Operation Manual
12 - 9 PROBLEMEN OPLOSSEN EN ROUTINE ONDERHOUD
Als u problemen met de machine hebt
Als u denkt dat er een probleem is met de machine, kijk dan in de
onderstaande tabel en volg de tips voor het oplossen van problemen.
In het Brother Solutions Center vindt u de nieuwste veelgestelde
vragen en tips voor het oplossen van problemen.
Ga naar http://solutions.brother.com
.
PROBLEEM SUGGESTIES
Afdrukken
Geen print Controleer of de interfacekabel goed is aangesloten tussen de machine
en de computer.
Controleer of de stekker van de machine in het contact zit en de
machine niet in de energiebesparende stand staat.
Een of meer inktpatronen zijn leeg. (Raadpleeg De inktpatronen
vervangen op pagina 12-26.)
Controleer of het LCD-scherm een foutmelding weergeeft. (Raadpleeg
Foutmeldingen op pagina 12-1.)
Slechte afdrukkwaliteit. Controleer de afdrukkwaliteit. (Raadpleeg De afdrukkwaliteit controleren
op pagina 12-16.)
Controleer of de instellingen voor het printerstuurprogramma of Type
papier in het menu overeenkomen met het door u gebruikte type papier.
(Zie Mediatype op pagina 1-6 in de softwarehandleiding op de cd-rom
als u Windows
®
gebruikt; zie Mediatype op pagina 8-3 in de
softwarehandleiding op de cd-rom als u Macintosh
®
gebruikt.)
Controleer of de uiterste verbruiksdatum van uw inktpatronen niet is
verstreken. Patronen zijn ongeveer twee jaar houdbaar in hun originele
verpakking, daarna kan de inkt opdrogen. Op de verpakking staat
vermeld hoe lang de patroon houdbaar is.
Gebruik het aanbevolen type papier. (Raadpleeg Over papier op pagina
1-9.)
De aanbevolen omgevingstemperatuur voor de machine is tussen 20°C
en 33°C.
Witte horizontale lijnen in tekst
of grafische afbeeldingen.
Reinig de printkop. (Raadpleeg De printkop reinigen op pagina 12-15.)
Gebruik het aanbevolen type papier. (Raadpleeg Over papier op pagina
1-9.)
Als er horizontale lijnen verschijnen wanneer u normaal papier gebruikt,
gebruik dan de stand 'Normaal printen versneld' waardoor er op
sommige types normaal papier geen strepen ontstaan. Klik op
‘Instellingen’ in het tabblad ‘Normaal’ van de printerdriver en selecteer
‘Normaal printen versneld’.
Als er horizontale lijnen blijven verschijnen, wijzig dan het geselecteerd
type papier in 'Langzaam drogend papier' in het tabblad 'Normaal' van
de printerdriver om de afdrukkwaliteit te verbeteren.
De machine print blanco pagina’s.
Reinig de printkoppen. (Raadpleeg De printkop reinigen op pagina 12-15.)
Teksten en regels staan over
elkaar heen.
De uitlijning controleren. (Raadpleeg De uitlijning controleren op pagina
12-18.)
Afgedrukte tekst of
afbeeldingen staan scheef.
Zorg ervoor dat het papier correct is geplaatst in de papierlade en dat de
papiergeleiders aan de zijkant en de achterkant goed staan afgesteld.
(Raadpleeg Papier, enveloppen en briefkaarten laden op pagina 1-14.)










