BOOTP is, dat
ook het subnetmasker en de gateway geconfigureerd kunnen
worden. Als u BOOTP wilt gebruiken voor het configureren van het
IP-adres, moet BOOTP op uw hostcomputer zijn geïnstalleerd en
daar draaien (het behoort in het bestand /etc/services op uw
host als een ware service te verschijnen; typ man bootpd of
raadpleeg de met uw systeem meegeleverde documentatie voor
nadere informatie hierover). BOOTP wordt doorgaans opgestart via
het bestand /etc/inetd.conf, en u kunt dit activeren door het "#"
te verwijderen dat in dit bestand voor de ingang bootp staat.