Installation Instructions
8 Allure 10e druk juni 2009
Hoofdstuk 4 Werking
4.3 Modulerende ruimtethermostaat
Voor het goed functioneren van het Allure-toestel moet deze
worden aangesloten op een modulerende ruimtethermostaat.
Deze modulerende ruimtethermostaat wisselt gegevens uit
met de besturingsunit van het toestel op basis van OpenTherm
communicatie. De modulerende ruimtethermostaat zal aan de
hand van het verschil tussen de aanwezige temperatuur in een
ruimte en de gewenste ingestelde temperatuur een signaal af-
geven aan de besturingsunit, die het toestel op het gewenste
vermogen laat branden. De besturingsunit geeft ook signalen
aan deze ruimtethermostaat over het functioneren van het toe-
stel, bijvoorbeeld over de mate van modulatie, temperaturen
en storingsgegevens.
De modulerende ruimtethermostaat zal de ruimtetemperatuur
zo snel mogelijk op de gewenste waarde brengen en houden.
Dit is mogelijk, omdat het vermogen van het toestel te modu-
leren is, wat gunstig is voor het energieverbruik en een hoge
mate van comfort geeft.
Voor het aansluiten van deze modulerende ruimtethermostaat
zie paragraaf 5.7.2.
Voor verdere instellingen van de ruimtethermostaat zie de Brink
instructiekaart Allure en de bij de ruimtethermostaat meegele-
verde gebruiksaanwijzing.
A = Ventilator toets (bereikbaar na
wegklappen voorpaneel)
5483-0
Figuur 4: Modulerende ruimtethermostaat