Operation Manual

38
TELEFOONGIDS BERICHTEN / MAILBOX
Berichten (SMS ) /
mailbox
Met uw RadioPhone kunt u SMS-berichten
ontvangen en verzenden.
Nieuw bericht lezen
Nieuwe berichten worden op het display weer-
gegeven met een
-symbool. Wanneer er
een nieuw bericht binnenkomt, is een signaal
te horen.
Wanneer er een nieuw bericht is binnenge-
komen:
Druk op de SMS-toets.
Het bericht wordt op het display weergege-
ven.
Om door het bericht te ‚bladeren‘:
Druk op de / -toetsen.
Wanneer u een telefoonverbinding met de
afzender tot stand wilt brengen:
Druk op de -toets.
Wanneer u het bericht hebt gelezen:
Druk op de CLR-toets.
Er verschijnt een keuzemogelijkheid. U kunt
kiezen of het bericht moet worden gewist of
naar het geheugen moet worden verplaatst.
Kies met de / -toetsen de gewenste
optie.
Druk op de OK-toets.
Wanneer u
Nee
hebt gekozen, wordt het be-
richt verplaatst naar het geheugen.
Bericht versturen
Druk tijdens de telefoonweergave op de
OK-toets.
Het DSC-menu wordt weergegeven. De cur-
sor
staat op
Setup
.
Kies met de -toets
Menu
.
Druk op de OK-toets.
Het menu wordt weergegeven. De cursor
staat op
Mailbox
.
Kies met de -toets
Berichten
.
Kies met de -toets
Toegang
.
Kies met de -toets
Apparaat
,
SIM
Card
of
Alle
.
Druk op de OK-toets.
Voer de toegangscode in met de toet-
sen 0 - 9 van het toetsenbord.
Druk op de OK-toets.
Blokkering telefoongids opheffen
Ga te werk zoals beschreven onder “Te-
lefoongids blokkeren”.
Kies in het menu de optie
Opheffen
.
Druk op de OK-toets.
Voer de toegangscode in met de toet-
sen 0 - 9 van het toetsenbord.
Druk op de OK-toets.
Eigen telefoonnummer invoeren
U kunt maximaal drie eigen telefoonnummers
en het nummer van de mailbox invoeren.
Druk tijdens de telefoonweergave op de
OK-toets.
Het DSC-menu wordt weergegeven. De cur-
sor
staat op
Setup
.
Druk op de OK-toets.
Kies met de -toets
Eigen nummer
.
Kies met de -toets
Nummer 1...3
of
Mailbox
.
Druk op de OK-toets.
Voer de desbetreffende nummers in met
de toetsen 0 - 9 van het toetsenbord.
Druk op de OK-toets.
Voer een naam in met de toetsen 0 - 9
van het toetsenbord.
Druk op de OK-toets.