Operation Manual
2 - 3 AAN DE SLAG
3
Toets met de kiestoetsen uw naam in (maximaal 20 letters).
(Raadpleeg Tekst invoeren op pagina B-11.)
Druk op
Menu/Instellen.
4
Druk op Stop/Eindigen.
Het LCD-scherm gaat automatisch weer naar de modus
Stand-by.
Het type telefoonlijn instellen
Als u de machine aansluit op een lijn met PBX of ISDN voor het
versturen en ontvangen van faxen, moet u ook het type telefoonlijn
wijzigen aan de hand van de volgende stappen.
1
Druk op Menu/Instellen, 0, 6.
2
Druk op ▲ of ▼ om PBX, ISDN (of Normaal) te selecteren.
Druk op
Menu/Instellen.
3
Druk op Stop/Eindigen.
PBX en DOORVERBINDEN
De machine is in eerste instantie ingesteld om te worden
aangesloten op een openbaar telefoonnetwerk (PSTN). De meeste
kantoren gebruiken echter een centraal telefoonsysteem of een
Private Branch Exchange (PBX). De machine kan op de meeste
PBX-telefoonsystemen worden aangesloten. De oproepfunctie van
de machine ondersteunt alleen TBR (Timed Break Recall). TBR
werkt met de meeste PABX-systemen zodat u toegang krijgt tot een
buitenlijn of gesprekken naar een andere lijn kunt doorverbinden. U
activeert deze functie met de toets
Telefoon/Intern.
Als het stationsnummer al was ingevoerd, wordt u gevraagd om
op
1 te drukken om deze identificatie te wijzigen of op 2 te
drukken om af te sluiten zonder deze te wijzigen.
U kunt een druk op de toets Telefoon/Intern programmeren
als onderdeel van een nummer dat is opgeslagen als een
snelkiesnummer. Hiertoe drukt u tijdens het programmeren van
een snelkiesnummer (
Menu/Instellen 2, 3, 1) eerst op
Telefoon/Intern, waarna u het telefoonnummer intoetst. U
hoeft dan niet meer op
Telefoon/Intern te drukken als een
snelkiesnummer gebruik maakt van een buitenlijn. (Raadpleeg
Nummers opslaan om snel te kiezen op pagina 5-1.)










