Operation Manual
KOPIËREN 10 - 6
Kwaliteit
Hiermee stelt u de kopieerkwaliteit in. De standaardinstelling is
Normaal
.
1
Druk op (
Kopie
) zodat deze toets groen oplicht.
2
Het document laden. (Raadpleeg Documenten laden op pagina
2-1.)
3
Voer met de kiestoetsen in hoeveel kopieën u wilt maken
(maximaal 99).
4
Druk op
Kwaliteit
.
5
Druk op of om de kopieerkwaliteit (
Snel
,
Normaal
of
Fijn
) te selecteren.
Druk op
Menu/Set
.
6
Druk op
Mono Start
of
Kleur Start
.
—OF—
Druk op een andere tijdelijke kopieertoets voor meer
instellingen.
Druk op
Kwaliteit
.
en
of
Normaal
Aanbevolen voor normale
afdrukken. Goede kopieerkwaliteit
met adequate kopieersnelheid.
Snel
Hoge kopieersnelheid en laagste
inktverbruik. Gebruik FAST om tijd
te besparen (documenten die u wilt
proeflezen, grote documenten of
een groot aantal kopieën).
Fijn
Gebruik deze stand voor het
kopiëren van precieze beelden,
zoals foto’s. BEST gebruikt de
hoogste resolutie en de laagste
snelheid.










