Operation Manual

99
ENGLISH
DEUTSCH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAÑOL
PORTUGUÊS
Volume voor
bevestigingssignaal instellen
Wanneer u bij bepaalde functies een
toets langer dan twee seconden inge-
drukt houdt, bv. om een zender te pro-
grammeren onder een voorkeuzetoets,
is een bevestigingssignaal (pieptoon) te
horen. Het volume voor de pieptoon is
instelbaar.
Druk op toets MENU 8.
Druk zo vaak op toets : dat
“BEEP” op het display verschijnt.
Stel het volume in met de -
toetsen :. “0” betekent pieptoon
uitgeschakeld, “9” betekent maxi-
maal volume van de pieptoon.
Wanneer de instelling voltooid is,
drukt u op toets MENU 8 of OK
;.
Radioweergave
Dit apparaat is uitgerust met een RDS-
radio-ontvanger. Veel van de ontvang-
bare FM-zenders zenden een signaal
uit dat naast het programma ook infor-
matie zoals de naam van de zender en
het programmatype (PTY) bevat. De
naam van de zender wordt, zodra deze
wordt ontvangen, op het display weer-
gegeven. Het programmatype kan naar
wens worden weergegeven. Lees hier-
voor het gedeelte “Programmatype
(PTY)”.
Radioweergave inschakelen
Wanneer u zich in de weergavesoorten
cassette of cd-wisselaar bevindt:
Druk zo vaak op toets CD•C @ dat
“RADIO” op het display verschijnt.
RDS-comfortfunctie (AF, REG)
De RDS-comfortfuncties AF (alternatie-
ve frequentie) en REG (regionaal) ver-
groten het prestatiespectrum van uw
autoradio.
AF: Wanneer de RDS-comfortfunc-
tie geactiveerd is, zoekt het appa-
raat op de achtergrond automa-
tisch naar de als beste te ontvan-
gen frequentie van de ingestelde
zender.
REG: Sommige zenders verdelen
hun programma op bepaalde tijden
in regionale programma’s met ver-
schillende inhoud. Met de REG-
functie wordt voorkomen dat de au-
toradio overschakelt op alternatieve
frequenties met een andere pro-
gramma-inhoud.
VOLUME REGELEN RADIOWEERGAVE