Operation Manual

OPTIES VOOR UITGESTELDE FAX (ALLEEN MFC-425CN)
6 - 7
Opdrachten voor afstandsbediening
U kunt uw machine vanaf een ander toestel bedienen met behulp
van de onderstaande opdrachten. Wanneer u de machine opbelt en
de toegangscode (3 cijfers gevolgd door ) invoert, hoort u twee
korte piepjes om aan te geven dat u een opdracht moet invoeren.
Opdrachten voor
afstandsbediening
Wat u moet doen
95
Wijzig de instellingen voor Fax
Doorzenden of Fax Opslaan
1 UIT U kunt Uit selecteren nadat u alle berichten
hebt opgehaald of gewist.
2 Fax Doorzenden Als u een lange toon hoort, is de wijziging
geaccepteerd. Als u drie korte piepjes hoort,
kunt u de instelling niet wijzigen omdat er niet
aan een van de voorwaarden is voldaan (er is
bijvoorbeeld geen nummer opgegeven
waarnaar faxen moeten worden
doorgestuurd. Druk op 4 om het nummer voor
Fax Doorzenden te registreren. (Raadpleeg
Het nummer wijzigen waarnaar faxberichten
worden doorgestuurd op pagina 6-8.) Nadat u
het nummer hebt geregistreerd, werkt de
functie Fax Doorzenden.
4 Nummer voor Fax
Doorzenden
6 Fax Opslaan
96 Een fax opvragen
2 Alle faxen opvragen Toets het nummer in van de faxmachine
waarop de opgeslagen fax(en) moet(en)
worden ontvangen. (Raadpleeg pagina 6-8.)
3 Faxen in het geheugen
wissen
Als u een lange toon hoort, zijn de
faxberichten uit het geheugen gewist.
97
De ontvangststatus controleren
1 Fax U kunt controleren of uw machine faxberichten
heeft ontvangen. Als dat het geval is, hoort u
een lange toon. Als er geen berichten zijn
ontvangen, hoort u drie korte piepjes.
98
De ontvangststand wijzigen
1 Telefoon/Beantw. Als u één lange toon hoort, is de wijziging
geaccepteerd.
2 Fax/Tel
3 Uitsluitend Fax
90 Afsluiten Na een lange toon kunt u de
afstandsbediening afsluiten.