Operation Manual
Menu en functies
121
C
Tekst invoeren C
Tijdens het instellen van bepaalde menuselecties, zoals de Stations-ID, moet u wellicht tekst in
de machine invoeren. Op de meeste nummertoetsen staan drie of vier letters. Op de toetsen
0, # en l staan geen letters, omdat deze toetsen voor speciale tekens worden gebruikt.
U krijgt het gewenste teken door meermaals op de betreffende nummertoets te drukken.
Spaties invoegen
Als u een spatie in een faxnummer wilt invoegen, drukt u eenmaal op c tussen de cijfers. Als u
een spatie in een naam wilt invoegen drukt u tweemaal op c tussen de letters.
Correcties aanbrengen
Als u een foute letter heeft ingevoerd en deze wilt corrigeren, druk dan op d om de cursor onder
het foute teken te zetten. Druk vervolgens op Wis/terug. Voer het juiste teken opnieuw in. U kunt
ook teruggaan en letters invoegen.
Letters herhalen
Als u een letter wilt invoeren die op dezelfde toets staat als de vorige letter, drukt u op c om de
cursor naar rechts te verplaatsen en drukt u daarna opnieuw op de toets.
Speciale tekens en symbolen
Druk op l, # of 0 en vervolgens op d of c om de cursor onder het gewenste speciale teken of
symbool te plaatsen. Druk dan op OK om deze te kiezen.
Druk op
toets
eenmaal tweemaal driemaal viermaal
2 ABC2
3 DEF3
4 GH I 4
5 JKL5
6 MNO6
7 PQRS
8 TUV8
9 WXY Z
Druk op l voor (spatie) ! ” # $ % & ’ ( ) + , - . / m
Druk op # voor : ; < = > ? @ [ ] ˆ _
Druk op 0 voor Ä Ë Ö Ü À Ç È É 0










