Operation Manual
Remwerking
Remvloeistofpeil, voor en ach-
ter
Werking van de koppeling
Demperinstelling en veervoor-
spanning
Bandenspanning en profiel-
diepte
Veilige bevestiging van de kof-
fer en bagage
Met regelmatige tussenpozen:
Motoroliepeil (bij iedere
tankstop)
Remblokslijtage (bij elke derde
tankstop)
Spanning en smering van de
aandrijfketting
Starten
Zijstandaard
Bij een uitgeklapte zijstandaard
en een ingeschakelde versnel-
ling kan de motor niet worden
gestart. Als de motor in de neu-
traalstand wordt gestart en als
vervolgens bij uitgeklapte zijstan-
daard een versnelling wordt inge-
schakeld, slaat de motor af.
Versnellingsbak
De motor kan in de neutraalstand
of met ingeschakelde versnelling
met bediende koppeling worden
gestart.
Motor starten
Noodstopschakelaar 1 in be-
drijfsstand a.
De smering van de ver-
snellingsbak is alleen bij
draaiende motor gegarandeerd.
Onvoldoende smering kan tot
schade aan de transmissie leiden.
De motorfiets bij uitgeschakelde
motor niet gedurende langere tijd
laten rollen of over een langere
afstand duwen.
Contact inschakelen.
ABS-zelfdiagnose wordt uitge-
voerd ( 45)
Wachten tot de waarschu-
wingslamp koelvloeistoftem-
peratuur niet meer knippert.
Na het inschakelen van
het contact wordt de re-
gelaar stationair toerental ge-
positioneerd. Als de positione-
ring langer duurt dan de Pre-
Ride-Check, wordt dit aange-
geven door het knipperen van de
waarschuwingslamp koelvloei-
stoftemperatuur. Deze procedu-
re moet worden afgewacht, om
problemen tijdens het rijden te
voorkomen.
5
44
z
Rijden