Operation Manual
120
5.Print lijsten
(Vervolg)
4.Fax Journaal
— — Geeft een overzicht met
informatie over de laatste
inkomende en uitgaande
faxen weer.
(TX betekent Transmit.
(verzenden))
(RX betekent Receive
(ontvangen))
47
5.Gebruikersinst
— — Drukt een lijst met uw
instellingen af.
47
6.Machine-info
1.Serienummer — — Voor het controleren van
het serienummer van uw
machine.
109
7.Inktbeheer 1.Testafdruk — Printkwaliteit
Instel kantlijn
Hiermee kunt u de
afdrukkwaliteit of de
uitlijning controleren.
108
2.Reinigen — Zwarte inkt
Kleur
Allemaal
Hiermee kunt u de printkop
reinigen.
107
3.Inktvolume — — Hiermee kunt u de
beschikbare hoeveelheid
inkt controleren.
109
0.Stand.instel.
1.Ontvangstmodus
— Alleen Fax*
Fax/Telefoon
Ext. TEL/ANT
Handmatig
Kies de ontvangststand die
het beste aan uw
behoeften voldoet.
32
2.Datum&Tijd — — De datum en de tijd komen
op het LCD-scherm en op
de kopteksten van de
verzonden faxen te staan.
Zie de
instal
-
latie-
hand-
leiding.
3.Stations-ID — Fax:
Naam:
Stel de naam en het
faxnummer in die op elke
faxpagina moeten worden
afgedrukt.
4.Toon/Puls — Toon*
Puls
Selecteer de kiesmodus.
5.Kiestoon — Waarneming
Geen d etectie*
Schakelt
kiestoonherkenning in of
uit.
93
6.Tel lijn inst
— Normaal*
PBX
ISDN
Kies het type telefoonlijn. 36
Hoofdmenu Submenu Menuselecties Opties Omschrijvingen
Pagina
De fabrieksinstellingen zijn vetgedrukt en met een sterretje weergegeven.










