Operation Manual
Starten
Motor starten
ATTENTIE
De smering van de versnel-
lingsbak is alleen bij draai-
ende motor gegarandeerd.
Versnellingsbakschade
De motorfiets bij uitgescha-
kelde motor niet gedurende
langere tijd laten rollen of over
een langere afstand duwen.
Contact inschakelen.
Pre-Ride-Check wordt uitge-
voerd. ( 76)
De ABS zelfdiagnose wordt
uitgevoerd. ( 77)
met automatische stabiliteits-
controle (ASC)
SU
ASC-zelfdiagnose wordt uitge-
voerd. ( 77)
Neutraalstand inschakelen of
bij ingeschakelde versnelling de
koppelingshendel intrekken.
LET OP
Bij een uitgeklapte zijstandaard
en een ingeschakelde versnel-
ling kan de motor niet worden
gestart. Als de motorfiets in de
neutraalstand wordt gestart en
vervolgens bij uitgeklapte zijstan-
daard een versnelling wordt inge-
schakeld, slaat de motor af.
Bij koude start en lage tempe-
ratuur: De koppeling bedienen
en de gashendel iets bedienen.
Startknop 1 bedienen.
LET OP
Bij onvoldoende accuspanning
wordt de startprocedure automa-
tisch afgebroken. Voor verdere
startpogingen de accu opladen of
starthulp laten geven.
Verdere details vindt u in het
hoofdstuk "Onderhoud" onder
"Starthulp".
De motor slaat aan.
Als de motor niet aanslaat, kan
de storingstabel in het hoofd-
stuk "Technische gegevens"
uitkomst bieden. ( 142)
Pre-Ride-Check
Na het inschakelen van het con-
tact voert het instrumentenpaneel
een test uit van de tellerinstru-
menten en de waarschuwings-
en controlelampen, de Pre-Ride-
Check. Als de motor tijdens de
test wordt gestart, wordt de test
afgebroken.
6
76
z
Rijden