Operation Manual
Toetsfuncties wijzigen
Toets 1 en toets 2 tegelijkertijd
ingedrukt houden, tot de weer-
gave verandert.
FLASH (weergave toerental-
waarschuwing) en ON of OFF
worden weergegeven.
Toets 2 bedienen.
LAP (Lap-Timer) en ON of
OFF worden weergegeven.
Toets 1 zo vaak bedienen, tot
de gewenste toestand wordt
weergegeven.
ON: Bediening stopwatch via
INFO-toets op de stuurarma-
tuur.
OFF: Bediening stopwatch via
toets 2 in het instrumentenpa-
neel.
Om de voorgenomen instelling
op te slaan, toets 1 en toets 2
tegelijkertijd bedienen en vast-
houden tot de weergave wijzigt.
Verlichting
Parkeerlicht
Het parkeerlicht wordt automa-
tisch tegelijk met het contact in-
geschakeld.
Het stadslicht belast de
accu. Het contact slechts
voor een beperkte tijdsduur
inschakelen.
Dimlicht
Het dimlicht wordt automatisch
ingeschakeld na het starten van
de motor.
U kunt bij een afgezette
motor het licht inschakelen,
door bij ingeschakeld contact het
grootlicht in te schakelen of het
lichtsignaal te bedienen.
Grootlicht en lichtsignaal
Schakelaar 1 aan de bovenzijde
indrukken om het grootlicht in
te schakelen.
Schakelaar 1 in de midden-
stand zetten om het grootlicht
uit te schakelen.
Schakelaar 1 aan de onderzijde
indrukken om het lichtsignaal
te bedienen.
Parkeerlicht
Contact uitschakelen.
4
43
z
Bediening