User Manual

- 12 -
Waarschuwingslampje: Zal
gaan branden wanneer het
verwarmingselement wordt
ingeschakeld.
Binnenverlichting: Zal werken als de
oven is ingeschakeld.
Bakplaat: Voor gebruik bij het grillen
en braden van vlees, gevogelte, vis en
diverse andere voedingsmiddelen. Ook
te gebruiken als lekbak om de olie te
vangen.
Rooster: Voor roosteren, bakken en
algemeen bereiden in stoofschotels en
standaardpannen.
LET OP: Om risico op letsel of
brandwonden te voorkomen, dient u hete
oppervlakken niet aan te raken wanneer
de oven gebruikt wordt. Ga altijd uiterst
voorzichtig te werk bij het verwijderen van
de bakplaat, rooster of enig andere hete
behouder uit een hete oven.
BRADEN
Voor het beste resultaat wordt
aanbevolen dat u de oven 15 minuten
voorverwarmt op 220 °C.
Werkwijze:
Plaats het gerecht op het rooster
en schuif het in de bovenste positie.
Gerechten moeten zo dicht mogelijk
bij het bovenste verwarmingselement
worden geplaatst zonder het aan te
raken.
Plaats de bakplaat op de laagste
positie om mogelijk druppelen te
vangen.
Zet de temperatuurknop op de
gewenste temperatuur.
Bestrijk gerechten met sauzen of olie,
zoals gewenst.
Stel de functieknop in op “Bovenste
verwarmingselement”. (
)
Zet de tijdregelaar op de gewenste
bereidingstijd.
Draai het gerecht halverwege de
voorgeschreven bereidingstijd om..
Wanneer het braden is voltooid, zet u
de functieregeling in de “UIT”-stand.
BAKKEN
Merk op dat de BAK-functie alleen
de onderste verwarmingselementen
gebruikt. Voor de beste resultaten wordt
aanbevolen dat u de oven 15 minuten
voorverwarmt op 220 °C.
Werkwijze:
Zet temperatuurregeling op de
gewenste temperatuur.
Plaats het rooster op de onderste of
middelste steun van het rek.
Plaats het gerecht op het rooster en
schuif het in het rek.
Gerechten moeten zo dicht mogelijk
bij het onderste verwarmingselement
worden geplaatst zonder het aan te
raken.
Bestrijk gerechten met sauzen of olie,
zoals gewenst.
Zet de tijdregeling op de gewenste
bereidingstijd.
Draai de functieregeling naar “Onderste
verwarmingselement”.(
)
Draai het gerecht halverwege de
voorgeschreven bereidingstijd om.
Wanneer het bakken is voltooid, zet u
de functieknop in de “UIT”-stand.
OPWARMEN
Merk op dat de OPWARM-functie
alle verwarmingselementen gebruikt.
Het grote ovenvolume maakt het
opwarmen van 4 tot 6 sneetjes brood,
6 muffins, bevroren wafels of bevroren
pannenkoeken mogelijk. Als u slechts 1 of 2
items wilt opwarmen, plaatst u voedsel op
het bakrek in het midden van de oven.
Werkwijze:
Plaats de voedingswaren op het rooster
en schuif het in de middelste positie.
Zet de temperatuurknop op de
gewenste temperatuur.
Stel de functieknop in op “Bovenste en
onderste verwarmingselement”. (
)
Zorg dat de achterplaat op zijn plaats
zit.
Zet de knop van de tijdregelaar op de
gewenste bereidingstijd.
De bel gaat rinkelen om het einde van
de toastcyclus aan te geven.