Operation Manual

18
Afdrukmethoden
1
f Stuur de afdrukgegevens naar de machine.
Opmerking
Verwijder elke enveloppe zodra deze is afgedrukt. Als u de enveloppen stapelt, kunnen deze vastlopen of
omkrullen.
Indien de enveloppen of het dikke papier vuil worden tijdens het afdrukken, stelt u Mediatype in op
Env. Dik of Dikker papier om de afdruktemperatuur te verhogen.
Indien de enveloppen verkreukelt raken nadat ze afgedrukt zijn, raadpleegt u De afdrukkwaliteit
verbeteren uu pagina 157.
Als het dikke papier omkrult tijdens het afdrukken, plaatst u slechts één vel per keer in de MF-lade.
Door de producent geplakte delen van enveloppen moeten goed zijn vastgeplakt.
Alle zijden moeten correct gevouwen zijn en mogen niet gekreukt zijn.
g Sluit de achterklep (documentuitvoer met bedrukte zijde naar boven).