Operation Manual
De bout 1 verwijderen en de
ABS-sensor uit de boring ne-
men.
De motorfiets op de hulpstan-
daard zetten; BMW Motorrad
adviseert de BMW Motorrad
achterwielstandaard.
Achterwielstandaard monteren
( 120).
met middenstandaard generatie
II
OA
De motorfiets op de midden-
bok plaatsen en erop letten dat
de ondergrond vlak en stevig
is.
De motorfiets aan de
voorzijde omhoog brengen,
totdat het voorwiel vrij kan
draaien. Voor het omhoog
brengen van de motorfiets
adviseert BMW Motorrad de
BMW Motorrad voorwielstan-
daard.
Voorwielstandaard monteren
( 119).
De linker klemming zet de
draadbus in de voorwiel-
geleiding vast. Een slecht uit-
gelijnde draadbus leidt tot een
onjuist afstand tussen sensorring
en wieltoerentalsensor en daar-
mee tot storingen in het ABS of
beschadiging van de wieltoeren-
talsensor.
Om de correcte uitlijning van
de draadbus te garanderen, lin-
ker klemming niet losmaken of
demonteren.
Rechter asklembout 2 los-
draaien.
Steekas 3 uitbouwen, hierbij
het wiel ondersteunen.
Voorwiel naar voren rollen en
verwijderen.
Voorwiel inbouwen
Mogelijke storingen bij re-
gelingrepen van ABS en
ASC, wanneer een ander wiel
dan het standaardwiel wordt ge-
monteerd.
Opmerkingen over de invloed van
de wielmaten op de rijwielregel-
systemen ABS en ASC aan het
begin van dit hoofdstuk in acht
nemen.
9
113
z
Onderhoud