Operation Manual
22
Water stroomt niet in. Stekker niet goed in contactdoos
gestoken.
Stekker goed insteken.
Vuldeur is niet goed gesloten. Vulvenster sluiten.
Waterkraan niet geopend. Waterkraan openen
Zeef in watertoevoerslang verstopt. Zeef in watertoevoerslang reinigen
→ pagina20.
W
atertoevoerslang is ingeklemd of
geknikt.
Controleer watertoevoerslang.
Sterke trillingen bij het
centrifugeren.
Was-droogcombinatie is niet goed
horizontaal gesteld.
Was-droogcombinatie horizontaal
stellen → pagina27.
Transportbeveiligingen niet verwijderd. Transportbeveiligingen verwijderen
→ pagina26.
Wasdroogcombinatie wordt
niet met water gevuld en
pompt het voortdurend af.
Afvoerslang te laag aangebracht. Afvoerslang correct aanbrengen
→ pagina28.
Geen water te zien in de trom-
mel.
Niets aan de hand. Bij bepaalde programma's bevindt het
water zich onder het zichtbereik.
Er loopt water onder het
apparaat uit.
Aansluiting van de toevoerslang lekt. Schroefkoppeling vastdraaien.
De afvoerslang lekt. Afvoerslang door de servicedienst laten
vervangen.
Er komt schuim uit de was-
middellade.
Te veel wasmiddel gedoseerd. Alleen wasmiddelen gebruiken voor tex-
tiel die geschikt zijn voor wasautomaten.
De juiste dosering aanhouden.
Meermaals aanloop centrifu-
geren.
Niets aan de hand. Het onbalansdetec-
tiesysteem probeert om een ongunstige
wasverdeling door meermaals te begin-
nen met centrifugeren op te heffen.
Steeds grote en kleine stukken wasgoed
samen wassen.
Wasgoed niet goed gecentri-
fugeerd.
Grote stukken wasgoed zijn niet gelijk-
matig in de trommel verdeeld. Centrifu-
getoerental wordt vanwege veiligheids-
redenen automatisch gereduceerd.
Steeds grote en kleine stukken wasgoed
samen wassen.
Geen goed wasresultaat. Vervuiling sterker dan aangenomen. Geschikt programma kiezen, bijv. pro-
gramma met voorwas, Eventueel vlek-
ken voorbehandelen.
Te weinig of verkeerd wasmiddel ge-
bruikt.
Geschikt wasmiddel volgens opgaven
van de fabrikant doseren.
maximale beladingshoeveelheid over-
schreden
Beladingshoeveelheid overeenkomstig
het programma kiezen.
Er zijn resten wasmiddel op
het wasgoed achtergebleven.
Sommige fosfaatvrije wasmiddelen be-
vatten in water onoplosbare deeltjes die
zich als lichte vlekken op het wasgoed
afzetten.
Was herhaaldelijk spoelen of eventueel
op vloeibaar wasmiddel overschakelen.
Wasgoed na het drogen uitborstelen.
Grauwe resten op het was-
goed.
Vlekken veroorzaakt door zalf, vet of
olie.
Wasgoed met maximale wasmiddel-
dosering en maximaal toegestane
temperatuur wassen, zie textielonder-
houdslabel.
Onverwachte afbreking van
het programma.
Toets A (Start/Pauze) per ongelijk ge-
kozen.
Toets opnieuw indrukken, om het pro-
gramma te starten.