Operation Manual

Afdrukmethoden
19
1
OPMERKING
De namen van opties in de keuzelijsten kunnen verschillen afhankelijk van het gebruikte
besturingssysteem en de versie ervan.
Wanneer Label in de printerdriver is geselecteerd, zal de machine het papier aanvoeren uit de sleuf voor
handmatige invoer, zelfs als Handmatig niet als papierbron is geselecteerd.
Wanneer u Envelope #10 gebruikt, selecteert u Com-10 (voor Windows
®
) of Nr. 10-envelop (voor
Macintosh) in de Papierformaat keuzelijst.
Voor andere enveloppen die niet in de printerdriver worden vermeld, bijvoorbeeld Enveloppe #9 of
Enveloppe C6, gebruikt u Door gebruiker gedefinieerd... (voor de Windows
®
printerdriver),
Grootte van aangepaste pagina (PostScript) (voor de BR-Script printerdriver voor Windows
®
) of
Aangepaste formaten... (voor de Macintosh printerdriver).
g Stuur de afdrukgegevens naar de machine.
h Zodra de LCD Handinvoer toont, keert u terug naar stap e om het volgende vel papier te plaatsen.
i (Alleen om enveloppen af te drukken)
Als u klaar bent met afdrukken, plaatst u de twee grijze hendels die u omlaag hebt gedaan in stap b
terug naar hun originele positie.
j Sluit de achterklep (documentuitvoer met bedrukte zijde naar boven).
OPMERKING
De LCD zal Handinvoer tonen tot een vel papier of en enveloppe in de sleuf voor handmatige invoer is
geplaatst.
Verwijder elke pagina of enveloppe onmiddellijk nadat deze is afgedrukt. Als u pagina's of enveloppen
stapelt, kan het papier vastlopen of omkrullen.