Operation Manual
De beschermkap over de be-
vestiging schuiven.
Veervoorspanning
Instelling
De veervoorspanning van het
achterwiel moet aan de belading
van de motorfiets worden aan-
gepast. Een verhoging van de
belading vereist een verhoging
van de veervoorspanning, minder
gewicht een overeenkomstig la-
gere veervoorspanning.
Veervoorspanning
achterwiel instellen
Buddyseat verwijderen ( 56).
Boordgereedschap 1 verwijde-
ren.
Niet-optimale instellingen
van de veervoorspanning
en demping verslechteren het
rijgedrag van uw motorfiets.
Demping aan de veervoorspan-
ning aanpassen.
Om de veervoorspanning te
verhogen, handwiel 2 met be-
hulp van het boordgereed-
schap rechtsom draaien.
Om de veervoorspanning te
verlagen, handwiel 2 met be-
hulp van het boordgereed-
schap linksom draaien.
Basisinstelling veervoor-
spanning achter
Draai de stelknop linksom
tot aan de aanslag (Sologe-
bruik zonder belading)
Draai de stelknop linksom
tot aan de aanslag en ver-
volgens 12 slagen rechtsom
(Sologebruik met belading)
Draai de stelknop rechtsom
tot aan de aanslag (Duorit
met belading)
met verlaging
SU
4
52
z
Bediening