Operation Manual

Table Of Contents
56
Afgedrukte tekst of afbeeldingen
staan scheef.
Zorg ervoor dat het papier correct in de papierlade geplaatst is en dat de
papiergeleiders aan de zijkant goed staan afgesteld. (Zie Papier en andere media
laden op pagina 14.)
Controleer of de klep ter verwijdering van vastgelopen papier goed is
geïnstalleerd.
Er staat een vlek midden boven op
de afgedrukte pagina.
Controleer of het papier niet te dik is en niet krult. (Zie Acceptabel papier en
andere media op pagina 10.)
Op de afdruk staan vlekken of het
lijkt of de inkt vlekt.
Zorg dat u het aanbevolen type papier gebruikt. (Zie Acceptabel papier en andere
media op pagina 10.) Raak het papier pas aan als de inkt droog is.
Er staan vlekken aan de achterkant
of onder aan de pagina.
Controleer of er geen inkt op de geleiderol zit. (Zie De geleiderol van de machine
reinigen op pagina 67.)
Zorg dat de papiersteunklep wordt gebruikt. (Zie Papier en andere media
laden op pagina 14.)
De machine drukt dichte lijnen af op
de pagina.
Schakel Omgekeerde volgorde in op het tabblad Normaal van de printerdriver.
De afdrukken zijn gekreukeld. Klik in het tabblad Normaal van de printerdriver op Instellingen en schakel Bi-
directioneel printen uit.
Kan '2 op 1'- of '4 op 1'-afdrukken
niet uitvoeren.
Controleer of de instellingen voor het papierformaat in de toepassing en in de
printerdriver hetzelfde zijn.
Printsnelheid is te laag. Wijzig de instelling van de printerdriver. De hoogste resolutie heeft meer tijd nodig
om de gegevens te verwerken, te verzenden en te printen. Probeer de andere
kwaliteitsinstellingen in het tabblad Normaal van de printerdriver. Klik ook op de
tab Instellingen en zorg dat Kleurverbetering uitgeschakeld is.
Zet de optie Zonder rand uit. Printen zonder marges is langzamer dan normaal
printen. (Zie Afdrukken voor Windows
®
of Afdrukken en faxen voor Macintosh
®
in
de softwarehandleiding op de CD-ROM.)
Kleurverbetering werkt niet goed. Als de beeldgegevens in uw toepassing niet in kleurendruk zijn (zoals 256
kleuren), dan werkt Kleurverbetering niet. Gebruik voor de functie
Kleurverbetering minstens 24-bits kleurgegevens.
De machine voert meerdere
pagina's in.
Zorg dat het papier op de juiste wijze in de papierlade is geplaatst. (Zie Papier en
andere media laden op pagina 14.)
Controleer of er nooit meer dan twee papiersoorten tegelijk in de papierlade zijn
geplaatst.
De afgedrukte pagina’s zijn niet
juist afgelegd.
Zorg dat de papiersteunklep wordt gebruikt. (Zie Papier en andere media
laden op pagina 14.)
Afgedrukte pagina’s worden
opnieuw ingevoerd en veroorzaken
het vastlopen van papier.
Trek de papiersteun uit tot u een klik hoort en vouw de papiersteunklep uit.
De machine print niet vanuit Paint
Brush.
Stel het Beeldscherm in op ‘256 kleuren’.
De machine print niet vanuit Adobe
Illustrator.
Verlaag de printresolutie. (Zie Afdrukken voor Windows
®
of Afdrukken en faxen
voor Macintosh
®
in de softwarehandleiding op de CD-ROM.)
De machine kan geen volledige
pagina's van een document
afdrukken.
Het bericht Geheugen vol wordt
weergegeven.
Verlaag de printresolutie. (Zie Afdrukken voor Windows
®
of Afdrukken en faxen
voor Macintosh
®
in de softwarehandleiding op de CD-ROM.)
Maak uw document minder complex en probeer opnieuw. Verlaag de grafische
kwaliteit of verminder het aantal lettertypen in uw toepassing.
Afdrukken (Vervolg)
Probleem Suggesties