Operation Manual
ABS-functie inschakelen
Toets 1 ingedrukt houden, tot
de aanduiding van de waar-
schuwingslamp ABS verandert.
Waarschuwingslamp ABS
dooft, bij een niet afgeslo-
ten zelfdiagnose gaat deze knip-
peren.
Toets 1 binnen twee seconden
loslaten.
Waarschuwingslamp ABS
blijft uit resp. knippert ver-
der.
ABS-functie ingeschakeld.
Als alternatief kan ook het con-
tact worden uit- en weer inge-
schakeld.
Als de ABS-lamp na het
uitschakelen en weer in-
schakelen van het contact blijft
branden, is een ABS-storing
aanwezig.
Koppeling
Koppelingshendel
instellen
Het instellen van de kop-
pelingshendel tijdens het
rijden kan tot ongevallen leiden.
De koppelingshendel alleen
instellen als de motorfiets
stilstaat.
Stelschroef 1 in de gewenste
positie draaien.
De stelschroef kan ge-
makkelijker worden ver-
draaid, wanneer daarbij de kop-
pelingshendel naar voren wordt
gedrukt.
Instelmogelijkheden:
van positie 1: kleinste afstand
tussen stuurgreep en koppe-
lingshendel
tot positie 3: grootste afstand
tussen stuurgreep en koppe-
lingshendel
4
34
z
Bediening