Operation Manual
77
B
Problemen oplossen B
Raadpleeg de onderstaande tabel als u problemen ondervindt met de machine en volg de
instructies.
De meeste problemen kunt u gemakkelijk zelf oplossen. Indien u hulp nodig hebt, kunt u terecht
bij het Brother Solutions Center voor de meest recente veelgestelde vragen en tips voor het
oplossen van problemen. Ga naar http://solutions.brother.com
.
Als u problemen met de machine hebt B
Problemen oplossen en
routineonderhoud
B
Kopieën en ontvangen faxen afdrukken
Probleem Suggesties
Geen afdruk Controleer of de stekker van de machine in het stopcontact zit en de machine niet
in de energiebesparende stand staat.
De inktpatroon is leeg. (Zie De inktcartridges vervangen op pagina 87.)
Controleer of het LCD-scherm een foutmelding weergeeft. (Zie
Foutmeldingen op pagina 80.)
Slechte afdrukkwaliteit Controleer de afdrukkwaliteit. (Zie De afdrukkwaliteit verbeteren op pagina 92.)
Controleer of de uiterste verbruiksdatum van uw inktpatronen niet is verstreken.
De inkt kan opdrogen door de volgende oorzaken:
De uiterste gebruiksdatum die op de verpakking staat vermeld, is verstreken.
(Inktpatronen zijn in de originele verpakking maximaal twee jaar houdbaar.)
De inktpatroon bevindt zich al meer dan zes maanden in de machine.
De inktpatroon is vóór gebruik mogelijk niet goed opgeslagen geweest.
De aanbevolen omgevingstemperatuur voor de machine ligt tussen 20
°
C en 33
°
C.
Witte horizontale lijnen in tekst of
grafische afbeeldingen.
Reinig de printkoppen. (Zie De printkop reinigen op pagina 92.)
De machine print blanco pagina's. Reinig de printkoppen. (Zie De printkop reinigen op pagina 92.)
Teksten en regels staan over
elkaar heen.
De uitlijning controleren. (Zie De uitlijning controleren op pagina 93.)
Afgedrukte tekst of afbeeldingen
staan scheef.
Zorg ervoor dat het papier correct is geplaatst in de papierlade en dat de
papiergeleiders aan de zijkant en de achterkant goed staan afgesteld. (Zie Papier
laden op pagina 10.)
Controleer of de onderste klep ter verwijdering van vastgelopen papier goed is
bevestigd.
Er zit een vlek in het midden aan de
bovenkant van de afgedrukte
pagina.
Controleer of het papier dat u gebruikt niet te dik is en niet krult. (Zie Normaal
papier gebruiken op pagina 7.)
Er staan vlekken op de achterkant
of onder aan de pagina.
Controleer of er geen inkt op de drukplaat zit. (Zie De geleiderol van de machine
reinigen op pagina 91.)
Wees er zeker van dat u de papiersteunklep gebruikt. (Zie Papier
laden op pagina 10.)
Machine voert meerdere pagina's in.
Zorg dat het papier op de juiste wijze in de papierlade is geplaatst. (Zie Papier
laden op pagina 10.)
De afgedrukte pagina's zijn niet
juist afgelegd.
Wees er zeker van dat u de papiersteunklep gebruikt. (Zie Papier
laden op pagina 10.)










